Boeren en tuinders rekenen keihard af met regeringspartijen

Boeren en tuinders rekenen de coalitiepartijen in de landelijke politiek keihard af op het gevoerde beleid. Het CDA lijkt de traditioneel grote boerenachterban kwijt te zijn. Ook VVD krijgt nog amper stemmen van boeren. Dat blijkt uit onderzoek dat Nieuwe Oogst hield onder bijna 2.000 mensen die actief zijn in de agrarische sector. 1.559 hiervan zijn boeren en tuinders.

Boeren+en+tuinders+rekenen+keihard+af+met+regeringspartijen
© ANP

Bij de verkiezingen voor Provinciale Staten op 15 maart stemt 72,8 procent van de respondenten op BoerBurgerBeweging (BBB). Het CDA kan nog rekenen op 7 procent en VVD op 1,8 procent.

Ter vergelijking: bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2021 kregen de coalitiepartijen CDA, VVD, D66 en ChristenUnie opgeteld 66,9 procent van de stemmen. Uit de peiling voor de Provinciale Statenverkiezingen blijkt dat nu 9,1 procent kiest voor een van deze partijen.

De peiling wijst erop dat boeren en tuinders het vertrouwen in de regeringscoalitie van VVD, CDA, D66 en ChristenUnie volledig zijn kwijtgeraakt. Dat blijkt ook uit de antwoorden op de open vragen. Veel respondenten rekenen de coalitiepartijen bij de provinciale verkiezingen af op het landelijke beleid.

Bijna 62 procent gaat op een andere partij stemmen dan bij de Tweede Kamerverkiezingen

Dat die onvrede al langer speelt in de sector blijkt uit eerdere peilingen. Ook toen zochten boeren en tuinders naar alternatieven. Bij de vorige verkiezingen voor Provinciale Staten in 2019 konden CDA en VVD rekenen op respectievelijk 45 en 15 procent van de stemmen. Dat was al een minder grote meerderheid dan in 2015 (CDA 48,2 procent, VVD 20,5 procent). Forum voor Democratie werd in 2019 met 14 procent uit het niets de derde partij voor agrariërs. Bij de verkiezingen werd de partij opgeteld de grootste van Nederland, nipt voor de VVD.



Behalve BBB heeft geen andere oppositiepartij geprofiteerd van het verlies van vertrouwen in de coalitiepartijen. De SGP is met 5,3 procent de derde partij. JA21 volgt met 2 procent, Forum voor Democratie met 1,8 procent. De overige partijen krijgen volgens de peiling minder dan 1 procent van de stemmen.

BBB is het alternatief waar veel boeren nu hun hoop op hebben gevestigd. ‘BBB maakt in de Tweede Kamer zelfs met één zetel al het verschil. Partij voor de Dieren en consorten kunnen niet zomaar wat uitkramen over de agrarische sector. Caroline zit er dan bovenop’, zegt een Friese veehouder om zijn stemkeuze te onderbouwen.


© Tony Tati

Voorzitter Erik Stegink van BBB is onder de indruk van de uitkomst van de enquête en de toegezegde steun van de boeren en tuinders. ‘We zien in de landelijke peiling wel een duidelijke stijging en de land- en tuinbouw is onze basis, maar ik vind dit percentage echt extreem hoog.’

Dat de belangstelling voor de partij onder boeren toenam, signaleerde Stegink vanaf het moment dat in de politiek vaker werd gesproken over de stikstofaanpak en krimp van de veestapel. ‘Het wordt ons door de coalitiepartijen makkelijk gemaakt zolang ze op deze voet doorgaan’, zegt hij gekscherend. Maar tegelijk ziet de voorman van BBB ook dat de partij nu door iedereen serieus wordt genomen. ‘Mensen zien dat we geen eendagsvlieg zijn, maar een echte partij met een stevig fundament en een gedreven achterban.’

Ook in algemene peilingen buiten de agrarische sector lijkt BBB een belangrijke positie te verwerven in de Provinciale Staten. Marktonderzoeksbureau Ipsos stelt dat BBB in Groningen en Drenthe mogelijk zelfs de grootste partij kan worden.


Teleurgesteld in kabinet

Waar BBB scoort, lijken met name het CDA en de VVD de stem van de boer en tuinder te hebben verloren. De reacties op de open vragen onderschrijven dit. Veel deelnemers geven aan dat ze teleurgesteld zijn in het kabinet en verwijten de partijen de oren naar de D66 te laten hangen.

Derk Boswijk, Kamerlid en CDA-campagneleider bij de Provinciale verkiezingen, vindt dat een te eenvoudige voorstelling van zaken: ‘De uitkomst van deze peiling is natuurlijk waardeloos. Maar ik begrijp het ergens wel. Er zijn enorm veel opgaven en beperkingen uitgestort over de agrarische sector, maar het kabinet geeft nauwelijks middelen om de gestelde doelen te bereiken.’

Boswijk krijgt dagelijks het advies om ‘de stekker maar uit het kabinet te trekken’. ‘Maar als wij dit als CDA doen, is het lot van de PAS-melders bepaald. En daarbij is er, op winst van BBB in de peilingen na, niet veel beters te verwachten. Integendeel.’


Tekst gaat verder onder kader.

