Akkerbouw geeft gas met voorjaarswerk

Door het gunstige weer van vorige week zijn akkerbouwers flink opgeschoten met het zaaien van suikerbieten en uien. Ruim 90 procent zit erin. Wat betreft aardappelen moet in het zuidwesten van het land vooral nog pootgoed de grond in. In Flevoland is slechts een kwart van de aardappelen gepoot. Dat blijkt uit een rondgang langs CZAV en Delphy.

Akkerbouw+geeft+gas+met+voorjaarswerk
© Job Hiddink

'Hier is alles een maand later dan normaal', zegt Bram de Visser, verkoopleider bij landbouwcoöperatie CZAV. Hij spreekt over de stand van zaken in Noord-Brabant, Zeeland en Zuid-Holland. 'Afgelopen weekend viel op sommige plekken 3 millimeter regen, elders 40 millimeter. Het verschilt dus sterk per regio wie nu op het land terecht kan om aardappelen te poten.'

Volgens De Visser betreft het in het zuidwesten van het land vooral pootgoedtelers die niet klaar zijn met hun voorjaarswerkzaamheden. Ook moet er nog veel peen en knolselderij de grond in. 'Vorige week zijn er door akkerbouwers veel suikerbieten en uien gezaaid. Ik denk dat ver boven de 90 procent van deze gewassen nu in de grond zit', schat de CZAV-verkoopleider.


Groeizaam weer

Door het groeizame weer op het moment verwacht De Visser dat een deel van de groeiachterstand van bieten en zaaiuien kan worden rechtgezet. 'Uien die tien tot twaalf dagen geleden zijn gezaaid, komen nu al boven. Er zit veel vocht in de grond en de temperatuur is goed.' Wel denkt hij dat er binnenkort op de kleigronden in het zuidwesten van het land korstvorming kan ontstaan. 'Vooral als je vlak na zaai een dikke bui regen eroverheen krijgt. Maar van de eerste bieten en uien die boven staan, lijkt de stand goed.'

Boeren die in het najaar traditioneel ploegen, zijn nu in het voordeel

Paul Hooijman, teeltadviseur bij Delphy


In Flevoland en Noord-Holland verschilt het sterk per akkerbouwer hoever ze met het poten zijn, zegt Paul Hooijman. Hij is teeltspecialist bij adviesorganisatie Delphy en heeft deze twee provincies als werkgebied. 'Sommigen hebben nog helemaal geen aardappelen gepoot, omdat de grond niet bekwaam is. Een ander is al helemaal klaar.'


Volgens Hooijman zitten op een paar hoekjes na de suikerbieten en uien erin. 'De stand van de eerste lichting lijkt goed. Dat is een voordeel van de regenperiodes tussendoor. Veel telers hebben het uienland na zaai wel moeten wiedeggen om korstvorming te voorkomen. Het resultaat daarvan lijkt goed.'


Wisselende omstandigheden

De Delphy-adviseur schat dat in Noord-Holland slechts 20 procent van de aardappelen is gepoot. Over heel Flevoland bekeken is ongeveer een kwart van de aardappelen aan de grond toevertrouwd. Hetzelfde geldt voor de Haarlemmermeerpolder in Noord-Holland. Welk gebied het eerst klaar is met poten, is vooral afhankelijk van hoe wisselend de weersomstandigheden blijven.

Hooijman: 'Maandag waren akkerbouwers in de Wieringermeer volop aan het poten. Daar viel afgelopen weekend slechts 3 millimeter regen. Maar in de Noordoostpolder zat er bij sommigen 30 millimeter in de regenmeter. Dan lig je er zo weer een paar dagen uit.'


Het valt Hooijman op dat dit voorjaar vooral akkerbouwers die niet-kerende grondbewerking (NKG) toepassen, geduld moeten bewaren. 'Op NKG-gronden is de capillaire werking beter. Daar heb je nu last van. In een droog voorjaar is het juist een voordeel dat het vocht omhoogkomt. Nu zijn boeren die in het najaar traditioneel ploegen in het voordeel. Al is het voor NKG-percelen nog geen verloren zaak', relativeert hij.



