Epidemioloog: kleine stijging eendensterfte al indicatie vogelgriep

Een dagelijkse sterfte van 0,3 procent is bij eenden al een goede indicatie van vogelgriep. Net als een daling van de voer- en wateropname of een daling van de eiproductie bij fok- en vermeerderingskoppels. Dat blijkt uit onderzoek door epidemioloog Armin Elbers van Wageningen Bioveterinary Research (WBVR).

Epidemioloog%3A+kleine+stijging+eendensterfte+al+indicatie+vogelgriep
© Fotografie Twan Wiermans

Vogelgriep veroorzaakt ernstige ziekte en hoge sterfte bij pluimvee. Het tijdig melden van een verdachte situatie op een pluimveebedrijf is daarom belangrijk om te voorkomen dat het vogelgriepvirus zich naar andere pluimveebedrijven verspreidt.

De algemene regel bij leghennen, vermeerderingsdieren, vleeskuikens en kalkoenen is dat er bij een sterfte van meer dan 3 procent per week melding moet worden gemaakt van een verdenking van vogelgriep. Die regel werd vorig jaar nog aangescherpt.


Driemaal weekgemiddelde

Melden werd verplicht als de gemiddelde sterfte op twee dagen hoger was dan driemaal het weekgemiddelde. In opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) heeft WBVR onderzocht welke productie-indicatoren goed als alarmsignaal kunnen dienen voor een verdenking van vogelgriep bij eendenbedrijven.

Vogelgriepuitbraken in gehouden eenden en ganzen leiden meestal niet tot ernstige ziekte, waardoor tijdige melding van een verdachte situatie in gevaar kan komen. De laatste jaren zijn echter in verschillende landen, waaronder Nederland, bij vogelgriepuitbraken op eendenbedrijven wel verhoogde sterfte en productiedaling geconstateerd.

Om een goede indicator te krijgen, heeft WBVR gegevens over dagelijkse sterfte, eiproductie, voeropname en wateropname van koppels vleeseenden en fokeenden verzameld uit binnen- en buitenland. Dit pluimvee was wel of niet besmet met vogelgriep. Uit de vergelijking van de gegevens van de onbesmette en besmette koppels konden vervolgens indicatoren voor een mogelijke besmetting met vogelgriep worden vastgesteld.


Dagelijkse uitval

'Voor koppels vleeseenden is, na de eerste levensweek, een dagelijkse uitval van meer dan 0,3 procent een goede indicator voor een vogelgriepinfectie', zegt epidemioloog Elbers van WBVR. 'Na de eerste levensweek zijn dalingen in de gemiddelde dagelijkse voer- of wateropname groter dan respectievelijk 7 gram of 14 milliliter gevoelige indicatoren van een vogelgriepinfectie.'

Voor fokeenden waren de gegevens beperkt. Bij drie Duitse koppels was er nauwelijks uitval, terwijl een Engels koppel eenden wel een snel stijgende sterfte liet zien na een vogelgriepinfectie. 'De toepassing van een dagelijkse sterfte van meer dan 0,3 procent als meldingsdrempel is daarom ook voor fok- en vermeerderingseenden aan te bevelen', stelt Elbers. 'Een daling van de dagelijkse eiproductie van meer dan 9 procent bleek bij alle koppels fok- en vermeerderingseenden een nog effectievere indicator voor een vogelgriepuitbraak.'

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zondag
    11° / 2°
    30 %
  • Maandag
    10° / 0°
    20 %
  • Dinsdag
    10° / 0°
    20 %
Meer weer