Wiersma vindt innemen van dierrechten geen taboe

Bij de invoering van doelsturing wordt het bevriezen of innemen van dierrechten de stok achter de deur voor het behalen van reductiedoelen. Bij de toelichting op de nieuwe landbouwbegroting zei demissionair minister Femke Wiersma van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur dat dit geen taboe is.

Wiersma stelt dat een overstap naar doelsturing niet kan zonder sanctiemiddel. 'In het huidige gejuridificeerde landschap moeten we garanderen dat we in de toekomst minder emissies veroorzaken. En ik zie in de sector ook veel potentie om dat te doen. Maar uiteindelijk kan het niet vrijblijvend zijn. Er zit dus helaas een sanctieregime in.'

Dat sanctieregime bestaat in het uiterste geval uit het tijdelijk bevriezen of innemen van dierrechten, geeft minister Wiersma aan. Hoe het sanctiemiddel er precies uit gaat zien, wordt nog uitgewerkt.


Doelsturingswet

Daarnaast is bekend geworden dat de minister de Doelsturingswet volgend jaar naar de Tweede Kamer wil hebben. Onderdeel van die wet zijn bedrijfsspecifieke emissiedoelen. 'We kijken op dit moment wat haalbare doelen zijn', zegt Wiersma. 'Dat luistert heel precies. Iedere sector is anders en er is veel diversiteit tussen de sectoren.'

We moeten garanderen dat we minder emissies veroorzaken

Demissionair landbouwminister Femke Wiersma

Voor de opbouw van de systematiek rond doelsturing trekt het kabinet tot 2030 ongeveer 200 miljoen euro uit. Het systeem voor doelsturing waaraan Wiersma werkt, houdt ook rekening met de maatregelen die agrarisch ondernemers al hebben genomen. Op die manier worden zij beloond voor hun inzet.

Wiersma ziet het sanctieregime als een uiterst middel om ondernemers richting de gestelde doelen te bewegen. Voor 2030 wordt vastgesteld of de sector op koers ligt om de doelen in 2035 te behalen. 'Als voor 2030 blijkt dat een deel van de sector niet meekomt, dan gaan we bedrijfsspecifiek vragen om een plan op te stellen waarin ondernemers aangeven hoe ze aan de bedrijfsdoelstellingen gaan voldoen.'


• Alle artikelen over Prinsjesdag 2025 vind je op deze verzamelpagina

Wanneer vervolgens in 2035 blijkt dat die bedrijfsspecifieke doelen niet worden gehaald, kan in het uiterste geval worden besloten om dier- of productierechten te bevriezen of in te nemen. Wiersma: 'Er is dan ook een relatie tussen de emissie en de sanctie die wordt genomen. Ik vind het belangrijk dat de sanctie proportioneel is.'


Een helpende hand

Voor de overstap naar doelsturing steekt het kabinet in de komende jaren de helpende hand uit. 'Er komt flankerend beleid met subsidieregelingen om agrarisch ondernemers die kant op te helpen', legt de minister uit. Ook dit moet de komende tijd verder worden uitgewerkt.

Met het noemen van een sanctiemiddel zet Wiersma een duidelijke stap naar voren. De Tweede Kamer heeft de minister eerder al gevraagd hoe ze de reductiemaatregelen wil borgen. De landbouwminister verwacht ook dat de stappen die ze nu richting doelsturing zet, de provincies helpen met de onderbouwing om de vergunningverlening weer op gang te brengen.

De meeste partijen in de Tweede Kamer zijn voorstander van doelsturing op bedrijfsniveau. In tegenstelling tot verschillende andere landbouwonderwerpen, heeft de Kamer doelsturing niet controversieel verklaard. Dit betekent dat Wiersma van de Kamer in de demissionaire periode ver mag werken aan de ingeslagen koers en de uitwerking van het wetsvoorstel.



Doelen doelsturing worden afdwingbaar


De totale begroting van het ministerie van LVVN komt voor 2026 uit op circa 4,3 miljard euro. Voor dit jaar was dat bijna 4,7 miljard euro. In 2024 bedroeg de begroting 2,86 miljard euro. De sterke groei van de begroting in 2025 kwam onder meer door de budgetten voor de beëindigingsregelingen Lbv en Lbv-plus die toen werden gereserveerd.

Ook in 2026 wordt de begroting opgeplust voor de aanpak van het stikstofprobleem. Dit keer met 2,6 miljard euro incidenteel en 287,5 miljoen euro structureel voor een vervolgpakket om Nederland van het stikstofslot te halen. Dit geld gaat onder meer naar doelsturing, innovaties en natuurmaatregelen.

De totale investering die dit kabinet in 2026 doet voor stikstofreductie, landbouw en natuur – het start- en vervolgpakket uit de Ministeriële commissie Economie en Natuur (MCEN) – komt uit op 5,6 miljard euro incidenteel en 500 miljoen euro structureel. Het vervolgpakket wordt financieel gedekt uit het resterende budget dat PVV, VVD, NSC en BBB aanvankelijk in het hoofdlijnenakkoord hadden gereserveerd. In de komende periode gaat het demissionaire kabinet, bestaande uit VVD en BBB, in gesprek over de exacte invulling en uitvoering.

De extra gelden voor doelsturing gaan vooral zitten in het optuigen van een monitorings- en borgingssystematiek. Doelsturing zal ook wettelijk vastgelegde verplichtingen kennen. De maatregelen en afspraken daarover worden vastgelegd in een rijksprogramma met een uitwerking van de effecten, timing, vormgeving, monitoring en bijsturing. Vanaf 2027 worden de genomen maatregelen elke twee jaar gemonitord op effectiviteit en impact. Generieke maatregelen die alsnog nodig blijven, worden zoveel mogelijk gericht op het behalen van maximale effectiviteit.


Concrete streefwaarden

Vanaf 2030 gaan concrete streefwaarden gelden voor alle sectoren. Op die manier is de aanpak van de programmatische invulling via de Omgevingswet ook wettelijk geborgd. Met het vaststellen van afrekenbare bedrijfsspecifieke normen voor 2035 weet elke agrarisch ondernemer waar hij of zij aan moet voldoen. De systematiek van doelsturing wordt momenteel verder uitgewerkt. Het kabinet stelt de bindende bedrijfsspecifieke doelen via doelsturing voor de melkvee-, varkens- en pluimveehouderij in 2026 vast.

Als uit die monitoring blijkt dat het realiseren van de streefwaarde van een reductie van 42 tot 46 procent voor de landbouw niet wordt gehaald, besluit het kabinet tot aanvullende maatregelen. Deze zullen zijn gericht op de ondernemers die achterblijven bij de doelen. Zij dienen op korte termijn een bedrijfsplan in waarin staat hoe ze deze gaan bereiken. Dit komt afdwingbaar in de Omgevingswet. De knoppen waaraan boeren kunnen draaien zijn innovatie, extensivering, managementmaatregelen en beschikbare technieken.

De komende periode wil het kabinet in overleg met de sector en het bedrijfsleven tot een sluitende uitvoeringsaanpak komen om de concrete streefwaarden te realiseren. Het versnellingsplan uit november 2024 wordt daarbij betrokken. Dat is een plan van Natuurmonumenten, Natuur & Milieu, Bouwend Nederland en VNO-NCW. Dat geldt ook voor het in juli gepresenteerde Bouwstenendocument van provincies, gemeenten, waterschappen, LTO Nederland en het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt.

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Woensdag
    16° / 9°
    10 %
  • Donderdag
    16° / 9°
    10 %
  • Vrijdag
    15° / 8°
    5 %
Meer weer