Jan-Willem Tijken: 'Met CowToilet gericht bemesten'

Jan-Willem Tijken uit het Gelderse Zelhem heeft voor zijn koeien alweer drie jaar een toilet dat urine opvangt. Dit CowToilet van Hanskamp beperkt niet alleen de ammoniakuitstoot, maar met pure urine heeft de melkveehouder ook een mooie meststof met stikstof en kali voor zijn gras.

Jan%2DWillem+Tijken%3A+%27Met+CowToilet+gericht+bemesten%27
© Jan van den Brink

Een blik in de openfrontstal van Tijken toont een gemêleerd gezelschap. Naast zuivere rood- en zwartbonte Holstein-koeien bevat de 55-koppige veestapel kruislingen met Fleckvieh en Brown Swiss.

'Ik maak gebruik van een driewegkruising. Ik kijk naar de koe. Wanneer ze zelf er goed uitziet, voldoende robuust is en over goede benen beschikt, dan wordt ze geïnsemineerd met Holstein-sperma. Mochten de benen beter kunnen, dan wordt dit een Brown Swiss-stier. Kan het dier robuuster, dan wordt het Fleckvieh. Belangrijk is dat er voldoende melk onder de veestapel blijft. De mindere koeien worden geïnsemineerd met Belgisch Witblauw, waarvan de kalveren per definitie worden verkocht', licht Tijken toe.


Vleesstieren

Daarnaast houdt de ondernemer 35 vleesstieren aan. Die zijn van kruisingen van Fleckvieh met Brown Swiss Ze worden op het eigen bedrijf opgefokt tot vleesstier.

Een koe plast wanneer ze ontspannen is en poept bij stress

Jan-Willem Tijken, melkveehouder in Zelhem

Door weidegang toe te passen probeert Tijken het gras zo goed mogelijk te benutten. Vanaf begin april gaan de koeien om 8 uur, na het melken, de wei in. Voor de volgende melkbeurt komen ze weer naar binnen. 'Van april tot en met mei, begin juni, gaat het beweiden lekker. De koeien nemen veel op. Daarna is de bloeiperiode en is het gras minder smakelijk. Ik heb de ervaring dat de vijfde en zesde snede net zo smakelijk zijn als de derde en vierde', zegt de melkveehouder.


Gras bijvoeren

Vanaf begin september voert de ondernemer vers gras bij. De koeien blijven in de wei tot oktober, wanneer het verse gras voor de beweiding op is. Het gras wordt bijgevoerd, totdat er ook elders geen spriet meer staat. Dat was vorig jaar tot half november.

'Ik beregen intensief om de grasgroei in stand te houden, zodat de koeien kunnen weiden', zegt Tijken. Voor een goede benutting van het verse gras wordt na de derde snede niets meer gemaaid om in te kuilen. Daarmee heeft de ondernemer precies voldoende voer. 'In 2021 hadden we nog wat reserve opgebouwd. Afgelopen herfst hebben we mais bijgekocht, omdat die oogst tegenviel.'


De melkveehouder heeft verschillende kruislingen, met onder meer Fleckvieh.
De melkveehouder heeft verschillende kruislingen, met onder meer Fleckvieh. © Jan van den Brink

Het jaar 2022 was ook niet helemaal een topper wat betreft grasopbrengst. Toch haalde de melkveehouder volgens de Kringloopwijzer 62 procent eiwit van eigen land. 'Dat komt ook door de beweiding en het herfstgras dat vers is gevoerd.'


Meetstal

Niet alleen met weidegang vermindert Tijken de ammoniakemissie, maar dat gebeurt ook in de stal met het CowToilet. 'Ik werd begin 2018 benaderd door Henk Hanskamp van het gelijknamige bedrijf dat hier enkele kilometers verderop zit. Hij zocht een meetstal voor dit systeem voor de lijst in het kader van de Regeling ammoniak en veehouderij (RAV)-lijst. Het eerste filmpje van deze uitvinding stond toen net online.'

De stal bleek ook nog eens goed geschikt te zijn voor de meting. Het CowToilet werd in 2018 in gebruik genomen, blikt de melkveehouder terug. 'Op dat moment speelde de stikstofdiscussie nog niet eens. In 2019 kwam pas het gedoe over de PAS-melders, waarna het gesteggel over stikstof losbarstte.'


Krachtvoerbox

Het CowToilet is een krachtvoerbox met een urineopvangunit. Een koe loopt erin zoals in een gewone krachtvoerbox. Het CowToilet is het sluithek. De koe kan eerst de brokken eten. Wanneer die op zijn, wordt de koe door het CowToilet aangeraakt vlak boven de uier. Dit stimuleert de koe om te urineren. Een potje vangt de urine op en zuigt deze af.

'Het CowToilet beweegt twee minuten. Plast de koe niet, dan mag ze de box verlaten. Hiervoor hebben we een doorloopbox, zodat de koe ook gemakkelijk aan de voorkant het krachtvoerstation kan uitlopen. Ze wordt niet gehinderd door andere koeien. Dit geeft rust, vooral voor bijvoorbeeld vaarzen die minder dominant zijn. Wanneer de koe eruit is, gaat de poort aan de achterkant open en kan de volgende koe de box betreden', legt Tijken uit. Hij heeft twee boxen naast elkaar.'

Het systeem werkt goed, ervaart de ondernemer. 'Een koe plast wanneer ze ontspannen is en poept bij stress. Daarom krijgt ze eerst brokjes, zodat ze zich ontspannen voelt.'


