Loonbedrijf ontwikkelt rooimachine voor oogst van witlofpennen

Grimme, Dewulf, AVR en Ploeger. Rooimachines van die fabrikanten staan allemaal in de loods bij loonbedrijf Van Unen in Emmeloord. Volgens het bedrijf zit de perfecte witlofrooier daar toch niet tussen. Na 35 jaar ervaring in witlof liet Tom van Unen eindelijk zelf zijn droommachine bouwen in samenwerking met twee partners.

Loonbedrijf+ontwikkelt+rooimachine+voor+oogst+van+witlofpennen
© Niels van der Boom

De teelt van witlofpennen is een specialisatie van loonbedrijf Van Unen in Emmeloord. Niet zo gek, want de Noordoostpolder is dé hotspot voor de teelt. Van Unen zaait, schoffelt en rooit het gewas ook in de Flevopolder.

'Het rooien van de pennen moet in een steeds korter tijdsbestek gebeuren', zegt Tom van Unen. 'Grofweg tussen 15 oktober en eind november. Dit betekent dat we slagvaardig moeten zijn. Daarom staan er vijf rooiers in de schuur. Ieder moment kunnen we in actie komen.'


Ombouwen

'Voorheen bouwden we de aardappelrooiers om. Dat kost ons 160 manuren per machine. Je moet hem iedere keer opnieuw afstellen en er is het gevaar dat je iets niet goed hebt gemonteerd', vervolgt zijn zoon Noud van Unen.

Bij zo'n project moet je elkaar goed kunnen aanvoelen

Ruud Borgijink, Ruud Borgijink Technische Dienstverlening

'Daarbij komt dat de oogstseizoenen meer in elkaar overvloeien. Aardappelen worden later gerooid en witlof eerder. Onze Ploeger-bunkerrooiers rooien eerst Parijse wortels, waarvan de oogst vroeger is. Ook hebben we een speciale Samon-witlofrooier staan.'


Zo licht mogelijk

Van Unen rooit al 35 jaar witlof en gebruikte allerlei machines. Ook nu is dat nog punt van discussie, omdat akkerbouwers en tuinders allemaal zo hun eigen voorkeur hebben. 'Het idee voor de perfecte machine zat al langer in mijn hoofd', vertelt de loonwerker. 'Daarbij komt dat de machine zo licht mogelijk moet zijn. Daar is veel aandacht voor bij boeren.'


Na het strippen van de Ploeger AR-4B-aardappelrooier bleef er weinig over. 10 ton ijzer werd gedemonteerd.
Na het strippen van de Ploeger AR-4B-aardappelrooier bleef er weinig over. 10 ton ijzer werd gedemonteerd. © Niels van der Boom

Alle niet-essentiële onderdelen zijn weggelaten, legt Van Unen uit. 'Lichter kan gewoon niet. De Ploeger-bunkerrooier op wielen, die we als basis gebruikten, werd gestript. 10 ton aan ijzer en onderdelen zijn verwijderd. Uiteindelijk zijn een deel van het frame, de motor, achteras en cabine behouden.'


Tekenwerk en constructie

Het tekenwerk werd uitbesteed aan Ruud Borgijink Technische Dienstverlening en de constructie aan Cris Schilder Techniek. Hij deed het constructiewerk, hydrauliek en elektronica. 'Omdat deze mensen wilden helpen om en hun kennis delen, konden we de machine vorig jaar bouwen', blikt hij terug. 'Met demonteren werd in januari gestart. Half oktober rooide hij.'


Een constante kroonhoogte, penlengte en minder tarra waren de eisen van Tom van Unen.
Een constante kroonhoogte, penlengte en minder tarra waren de eisen van Tom van Unen. © Niels van der Boom

'Bij zo'n project moet je elkaar goed kunnen aanvullen. 'Ideeën groeien gedurende het proces. We komen allemaal uit de praktijk, waardoor je snel weet of iets gaat werken of niet', zegt Borgijink.


Groot bouwpakket

'Alles werd direct in 3D uitgetekend. Uiteindelijk krijg je één groot bouwpakket dat perfect past. Dat heeft het ontwerp echt verbeterd en vereenvoudigd. Omdat je bewegingen kunt simuleren, zoals het inklappen van de bunker, weet je vooraf of het werkt. Daarnaast hebben we goede ondersteuning van Ploeger gehad.'

De loofklapper ontwierp Borgijink al jaren geleden voor Van Unen. Die kwam mee met de Duitse machine. Bijzonder is dat hij negen steunwielen heeft. Hij klapt nauwkeuriger en ontlast de vooras. Daar zijn vier cultuurwielen aan gemonteerd waar 1 bar druk in zit in plaats van 4,5 bar op de andere rooiers.


