Rioolwaterzuivering verandert in centrale mestvergister

Het heeft bijna een decennium geduurd, maar begin volgend jaar is het dan zover. Dankzij een forse financiële injectie van provincie Fryslân gaat op het terrein van de voormalige rioolwaterzuivering bij Wijnjewoude de eerste spade de grond in voor de bouw van een centrale mestvergister.

Rioolwaterzuivering+verandert+in+centrale+mestvergister
© Rens Hooyenga

In Wijnjewoude werd tien jaar geleden een belangrijke stip op de horizon gezet: het streven om in 2025 energieneutraal te zijn. Voor het behalen van die ambitieuze doelstelling bleken 'moleculen' een onmisbare schakel te vormen. Concreet betekent dit dat het dorp – naast allerlei energiebesparende maatregelen – jaarlijks 1 miljoen kuub groen gas nodig heeft, afkomstig uit de vergisting van mest.

Met het geld van de provincie kan de bouw van de monovergister van start. 'We kunnen meerdere doelen realiseren', vertelt voorzitter Pieter de Kroon van energiecoöperatie Wijnjewoude Energie Neutraal (WEN). 'Bijvoorbeeld de aanschaf van batterijen voor de stroomvoorziening. En ook heel belangrijk: de deelnemende boeren ontvangen een financiële bijdrage voor de noodzakelijke aanpassing van hun stallen.'


De Kroon legt uit dat de traditionele roostervloer wordt dichtgelegd met geprofileerde rubberen matten. Vloerschuiven of mestrobots vegen de vloer meermaals per dag zo snel mogelijk schoon. De mest gaat niet naar een kelder, maar direct de put in, buiten de stal. Zo blijft de mest vers en kan het snel worden opgehaald. Met deze werkwijze gaat de ammoniakemissie van de melkveehouders met ongeveer 45 procent omlaag.


Sterker verdienmodel

Het is de bedoeling dat een kleine dertig melkveehouders uit Wijnjewoude de vergistingsinstallatie van dagverse mest voorzien. Het mes snijdt daarbij aan twee kanten. Het groene gas uit de vergister is nodig om energieneutraal te worden. Daarmee bereikt het dorp haar ambitieuze doelstelling.

Maar voor de boeren heeft het nog een extra voordeel: door hun mest snel af te voeren, te vergisten en stikstof uit het digistaat te strippen, kunnen ze evenveel drijfmest of digestaat uitrijden als voor de derogatie. Op die manier hoeven ze minder mest af te voeren.


Bovendien blijven fosfaat, kali en organische stof op het eigen bedrijf. De deelnemende melkveehouders besparen zo kosten en benutten hun nutriënten beter. Met andere woorden: in plaats van een kostenpost is mest juist onderdeel van een sluitende mineralenkringloop en een sterker verdienmodel.


Thermofiele vergisting

Het vergisten van de mest gebeurt bij een temperatuur van 55 graden Celsius, ook wel thermofiele vergisting genoemd. 'Dat gaat sneller, vermindert de kans op ziektes, er komt meer gas uit en de silo kan kleiner zijn', licht WEN-vrijwilliger Harm de Kroon, broer van Pieter de Kroon, toe.

Het digestaat dat overblijft, wordt teruggebracht naar de deelnemende melkveehouders. Harm de Kroon: 'Wat eruit komt, lijkt qua samenstelling sterk op gewone drijfmest. Er zit alleen minder stikstof in doordat het digestaat na het vergisten ook nog door een stikstofstripper gaat. En dat is precies wat we willen. Minder stikstof betekent immers meer plaatsingsruimte voor de dierlijke mest.'

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zaterdag
    3° / -1°
    10 %
  • Zondag
    3° / 0°
    90 %
  • Maandag
    7° / 3°
    75 %
Meer weer