Vrijloopkraamhokken in nieuw kernfokbedrijf Topigs Norsvin

Innova Canada in Manitoba wordt de hoofdlocatie van Topigs Norsvin voor het fokken van de Z-lijn, één van de lijnen van de TN70-zeug. Daar wordt gewerkt met groepshuisvesting in dracht, maar ook met een vrijloopkraamhuisvestingssysteem. 'Onze verwachting is dat diervriendelijke productiesystemen wereldwijd steeds belangrijker worden', geeft Neerhof aan.

Vrijloopkraamhokken stellen vooral eisen aan de moedereigenschappen van de zeug, de overleving van de biggen en het gedrag van de zeug naar de werkers in de stal. De variatie in deze eigenschappen is groot, weet Neerhof. Hij verwacht dat die in de nieuwe kernfoklocatie beter zichtbaar worden. 'Daardoor kunnen zeugen beter worden geselecteerd en meer vooruitgang geboekt.' Zeugen uit de L-lijn worden al jaren gefokt in vrijloopkraamhokken.

Genetische selectie

De bigoverleving is in een systeem met loslopende zeugen niet per definitie lager, zegt Neerhof op basis van ervaringen in Noorwegen en bij klanten met TN70-zeugen. 'Die is nu hetzelfde of zelfs hoger in vergelijking met andere markten die nog conventionele kraamhokken gebruiken.' Als reden noemt de directeur genetica een combinatie van genetische selectie en het juiste management.

De kennis die in Noorwegen en enkele andere landen is opgedaan, wordt gebruikt in Innova Canada. Neerhof: 'Een van de eerste dingen die we gaan doen, is experimenteren met een of meer dagen waarin de zeug wordt opgesloten rond de periode waarin ze werpt. Dat zal zeker helpen om de bigoverleving te verbeteren.' Het vrijloopkraamsysteem waarin Topigs Norsvin investeerde, is het Pro Dromi Liberté-systeem van Vereijken.