Nauwkeurige diepteregeling

'De vooras is eigen ontwerp. Het frame is versmald voor voldoende stuuruitslag', legt de loonwerker uit. 'Daarachter is het frame verbreed voor beter zicht op de rooibek. Die is star op 3 meter en open gebouwd om vollopen te voorkomen. Vier tasters lopen over de pennen. De diepteregeling is zeer nauwkeurig, wat een constante penlengte geeft. Daar zijn tuinders die witlof trekken, goed over te spreken.'

De open bouwwijze valt direct op. 'Het frame heeft geen zijschotten meer, wat de demontage van de wrijfmat vereenvoudigt', toont Borgijink. In het ontwerp zijn zo min mogelijk looprolletjes verwerkt om onderhoud te beperken. De machine is smaller dan 3,5 meter, zodat deze probleemloos de weg op kan.


Axiaalrollenset

Na een tweede mat komen de witlofpennen op de axiaalrollenset met stalen rollen gevolgd door dwarsrollen. 'Die draaien het product naar binnen om het naar de bunkervulband te brengen', zegt Schilder. 'Die band is trouwens nog origineel. De dwarsrollen hebben daarnaast een reinigende functie.'

Ten opzichte van de andere Ploegers reinigt de nieuwe rooier intensiever. Dat levert minder tarra op, wat eveneens een eis was. De bunker wordt leeg gedraaid door een losband met spijlen. Daar zeeft losse grond uit. Wat opvalt, is de lage en open bunker, opgebouwd uit spijlen. Zo heb je altijd perfect zicht.


Bodemdruk

Achter staat de machine op lagedrukbanden van Michelin Cerexbib 1000/55R32. Is het echt nat, dan kunnen rupsbanden worden gemonteerd. 'De machine loopt dan stabieler en drukt minder tegen de volgende rug aan', weet Van Unen. Tussen de achterbanden bevindt zich een aangedreven wielenstel dat de bodemdruk verder verlaagt.

De machine heeft vrijwel probleemloos zijn eerste seizoen erop zitten. 'Er was één storing, omdat per ongeluk een boutje in de machine achterbleef', lacht Schilder. 'Dat sloeg vast tussen de rollen. Vooraf dachten we enkele percelen te rooien. Het werd dik 100 hectare.'


Volgende stap

Van Unen bezint zich nu op de volgende stap. Misschien dat een van de bestaande Ploeger-rooimachines wordt omgebouwd. Aardappelen rooien zit er dan niet meer in. Daarvoor is de machine niet meer geschikt. Terugkijkend naar het avontuur is de loonwerker tevreden.


Noud van Unen, Cris Schilder, Tom van Unen en Ruud Borgijink (v.l.n.r.) bedachten, ontwierpen en bouwden de machine.
Noud van Unen, Cris Schilder, Tom van Unen en Ruud Borgijink (v.l.n.r.) bedachten, ontwierpen en bouwden de machine. © Niels van der Boom


Teelt van 3.130 hectare witlofpennen in Nederland

3.130 hectare witlofpennen werd vorig jaar in Nederland geteeld (Bron: Boerenbunder.nl). Hiervan staat bijna 2.200 hectare in de provincie Flevoland. Noord-Brabant telt 350 hectare en Zuid-Holland 300 hectare. De rest wordt in Zeeland, Noord-Holland en Limburg geteeld. De teelt is verder in België en Noord-Frankrijk gefocust, waar – samen met Duitsland – het meeste product wordt geconsumeerd. De consumptie van witlof neemt wereldwijd voorzichtig toe, al is het op slechts bescheiden schaal. De cichoreiachtige witlof is een tweejarig gewas. In het eerste jaar wordt het op ruggen van 50 of 75 centimeter gezaaid in mei. In oktober of november worden de pennen gerooid. Het jaar daarop worden de pennen 'getrokken' bij een tuinder en wordt de krop geoogst. Het trekken gebeurt in ons land vrijwel altijd op hydrocultuur, al wordt in België ook grondwitlof verbouwd. Hierbij wordt de witlof in de grond ingekuild.

Grip op je bedrijf

Ben je bezig met het bedrijf pasklaar te maken voor de toekomst? Grip op je bedrijf is een opleidingsprogramma voor boeren en tuinders, op hbo+-niveau, die hun bedrijf klaar willen maken voor de toekomst. Het programma is gericht op agrarisch ondernemers die nadenken over de toekomst van het bedrijf en wil deze ondernemers daarbij ondersteunen. Meer informatie en aanmelden kan bij de LTO Academie.

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zaterdag
    10° / 4°
    30 %
  • Zondag
    11° / 2°
    30 %
  • Maandag
    10° / 0°
    20 %
Meer weer