Lening voor Vlaamse pluimveebedrijven

De lening is bedoeld voor bedrijven die als gevolg van de uitbraak het financieel moeilijk hebben. De lening wordt bekostigd vanuit het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds. De regeling komt bovenop de 4,2 miljoen euro die de Vlaamse regering eerder uittrok voor getroffen bedrijven.

Vorig jaar zijn in totaal tachtig bedrijven in Vlaanderen getroffen door een besmetting met het vogelgriepvirus. H3N1 treft pluimvee, maar is onschadelijk voor de mens en voedselketen. Het merendeel van de pluimveebedrijven heeft onmiddellijk het bedrijf geruimd om verdere verspreiding van het virus tegen te gaan. Door die vrijwillige ruiming hebben deze pluimveehouders besmetting van andere bedrijven tegengehouden en de economische schade beperkt.

Financieel moeilijk

Door de vrijwillige ruiming heeft een aantal bedrijven het financieel moeilijk gekregen. De lening kan worden gebruikt voor algemene kosten als voerkosten en veeartskosten of voor financiering van de herbevolking van de geruimde stallen.

De aanvrager moet kunnen aantonen dat zijn of haar bedrijf negatieve gevolgen ondervindt van de vogelgriepuitbraak. De maximale looptijd van de lening is zeven jaar. Dankzij de lening moet het voor pluimveebedrijven ook makkelijker worden om een krediet te krijgen bij de bank, zodat er weer geïnvesteerd kan worden.

H3N1 hield vorig jaar vooral huis bij leg- en vermeerderingspluimvee. In eerste instantie wilde de Belgische federale overheid niet overgaan tot ruiming, omdat H3N1 een milde variant is. De eierproductie viel maandenlang stil en 60 procent van de dieren stierf aan het virus. De Landsbond in Vlaanderen spreekt van een financieel drama voor de getroffen pluimveehouders.