50 procent opvangen

De melkveehouder schat dat hij zo 50 tot 60 procent van de urine opvangt. Opvallend is dat het stikstofgehalte in de kelder gelijk blijft. Je zou verwachten dat die lager zou zijn, omdat een deel van de stikstof in de urine wordt afgevangen. Dat komt mogelijk doordat met dit systeem de emissies worden voorkomen. 50 procent urine opvangen betekent 50 procent reductie in de ammoniakuitstoot tijdens het opstallen.

Dit heeft nauwelijks effect op de dikte van de drijfmest. 'Het drogestofpercentage is sinds de ingebruikname 4 tot 5 procent opgelopen. Ook het water van het reinigen van de melkstal gaat in deze put. De drijfmest is prima te verpompen. Ik heb het gevoel dat de mest minder ontmengt. Het is mooi homogeen spul. Ik mix vrij weinig. Het CowToilet is hier nu drie jaar in bedrijf. Als er problemen zouden komen, dan hadden die zich aangediend', zegt Tijken.


Goed voor klauwgezondheid

De melkveehouder heeft het idee dat de stalvloer snel opdroogt. 'Het CowToilet voert 650 liter urine per dag af. Dit is beter voor de klauwgezondheid. De druk van mortellaro, waarbij een bacterie klauwinfecties kan veroorzaken, is flink afgenomen. De mestrobot is uitgerust met een sproeier om te zorgen dat de mest niet opdroogt en aankoekt.'


Voor de urine is een aparte mestsilo gebouwd.
Voor de urine is een aparte mestsilo gebouwd. © Jan van den Brink

Op jaarbasis vangt de ondernemer 230 kuub urine op. Deze slaat hij op in een silo van 172 kuub. In augustus wordt de laatste urine uitgereden. In mei zit de silo weer vol. De urine is een puur product en een mooie meststof, vindt Tijken. 'De urine bevat 6 tot 7 kilo stikstof, rond de 12 kilo kali en geen fosfaat. De urine heeft een vergelijkbare werking als kunstmest. Hier op de hoge zandgrond heeft de urine met de kali een dikke plus. Met die extra kali zou het gras langer tegen de droogte kunnen dan zonder. Het is op dit vlak overigens geen wondermiddel', glimlacht hij.


Mest goed plaatsen

Op deze manier kan de melkveehouder zijn mest goed en op de juiste manier plaatsen. 'Op mais wil ik graag de dikkere mest plus fosfaat, op gras de stikstof.' Hij zet de urine dan ook in als kunstmest, vooral voor de maaisneden die hij inkuilt.

Voor de eerste snede kiest de ondernemer voor kunstmest, omdat de urine wat uitspoelingsgevoeliger is. Na de eerste snede volgt 10 kuub urine, na de tweede snede 8 kuub en na de derde snede 5 kuub. Hiervoor wordt dezelfde bemester ingezet als bij Groene Weide Meststof. Deze bemester, voorzien van een Bomech-boom van 12 meter breed, kan kleine hoeveelheden geven en is voorzien van gps met sectieondersteuning, zodat eventueel secties kunnen worden afgesloten.


Derogatie

Omdat Tijken aan de derogatie meedoet, mag hij extra stikstof in de vorm van dierlijke mest aanwenden. Toch moet hij jaarlijks nog rond de 400 kuub mest afvoeren. 'Het is de vraag wat er gaat gebeuren met de derogatie. Mocht die vervallen, dan loopt op de mineralenbalans stikstof eerder tegen de grens van 170 kilo per hectare aan dan fosfaat', zegt hij.

'Bij drijfmest voer je naast stikstof fosfaat af, terwijl dat eigenlijk niet nodig is. Hoe mooi die urine ook is, kan ik er ook voor kiezen om dat fosfaatloze product af te voeren. Mocht de urine als kunstmestvervanger worden ingezet, dan kan ik deze zelf als meststof inzetten', zegt de melkveehouder.

De afzet van de urine staat nog in de kinderschoenen. Tijken heeft voor volgend jaar de afzet geregeld bij een kweker van heesters en coniferen in het Zuid-Hollandse Boskoop, die al ervaring heeft met dit product. Hanskamp heeft een urinebank opgezet om vraag en aanbod bij elkaar te brengen. Tijken: 'Hij staat op kwekersbeurzen om het product onder de aandacht te brengen. Kunstmest en vooral kali worden duur. Kwekers zoeken alternatieven. Voor ons kan dit interessant zijn, wanneer we in plaats van 15 tot 20 euro afzetkosten datzelfde bedrag kunnen beuren.'


Jan-Willem Tijken, melkveehouder in Zelhem
Jan-Willem Tijken, melkveehouder in Zelhem © Jan van den Brink


Bedrijfsgegevens

Jan-Willem Tijken heeft een melkveebedrijf in het Gelderse Zelhem. Hij beschikt over 31 hectare grond, waarvan 25 hectare gras en 6 hectare mais. Tijken heeft 55 melkkoeien – Holstein en kruislingen met Fleckvieh en Brown Swiss – en 20 stuks jongvee. De gemiddelde melkproductie is 9.600 kilo per koe met 4,62 procent vet en 3,58 procent eiwit. Daarnaast heeft de ondernemer 35 vleesstieren van kruislingen met Fleckvieh en Brown Swiss, die op het eigen bedrijf zijn geboren. Hij neemt deel aan de derogatie.

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Vrijdag
    12° / 4°
    30 %
  • Zaterdag
    17° / 7°
    70 %
  • Zondag
    18° / 11°
    50 %
Meer weer