Frievar-keten werkt al vijftien jaar met effectief tomenbeleid

Door tomen biggen zoveel mogelijk bij elkaar te houden, is de verspreiding van kiemen te voorkomen. De Frievar-keten past dit beleid al vijftien jaar lang met succes toe. Ook tijdens het transport van de gespeende biggen en bij opleg op het vleesvarkensbedrijf. Met als gevolg een beter dierenwelzijn, betere gezondheid en een laag antibioticagebruik.

Frievar%2Dketen+werkt+al+vijftien+jaar+met+effectief+tomenbeleid
© Henk Riswick

Het beleid om tomen bij elkaar te houden, is uitgedacht op voormalig Varkens Innovatie Centrum Sterksel samen met varkensarts Rudolf Raymakers van De Varkenspraktijk. 'Bij de gebruikelijke methode van het opleggen op sekse en op gewicht meng je niet alleen alle biggen, maar ook alle ziektekiemen door elkaar', zegt hij.

'Dat is jammer, want onderzoek heeft duidelijk uitgewezen dat besmettingen met bijvoorbeeld streptokokken of E. coli vaak maar bij één toom in de kraamstal gebeuren. Dus door de biggen niet te mengen, voorkom je verspreiding van kiemen en zijn er veel minder gezondheidsproblemen.'


Rangorde opnieuw bepalen

Ander nadeel van mengen is dat de biggen na spenen hun onderlinge rangorde opnieuw moeten bepalen. Zeker bij mengen op sekse en 'netjes' op gewicht duurt dat best even. Dat is een nadeel voor het dierenwelzijn en het duurt lang voordat biggen gaan eten. De darmwand beschadigt dan en ziektekiemen kunnen gemakkelijker in de bloedbaan komen.

Tomenbeleid verbetert prestaties en diergezondheid

Wim van Sambeek, zeugenhouder in Echtenerbrug

Tomen bij elkaar houden is beter voor het dierenwelzijn, de diergezondheid en voorkomt dat biggen een groeiachterstand oplopen. Vanwege deze positieve effecten heeft de Frievar-keten dit dan ook als standaardwerkmethode ingevoerd.

Op het Frievar-zeugenbedrijf van Mark en Wim van Sambeek in het Friese Echtenerbrug wordt het systeem al vijftien jaar lang toegepast. 'We zijn begonnen toen ons eigen bedrijf nog bijna gesloten was', zegt Wim van Sambeek.


A-, B- en C- en geltentomen

De biggen blijven zoveel mogelijk bij de eigen zeugen. 'We werken met A-, B- en C- en geltentomen. A-tomen zijn tomen met alleen biggen van de eigen zeugen. Bij B-tomen liggen er biggen van een tweede zeug bij', zegt Van Sambeek.

'C-tomen zijn biggen van drie of meer tomen. Dat zijn ook de pleegzeugen. We hebben steeds meer A-tomen omdat we tegenwoordig veertien of vijftien biggen bij de eigen zeug kunnen laten liggen.'


25 biggen

Bij het spenen worden eerst de A-tomen gespeend en opgelegd. In de hokken voor de gespeende biggen kunnen 25 biggen. Er komen dan dus twee A-tomen bij elkaar in het hok en dan twee tomen die het beste bij elkaar passen. Vervolgens gaat dat door met B-tomen, C-tomen en ook de tomen van de gelten komen bij elkaar.

Van Sambeek: 'Het kost bij opleg meer tijd, maar daarna werkt het beter en sneller. Omdat ze op deze wijze zijn opgelegd, lukt het goed om eerst de A-tomen te controleren en daarna de B- en C-tomen. Daarmee lopen we het minste risico op verspreiding van kiemen.'


Transport

Sinds de uitbreiding van 450 naar 1.250 zeugen wordt het grootste deel van de biggen verkocht aan een van de vleesvarkenshouders in de Frievar-keten. Voor het verplaatsen van de biggen naar het vleesvarkensbedrijf heeft transporteur Johan Robbertsen samen met Raymakers een systeem uitgedacht om het tomenbeleid voort te kunnen zetten tijdens transport en opleg op het vleesvarkensbedrijf.