Over dit onderzoek

De peiling van Nieuwe Oogst is gehouden onder mensen die actief zijn in de agrosector. Van de 1.989 deelnemers is 78,9 procent agrarisch ondernemer, 8 procent student, 7,6 procent gepensioneerd en 5,5 procent doet iets anders binnen de sector. Van de agrariërs is 69,1 procent veehouder en 24,1 procent is akkerbouwer, (sier)teler of tuinder. De rest vulde iets anders in als hoofdactiviteit. De enquête stond open tussen 14 en 28 februari. De deelnemers zijn benaderd via het Nieuwe Oogst Opiniepanel. De enquête is ook gedeeld door NAJK en HAS green academy. De onderzoeksresultaten zijn te downloaden via nieuweoogst.nl/onderzoek.

De CDA’er snapt de weerstand die veel mensen bij D66 hebben. ‘Die heb ik ook geregeld. Maar de kiezer heeft ons in zijn wijsheid tot elkaar veroordeeld. Ook bijvoorbeeld BBB krijgt hier in de toekomst mee te maken. Of ze moeten ervoor kiezen langs de zijlijn te blijven staan. Dat is misschien comfortabeler, maar dan bereik je helemaal niks voor de sector.’

De VVD, de partij van stikstofminister Christianne van der Wal, krijgt het verwijt boeren te laten vallen. Kamerlid Thom van Campen weerspreekt die kritiek. ‘We zitten er niet om mensen naar de mond te praten. We zitten er ook om moeilijke beslissingen te nemen waar we in het verleden misschien wel van zijn weggebleven’, stelt hij.

‘We kunnen de onduidelijkheid alleen wegnemen als we de uitstoot van stikstofoxide en ammoniak kunnen terugdringen’, vervolgt Van Campen. ‘Dat kan zoals in het verleden ook is gedaan, bijvoorbeeld met innovatie.’


Bijna iedereen gaat stemmen

Boeren en tuinders vinden de verkiezingen belangrijk. 99,1 procent van de respondenten geeft aan te gaan stemmen. Daarbij is de hoeveelheid zwevende kiezers met 4,5 procent veel lager dan gebruikelijk. Wel geeft 61,7 procent in de enquête aan op een andere partij te stemmen dan bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2021.

Indirect heeft een stem voor de Provinciale Staten invloed op de samenstelling van de Eerste Kamer. De toekomstige leden van Provinciale Staten kiezen de leden van de Eerste Kamer, oftewel de Senaat. De Senaat kan de wetten die zijn goedgekeurd door de Tweede Kamer niet meer wijzigen, maar wel goed- of afkeuren. Een groot deel van de geënquêteerden, ruim 83,6 procent, laat dit meewegen bij het kiezen van een partij.

Naast de invloed op de samenstelling van de Eerste Kamer, zijn er nog meer redenen om te gaan stemmen. De meest genoemde reden (48,3 procent) is dat boeren en tuinders de provincie belangrijk vinden voor de leefbaarheid op het platteland. Ook stellen ze dat de provincie belangrijk is voor het oplossen van de stikstofcrisis (40,5 procent) en dat het een democratisch recht is (39,4 procent).



Ook vindt 38 procent van de deelnemers aan het onderzoek dat provinciale politici meer aandacht hebben voor boeren en tuinders dan Haagse politici. Over het algemeen vinden ze dat hun provincie in hoge mate (11,5 procent) of in redelijke mate (50,7 procent) oog heeft voor de belangen van de boer en tuinder. 33,2 procent vindt dat de provincie weinig aandacht heeft voor het boerenbelang en 4,6 procent oordeelt dat provincie helemaal niet naar dit belang kijkt.

De deelnemers noemen als belangrijkste thema van de provincie de ruimte voor de land- en tuinbouw (84,6 procent), gevolgd door de stikstofaanpak (59,1 procent) en een vitaal platteland (57,1 procent). Ook het dichten van de kloof tussen stad en platteland (38,6 procent) en vergunningverlening (35,8 procent) worden vaak genoemd.



Als belangrijkste thema voor de toekomst wordt bedrijfsopvolging (69,7 procent) het vaakst genoemd, gevolgd door teeltmogelijkheden (47,6 procent) en uitbreidingsmogelijkheden (42,7 procent).

Over het algemeen, en ondanks alle uitdagingen die er voor ondernemers liggen, is het vertrouwen in de toekomst groot. Op de vraag of er toekomst is om te boeren in de eigen provincie, antwoordt 84,8 procent ‘ja’.


Kanttekeningen

Wel plaatsen diverse boeren en tuinders kanttekeningen: ‘Maar dan moet het wel anders dan hoe het nu gaat’, verzucht een Noord-Hollandse veehouder. Een collega uit Gelderland kan zich niet voorstellen dat er geen toekomst is voor de sector. ‘Het zou toch te gek voor woorden zijn als er in Nederland geen plaats is voor de sector, terwijl de hele wereld naar onze landbouw kijkt.’

Een aantal boeren en tuinders bekijkt het pragmatischer. Een veehouder uit Noord-Holland ziet geen andere mogelijkheid dan een toekomst met boeren. ‘Waar moet anders de melk van de prijswinnende en Europees beschermde Noord-Hollandse speciaalkaas vandaan komen?’ En, zo zegt een Brabantse veehouder, ‘zonder boeren is er geen platteland’.

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Vrijdag
    10° / 6°
    70 %
  • Zaterdag
    10° / 5°
    30 %
  • Zondag
    11° / 2°
    30 %
Meer weer