'Voedselcrisis door oorlog in Oekraïne leidt tot nieuwe conflicten'

Dat stelde Louise van Schaik, hoofd EU & Global Affairs bij instituut Clingendael, dinsdag tijdens een door LTO Nederland georganiseerd rondetafelgesprek over de oorlog in Oekraïne.

Waar Europa in principe zelfvoorzienend kan zijn voor voedsel, zijn er andere landen die afhankelijk zijn van aanvoer uit Rusland en Oekraïne. 'De gevolgen voor die landen kunnen enorm zijn als zij geen tarwe, kunstmest en andere grondstoffen meer krijgen', stelt Van Schaik. 'Dan ontstaat er heel snel een voedselcrisis die vergelijkbaar is met 2007-2008 die uiteindelijk leidde tot de Arabische Lente in 2010. Er is een relatie tussen conflict en protest en het hebben van dagelijks brood.'

Als risicolanden noemt Van Schaik Jemen, Bangladesh, Libanon en landen in Noord-Afrika maar ook India en Pakistan. 'Er zijn grote zorgen om die landen.'

Nadenken over strategische voorraden

Wat betreft de EU verwacht de expert dat landen beter gaan nadenken over strategische voorraden, iets dat ook tijdens de vorige voedselcrisis gebeurde. 'Er is een enorme roep om meer voedselsoevereiniteit in Europa, waarbij landbouwbeleid meer wordt bekeken als voedselproductie. Dat betekent dat ook het biodiversiteitsbeleid opnieuw ter discussie wordt gesteld.'

Ook de in Oekraïne boerende Nederlander Kees Huizinga sprak tijdens het rondetafelgesprek zijn zorgen uit over de gevolgen van de oorlog voor elders ter wereld.

'Er moet nu gewoon knalharde actie worden ondernomen door Europa. Anders zijn de gevolgen voor Oekraïne en arme landen elders enorm groot. Ik houd m'n hart vast voor wat daar dan gaat gebeuren. Als er in het Midden-Oosten, Pakistan of India geen brood op de plank komt, verbleekt de situatie in Oekraïne daarbij.'