Sinds een half jaar gaan de biggen naar het bedrijf van de neven Derk Jans en Edo Oldenziel en Cars Huisman in het Groningse Finsterwolde. Als ze daar aankomen, wordt een groep gesplitst omdat er twaalf varkens in een hok kunnen. Beren en gelten blijven wel bij elkaar.


Probleem blijft beperkt

Wat betreft gezondheid ziet Huisman zeker een voordeel van het tomenbeleid. 'Je hebt altijd weleens een gezondheidsprobleem op je bedrijf. Door het tomenbeleid blijft het probleem beperkt en gelokaliseerd, zodat je er ook eerder weer vanaf bent en de schade klein blijft.'

Het afleveren is lastiger. Het kost meer arbeid. Maar alles bij elkaar pakt het volgens Huisman positief uit. 'Ik ben enthousiast. De uitval ligt onder de 2 procent en de dierdagdosering onder de 1. Betrouwbare cijfers over groei en voerconversie zijn er nog niet.'


Dierdagdosering

Dat het tomenbeleid goed uitpakt voor de gezondheid en de prestaties, kan Van Sambeek staven aan de resultaten op zijn bedrijf. 'De vleesvarkens die bij ons blijven, presteren goed. Gemiddeld groeiden ze afgelopen half jaar 895 gram per dag met een voerconversie van 2,22. De uitval bij de vleesvarkens blijft onder de 2 procent. De dierdagdosering komt dit jaar uit op 0,53.'

Bij de gespeende biggen en de zeugen loopt het ook goed. 'Helaas hebben we afgelopen voorjaar een PRRS-uitbraak gehad', zegt Van Sambeek. 'De besmetting is waarschijnlijk binnengekomen via de kadaverafvoer. Dat hebben we aangepast, zodat we dit in het vervolg voorkomen', licht hij toe.

'Door de PRRS-besmetting hadden we wat meer uitval bij de biggen. De dierdagdosering bij de gespeende biggen liep op. Die zit nu op 6, terwijl we normaal op 2 tot 2,5 zitten. Bij de zeugen met zogende biggen is de dierdagdosering 2 tot 3. De resultaten bij de zeugen hebben even een tik gekregen van de PRRS-besmetting. Het aantal gespeende biggen daalde hierdoor naar 30. De laatste maanden is het weer gestegen tot 31.'



Biggen scheiden op kleur zorgt voor goed onderscheid

Vlak voor het leveren van de biggen merkt Wim van Sambeek uit het Friese Echtenerbrug de biggen in ieder hok met een kleur. Door drie verschillende kleuren te gebruiken, is er een goed onderscheid tussen de tomen bij het naar buiten brengen en op de vrachtwagen. Bij het aanstrepen van de biggen checkt de zeugenhouder de biggen nog een keer. Een mindere big of bijvoorbeeld een big met een breukje of een beschadigde staart krijgt geen kleur. Deze biggen blijven op het bedrijf van Van Sambeek en gaan naar de eigen vleesvarkensstal. Medewerkster Sandra Bouma brengt de biggen per groep naar buiten. Ze sluit telkens een groep op in de sluis en transporteur Johan Robbertsen neemt ze over. Daardoor is er geen direct contact. Robbertsen controleert ieder groepje biggen nog even. Zit er toevallig toch een big zonder kleurtje bij of een big met een afwijking, dan zet hij die direct apart. De transporteur telt alle biggen. Vervolgens gaan ze per groep in een van de vakken in de biggenwagen. Doordat de biggen duidelijk zijn gemerkt, lukt het goed om ze op het vleesvarkensbedrijf weer per groep in het hok op te leggen. De schone vrachtwagen is tijdens de rit naar Echtenerbrug verhit tot 70 graden Celsius om eventuele kiemen te doden. Het helpt zelfs tegen Afrikaanse varkenspest. Voor de komst van de biggen verwarmt Robbertsen de vrachtwagen tot 30 graden Celsius, zodat de biggen in een behaaglijke omgeving komen en rustig gaan liggen. Onder de vrachtwagen heeft Robbertsen een compartiment voor schone kleding en laarzen en een compartiment voor vuile kleding. Bij het instappen van de vrachtwagen gaan de klompen uit, zodat de cabine schoon blijft.

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Donderdag
    10° / 3°
    70 %
  • Vrijdag
    12° / 3°
    30 %
  • Zaterdag
    17° / 4°
    70 %
Meer weer