Oostwaardhoeve sluit deuren

De toekomst van het proefbedrijf was veel vaker onzeker. De Wit kan zich nog diverse dreigingen van sluiting herinneren. ‘En’, wijst hij op het jubileumboek ‘Oostwaardhoeve; Op goede gronden 1941-2006’, ‘ook in het verleden was daar al vaker sprake van.’
Steeds diende zich een oplossing aan, zo blijkt ook al uit de inleiding van het naslagwerk. ‘Velen meenden dat de Oostwaardhoeve de AOW-leeftijd niet zou halen, maar het proefbedrijf heeft zich met nieuw elan gestort op het economisch landbouwkundig onderzoek.’
De tegenwoordig geldende pensioengerechtigde leeftijd van 67 jaar werd dan nog wel gehaald, het 75-jarige jubileum net niet. Van diverse kanten is nog geprobeerd om de naderende sluiting te voorkomen. LTO Noord, provincie Noord-Holland en gemeente Hollands Kroon spanden zich in voor reddingsplannen. Het mocht niet baten.
Toch moet daar niet te dramatisch over worden gedaan, vindt De Wit. Medio november werd bekend dat de toekomst van het praktijkonderzoek in de akkerbouw en vollegrondsgroente toch wordt voortgezet in Wieringerwerf, enkele kilometers in noordoostelijke richting. ‘Dat is mooi voor de sector’, stelt De Wit, die blij is dat Proeftuin Zwaagdijk de proeven voortzet op een perceel van 16 hectare van Maatschap Sturm.

Biomassa

Zelf raakte De Wit nauw bij de Oostwaardhoeve betrokken via Biolake, een bedrijf dat investeert in energiewinning uit biomassa. Het samenwerkingsverband van vijf agrarische ondernemers en een technisch adviesbureau zocht een geschikte locatie voor een biomassa-installatie, onder meer om proef te draaien in een passende omgeving.
‘Heel even leek alles op zijn plek te vallen’, blikt De Wit terug. ‘Onderzoek en praktijk kwamen hier perfect bij elkaar. We konden een opstelling maken met alle schakels in de keten, van teelt tot verwerking en verkoop. Ook met de slibverwerking was een mooie combinatie te maken. De energiegewassen konden prima op zuiverende slibbakken worden geteeld.’
Eigenlijk was toen al snel duidelijk dat Wageningen UR zich terugtrok uit de Wieringermeer om alle activiteiten te concentreren in Lelystad. Voor Biolake werd het daardoor te risicovol om de installatie te plaatsen. ‘Wel hebben we nauw contact gehouden met de Oostwaardhoeve. Toen de bedrijfsleider werd overgeplaatst, heeft Proeftuin Zwaagdijk het onderzoeksdeel voor haar rekening genomen. Ik ben me, mede namens Biolake, met de exploitatie van het reguliere akkerbouwbedrijf gaan bezighouden.’
De Wit ervaarde het opkrikken van de akkerbouwpoot als een uitdaging.’ Het is gelukt om elk jaar de opbrengsten te verhogen en de kosten naar beneden te brengen. Dat was vaktechnisch gezien een mooie opgave.’
De proefvelden kwamen weer volop in ontwikkeling, merkte De Wit. In het begin werd er op hooguit 5 hectare onderzoek uitgevoerd. ‘Onder de bezielende leiding van directeur Johan Kos van de Proeftuin Zwaagdijk groeide dat in korte tijd toch weer naar ruim 20 hectare.’
Dat gaf de nodige reuring. Ook de demonstratiedagen bleven goed bezocht. ‘Daarom is het van belang dat ook in deze streek praktijkonderzoek uitgevoerd blijft worden. Zeker met de grote zaadfirma’s, verenigd in Seed Valley. Het is goed om gewassen te testen onder typische omstandigheden van het zeeklimaat en om te laten zien wat er hier allemaal mogelijk is.’

Leerzaam

Uit het oogpunt van zijn betrokkenheid bij Biolake was het vooral een leerzame periode, vervolgt De Wit. ‘Om de energiewinning uit biomassa verder te ontwikkelen hebben we contacten met onderzoekers en wetenschappers overal in het land. Op de Oostwaardhoeve zaten we dicht bij het vuur. Die contacten gaan niet verloren met de verhuizing naar Wieringerwerf.’
Zo hebben De Wit en zijn collega’s zelf van dichtbij ervaren dat de organisatie en financiering van onderzoek sterk zijn verzakelijkt. ‘Voorheen werd onderzoek meer collectief gefinancierd vanuit de productschappen. Nu is een combinatie tussen overheid, onderzoeksinstellingen en bedrijfsleven een absolute vereiste. Gezamenlijk steken die er geld, energie, kennis en ervaring in. Ieder heeft daarin zijn eigen specifieke inbreng.’
Volgens De Wit is dat rechtstreekse contact goed voro de kwaliteit. ‘Vroeger stond het meeste onderzoek verder af van de praktijk. Nu we gedwongen zijn om het samen op te zetten, leren we van elkaar. Dat is interessant en zinvol.’
Hij heeft dat zijdelings op de Oostwaardhoeve ervaren. ‘In praktijkonderzoek wordt met cijfers onderbouwd dat bijvoorbeeld ‘koers A’ de beste optie is, waar de ondernemer op zijn gevoel anders misschien voor ‘koers B’ zou hebben gekozen. En omgekeerd werkt het ook. Onderzoekers en wetenschappers houden meer voeling met de dagelijkse praktijk. Dat zorgt ervoor dat resultaten sneller worden toegepast en niet ergens onderin een la belanden.’
Met de onderzoeksresultaten van de Oostwaardhoeve zal dat laatste niet of nauwelijks zijn gebeurd, vermoedt De Wit. ‘De snelle ontwikkeling van de Wieringermeer is voor een deel ook zeker te danken aan alle praktijkproeven die hier zijn uitgevoerd. In het begin waren die vooral op de mechanisatie gericht. Later kwam er ook steeds meer gewasonderzoek bij.’
Met de sluiting van de Oostwaardhoeve verdwijnt een waardevol instituut, meent de akkerbouwer. ‘Alles ademt hier geschiedenis. Wat dat betreft hebben we afgelopen zomer nog een geweldige afsluiting gehad met de voorstelling Mansholt door het theatergezelschap Karavaan. Het verhaal over de grote aanjager achter de ontwikkeling van de Nederlandse landbouw paste hier prachtig, zo tussen al die historische gebouwen. Daarmee is de cirkel rond.’

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Vrijdag
    14° / 7°
    70 %
  • Zaterdag
    15° / 7°
    70 %
  • Zondag
    15° / 5°
    20 %
Meer weer