Melkveehouder: 'Zodebemesten op klei op veen? Moord voor je grond'

Nieuws Melkvee Tienke Wouda 16 sep 2022 om 10:20uur

Het Louis Bolk Instituut zoekt samen met melkveehouders in het Friese veenweidegebied naar oplossingen voor bodemproblemen op klei op veen en veengrond. Dit jaar onderzoeken zij het effect van zodebemesten en bovengrondse drijfmestaanwending met bijvoorbeeld de sleepvoet en ketsplaat op de uitdroging en scheurvorming in de bodem.

Melkveehouder%3A+%27Zodebemesten+op+klei+op+veen%3F+Moord+voor+je+grond%27

Melkveehouder Willem van Os uit Hommerts is duidelijk tijdens de demonstratiebijeenkomst mestaanwending en scheurvorming woensdag bij de veldproef. De loonwerker reed in maart en na de eerste snee zo'n 20 tot 25 kuub mest met een zodebemester uit. Van Os deed hetzelfde met zijn eigen sleepvoetbemester.

Op een deel kwam geen mest om zo te kunnen vergelijken of de scheuren echt door mesttoediening komen of niet. Hoewel bemesten met de sleepvoet meer tijd kost dan zodebemesten, omdat de mest moet worden verdund, is zodebemesten funest voor de grond, stelt de veenweideboer.

Melkveehouder Willem van Os meet de scheuren in zijn grasland © Tienke Wouda

'Ga absoluut niet injecteren op klei op veen', raadt hij zijn collega's aan. 'Zodebemesten is moord voor de grond. Het is slecht voor het bodemleven en ook niet goed voor de weidevogels.' Zorgen maakt Van Os zich over de kwaliteit van het grasland. 'Vanaf de weg leek het mooi groen. Maar nu ik hier ben, zie ik veel scheuren. Het is even afwachten wat de winter gaat doen. Bij droog weer verwacht ik redelijk wat onkruid', stelt hij terwijl hij met een liniaal een scheur meet.

Scheuren tot 30 centimeter diep

Bij een lutumgehalte, het percentage klei van de grond, hoger dan 35 procent op klei op veen in combinatie met droogte is sterke scheurvorming na zodebemesten het gevolg, geeft ook onderzoeker Nyncke Hoekstra van het Louis Bolk Instituut aan. De scheuren werden na het maaien gemeten, zodat ze goed zichtbaar waren. Sommige scheuren waren zo'n 30 centimeter diep.

'De variatie op de verschillende grondsoorten is enorm', concludeert ze. 'Op een paar percelen was een maand na het bemesten niets meer te zien. De snijbanen van de zodebemester verdwenen er snel. In andere waren er zulke diepe scheuren dat je de liniaal erin kon kwijtraken. De scheuren lijken bij klei op veen net tot het schalterveen door te lopen'

Nyncke Hoekstra van het Louis Bolk Instituut meet het vochtgehalte © Tienke Wouda

Hoekstra mat met een sensor ook het bodemvocht in de toplaag van de grond. Bemesting en scheurvorming hebben tegen de verwachting in weinig effect op het bodemvochtgehalte, geeft ze aan. 'De grond vlak naast de scheur is wel droger, maar dat werkt beperkt door.'

De bijeenkomst is onderdeel van project integrale bodemverbetering Feangreide, dat het Veenweideprogramma Fryslân financiert.