Deltares: 'Betere weersvoorspelling voor korte termijn mogelijk'

Dit blijkt uit onderzoek van Deltares, Wageningen University & Research en het KNMI. Zij onderzochten hoe neerslag tot een paar uur vooruit met radartechnieken kan worden voorspeld. De onderzoekers gebruikten daarvoor bekende en onbekende systemen en analyseerden de kwaliteit van de gegevens. Op basis hiervan concluderen zij dat de gegevens nauwkeurig zijn.

De onderzoekers maakten gebruik van nowcasting. Dit is een proces waarmee de neerslag tot een paar uur vooruit is te voorspellen van radartechnieken. De verschillende nowcastingmethoden maken gebruik van geavanceerde statistische technieken waarmee van de geschatte neerslag uit de radarproducten een voorspelling kan worden gemaakt.

Het voordeel van deze methode is dat er iedere vijf minuten een nieuwe radarobservatie beschikbaar is, waarmee direct een voorspelling kan worden gemaakt van zo'n drie tot zes uur vooruit. Dat is veel sneller dan weermodellen, die vaak een updatefrequentie van zo'n drie uur hebben. Daardoor kunnen de locatie en intensiteit van buien op korte termijn beter worden voorspeld met nowcasting. Voor de analyse zijn diverse nowcastingmethoden vergeleken.

Buienradar

De voorspelling die met de beste nowcastingmethoden wordt gedaan, gaat verder dan bijvoorbeeld Buienradar, zegt onderzoeker Ruben Imhoff van Deltares. 'Buienradar is bruikbaar voor de gemiddelde Nederlander, maar dat zegt niet zoveel over de intensiteit en de hoeveelheid van de neerslag. Daar hebben we juist naar gekeken.'

Imhoff ziet bij de toepassing van de exacte voorspelling van nowcasting vooral mogelijkheden voor waterschappen en boeren. Zo kan een waterbeheerder zich afvragen of water moet worden weggepompt als er extreme buien in de verwachting zitten. Als het dan toch niet regent, is mogelijk het laatste restje water weggepompt. Als geen water is weggepompt en die extreme bui trekt toch over, dan is er juist weer waterschade.

Onweer onvoorspelbaar

De enige situatie die nog moeilijk blijft te voorspellen, is onweer. De dynamiek die hiermee gepaard gaat, is moeilijk in een rekenmodel te vatten. Imhoff ziet een verdere focus op deze processen als een belangrijke volgende stap.

'Het unieke van de grootschalige analyse die wij hebben gedaan, is dat deze aangeeft waar en wanneer we een bepaalde kwaliteit van 'radarregenvalnowcasting' kunnen verwachten', zegt Imhoff. 'Dit maakt het voor de eindgebruiker duidelijk of het de moeite waard is om het te gebruiken. Voor ons als onderzoekers geeft het inzicht in waar de focus qua ontwikkelingen op zal moeten liggen om de nowcasts nog beter te maken.'