Raad van State komt met noodmaatregel voor Brabantse boer in het nauw

Het bedrijf kwam in het nauw nadat de Brabantse rechtbank na klachten van Milieuvereniging Land van Cuijk oordeelde dat de veehouderij zonder natuurvergunning in werking was. Het bedrijf zou zijn dierrechten in het verleden hebben verspeeld, omdat er enkele jaren geen koeien werden gehouden.

De provincie Brabant kreeg opdracht om op te treden tegen het bedrijf. Maar de provincie weigert dat tot nu toe te doen, omdat de veehouderij nog wél over voldoende dierrechten zou beschikken en daardoor nu geen natuurvergunning nodig heeft. De provincie ging in hoger beroep bij de Raad van State en vroeg de Raad ook om een noodmaatregel in afwachting van de behandeling van het hoger beroep in maart of april volgend jaar.

Zwaar in de problemen

Volgens de provincie zou het bedrijf zwaar in de problemen komen als de koeien moeten worden afgevoerd, terwijl later misschien zou blijken dat het toch voldoende dierrechten heeft. Dat financiële belang weegt voor de Raad nu zwaarder dan het natuurbelang, daling van stikstofneerslag, waar de milieuvereniging voor ijvert. Het gaat volgens de Raad om een relatief gering aantal koeien en het hoger beroep en daarmee een definitief oordeel komt vrij snel.

De vraag of het bedrijf nu wel of geen natuurvergunning moet hebben, is volgens de Raad een complexe kwestie die in het hoger beroep volgend jaar zal worden beantwoord. Onlangs besliste de Raad in een aparte procedure dat de provincie niet meer mocht wachten met handhaving. Er werd zelfs een termijn door de Raad gesteld die intussen is verstreken. Maar ook daar tilt de Raad nu minder zwaar aan vanwege het financiële belang van het bedrijf.