'Geen marionet van EU-bureaucraten'

Namens LTO heb ik een aantal essentiële zaken op tafel gelegd. Kort en bondig komt het hierop neer: Europa heeft een visie nodig voor de toekomst van de landbouw en voedselproductie. Dat vereist een bottom-up aanpak in plaats van top-down regelgeving. Door boeren en tuinders te betrekken bij het proces – en dat is meer dan alleen 'aan tafel zitten' – krijgen we onherroepelijk meer realistische wetgeving die werkt in de praktijk. Ik heb het al vaker gezegd: we zijn als sector niet tegen haalbare en betaalbare verandering die de blijvers perspectief biedt.

Boeren en telers willen hun eigen bedrijf runnen. Dat kan niet als marionet van een bureaucraat op een Brussels kantoor. Dus geen kalenderlandbouw die data dicteert die in strijd zijn met de realiteit van de landbouw en de natuur, maar een open blik naar innovaties als renure.

De diversiteit van de Europese landbouw vraagt daarbij om regionale differentiatie. Wat werkt in de ene regio, is mogelijk niet geschikt voor een andere regio.

Tot slot heb ik de Europarlementariërs gewezen op de impact van internationale handel. Zolang we hogere eisen blijven stellen aan producten die we zelf produceren dan aan veel goedkopere producten die we importeren, staan de concurrentiepositie en verduurzaming van Europese boeren onder druk.

Ik weet zeker dat er binnen de Europese Commissie en het Europees Parlement mensen zijn te vinden die de ervaring en intelligentie hebben om deze strategische dialoog mee te voeren.