Uienschimmel vraagt ketenaanpak

'Van veredelaars verwachten we inzet op de ontwikkeling van resistente rassen, de telers en hun adviseurs moeten aan de slag met teeltschema's om valse meeldauw beter te beheersen en tot slot zullen de afnemers van de uien rekening moeten houden met duurdere uien en mogelijk andere producteigenschappen', meldt Ko Francke, adjunct-directeur van CZAV.

De landbouwcoöperatie in Wemeldinge vraagt deze week in een persbericht aandacht voor de problemen met valse meeldauw in de uienteelt. In het teeltseizoen 2021 was de ziektedruk van deze schimmel zeer hoog met veel aantastingen die uiteindelijk resulteerden in soms substantiële opbrengstderving.

Lange incubatietijd

Voor uientelers is valse meeldauw een lastige schimmel om preventief te bestrijden vanwege de lange incubatietijd tijdens de perioden met veel loofgroei. Bijkomend probleem is dat vanaf komend jaar voor de bestrijding geen mancozeb meer kan worden toegepast.

'Het afgelopen jaar zijn we flink met de neus op de feiten gedrukt', constateert Francke. 'De maatschappij verwacht via onder meer de boer-tot-bordstrategie van gewastelers dat ze minder middelen gebruiken om hun gewassen te beschermen. Dit jaar laat zien wat daarvan de risico's zijn en wij vinden het niet terecht dat deze risico's vooral voor rekening van de telers komen.'

Toedienen plantversterkers

CZAV pleit ervoor om de problemen met valse meeldauw ketenbreed op te pakken. Francke legt uit dat via onderzoeksinstelling Crop Solutions wordt gewerkt aan alternatieve teeltconcepten om de schimmel in de teelt beter beheersbaar te maken.

'De onderzoekers werken onder meer met aangepaste bemestingsschema's en hebben de toediening van plantversterkers en biostimulanten getest met als doel om de uien sterker te maken.'

Juiste timing

Uit het onderzoek van Crop Solutions blijkt volgens Francke dat het goed mogelijk is om zonder mancozeb in uien de valse meeldauw onder de duim te houden. Voor een juiste timing van behandelingen met veelal duurdere middelen wijst hij op het belang van beslissingsondersteunende systemen.

'Het wordt er niet gemakkelijker op. De geïntegreerde aanpak vraagt, naast nieuwe rassen, ook meer aandacht voor de bodem en mogelijk biedt het ruimte voor andere teeltsystemen. Verder is het succes voor een groot deel afhankelijk van het vakmanschap van de teler en zijn teeltadviseur.'