Hooijman denkt dat veel aardappelen in Flevoland en Noord-Holland in het huidige seizoen groeidagen gaan missen. 'De gemiddelde pootdatum zal ongeveer drie weken later zijn dan normaal. Het huidige groeizame weer kan wel een gedeelte compenseren, al moet het dan verder niet tegenzitten. Veel is in te halen, maar het is nog te vroeg voor conclusies.'


Grenzen verleggen

Door het late voorjaar merkt zowel Hooijman als De Visser dat akkerbouwers hun grenzen gaan verleggen. 'Waar ze normaal bij natte omstandigheden even een paar dagen zouden wachten, gaan ze nu toch rijden', constateert De Visser. 'Niet ideaal, maar dit voorjaar moet je de werkbare dagen goed benutten', vindt hij. Hooijman: 'Toch moet je op de klei wel uitkijken. Het is niet zo dat je overal zonder problemen aan de slag kunt. Als de grond niet bekwaam is, kan het alleen maar verkeerd uitpakken', waarschuwt de Delphy-adviseur.



Rondom Meeden in Midden-Groningen viel afgelopen weekend in twee zware buien 50 tot soms meer dan 100 millimeter neerslag. Het gevolg was dat veel percelen daar blank kwamen te staan. Akkerbouwers frezen greppels om het overtollige water weg te laten lopen. Het is niet duidelijk wat de exacte schade is van de zware buien, maar van een pas ingezaaid uienperceel richting Veendam bij akkerbouwer Adriaan Sandee is in ieder geval veel zaad weggespoeld.

Roelof Naber, teammanager akkerbouw Noordoost bij Delphy, vindt het lastig in te schatten hoeveel aardappelen er in Groningen en Drenthe nog moeten worden gepoot. 'Rondom Meeden viel inderdaad zeker 90 millimeter afgelopen weekend. Maar bijvoorbeeld bij het veenkoloniale dorp Tweede Exloërmond in Drenthe 'slechts' 20 tot 30 millimeter. Dus de verschillen zijn groot in dit bijzondere voorjaar.' Naber meldt overigens dat ook in het noordoosten van het land de meeste bieten en uien zijn gezaaid.

De ondergrond van de akkerbouwpercelen is volgens de teammanager dit voorjaar nooit goed opgedroogd. 'Maar een keer moet je beginnen. Op een gegeven moment wordt het zeker voor akkerbouwers met een groot areaal spannend. Zij moeten het in dezelfde periode in de grond zien te krijgen als de kleinere akkerbouwers, ondanks dat ze meer pootcapaciteit hebben.' Verder constateert Naber dat de lentes voor akkerbouwers steeds spannender worden omdat de kans op extreme buien toeneemt. 'De natuur kan veel goed maken, maar ook veel kapot.'


Een normaal voorjaar?

Het voelde regelmatig koud aan in april, maar was het ook echt kouder dan normaal? Het voorjaar verloopt tot nu toe redelijk gemiddeld, blijkt uit een analyse van het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI). Volgens het KNMI is de temperatuur deze lente tot nu toe niet uitzonderlijk. Maart was wel iets warmer dan we tegenwoordig gewend zijn.

Met gemiddeld 7 graden in De Bilt was het in maart een halve graad warmer dan het 1991-2020-gemiddelde. In april werd het gemiddeld 8,7 graden in De Bilt. Dat is 1,1 graden kouder dan het 1991-2020-gemiddelde. In vergelijking met het gemiddelde van begin vorige eeuw waren de temperaturen tot nu toe dit jaar niet normaal. 'Zowel maart als april waren ruim warmer dan wat men in die tijd gewend was', schrijft KNMI. Maart noteerde ruim 2 graden hoger dan het gemiddelde toen. April was 1 graden warmer.

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zaterdag
    17° / 5°
    70 %
  • Zondag
    18° / 11°
    50 %
  • Maandag
    17° / 7°
    20 %
Meer weer