Vleeskuikenmarkt herstelt zich nogal traag

De vleeskuikensector heeft een hectisch jaar achter de rug. Slachterij Frisia is gestopt en GPS in Nunspeet ging failliet wat voor minder slachtcapaciteit heeft gezorgd. Door de coronamaatregelen en gesloten horeca is de vraag naar met name regulier vleeskuikenvlees deels weggevallen. Het reguliere kuikenvlees gaat naar de foodservice en dit maakt een kwart van de markt uit.

Bij de concepten was het vorig jaar juist andersom. De vraag vanuit de supermarkten naar het vlees van de trager groeiende kuikens was groter dan het aanbod. Op korte termijn is nog geen herstel van de kuikenmarkt in zicht vanwege de onbalans van vraag en aanbod.

Drie leerpunten

'Veel vleeskuikenhouders hebben ingeteerd op eigen vermogen, maar de sector is krachtig en kijkt vooruit', stelde Jeroen van den Hurk, sectorspecialist Food & Agri bij Rabobank, in een live-uitzending van Pluimveeweb op 3 maart. Drie leerpunten uit de crisis zijn volgens hem: samenwerken, voor voldoende buffer zorgen en niet stilzitten en kijken hoe je zo snel en goed mogelijk uit de crisis kunt komen.

Belangrijk voor de vleeskuikenmarkt is dat het coronavaccinatieprogramma snel een grote vlucht gaat nemen, zodat de maatschappij weer kan gaan draaien en de afzet naar de foodservice herstelt. Op korte termijn heeft Europa nog te maken de uitbreiding van de productie in Duitsland, Polen en Hongarije waardoor het aanbod lange tijd veel groter was dan de vraag. Er zijn hierdoor nog diepvriesvoorraden die boven de markt hangen.

Daarnaast heeft de brexit invloed op de kosten van export vanwege langere wachttijden en formaliteiten. De vraag is er wel: Nederland exporteert 14 procent van het pluimveevlees naar het Vereniging Koninkrijk. Naast de druk op de prijzen vanuit de afzetproblemen hebben vleeskuikenhouders te maken met stijgende voerprijzen die de kostprijs verhogen.

Meer concepten

Voor de middellange termijn ziet Van den Hurk kansen voor een Europees keurmerk, waarmee de Europese vleeskuikensector zich kan onderscheiden ten opzichte van goedkopere Oekraïense of Braziliaanse kip. Hij adviseert de Nederlandse vleeskuikenhouder zich te blijven focussen op de versmarkt.

Voor één ster Beter Leven-keurmerk ontvangen vleeskuikenhouders en slachterijen een meerprijs. Een Europees keurmerk kan ook een meerprijs opleveren.

Goed vooruitzicht

De coronapandemie heeft zaken zoals gezond eten, duurzaamheid en thuiswerken versneld die de toekomstige vraag en daarmee ook de vleeskuikensector gaan beïnvloeden. Een goed vooruitzicht is de wereldwijde stijging van de vraag naar pluimveevlees, ook in Nederland. De conceptmatige productie zal stijgen: deels traaggroeiend, maar ook afgeleide concepten van traditionele vleeskuikenhouderij.

Van den Hurk verwacht dat de verhouding traditioneel/concept naar 35/65 procent gaat. De markt zal dat bepalen.

Samenwerkingen

De coronacrisis heeft samenwerkingen tussen slachterijen versneld en de keuze van Albert Heijn voor één ster Beter Leven-keurmerk. Ook andere ketenpartijen zoeken naar de beste positie in de markt.

Van den Hurk is positief voor de lange termijn. 'Wereldwijd stijgt de vraag. De pluimveesector innoveert volop en verduurzaamt in hoog tempo. Nederlandse pluimveehouders zijn flexibel en zien snel kansen. Zowel voor reguliere als conceptkippen verwacht ik weer goede tijden.'