Toenemende problemen stengelaaltjes, onderzoek vraagt om actieve populaties

De problemen met stengelaaltjes in akkerbouwgewassen nemen de laatste jaren toe. Vooral in aardappelen en uien kunnen schade en opbrengstderving flink oplopen. Dat meldde nematoloog Pella Brinkman van Wageningen University & Research (WUR) deze week in een online bijeenkomst over stengelaaltjes.

Toenemende+problemen+stengelaaltjes%2C+onderzoek+vraagt+om+actieve+populaties
© HLB

'De aaltjes zijn met het blote oog niet te zien, de symptomen wel degelijk', stelt Brinkman. 'In aardappelen kunnen stengelaaltjes, ofwel Ditylenchus dipsaci, grote problemen geven door droogrot. Bij een uiengewas kan het de bolbodem aantasten. Hierdoor ontstaan grote scheuren. Bij koprot in suikerbieten kan de hele bovenkant wegrotten als de aantasting doorzet.'

Omdat stengelaaltjes niet te zien zijn, is het onmogelijk om de aaltjes uit een partij knollen te sorteren, weet Brinkman. 'Je raakt ze nooit helemaal kwijt. Vooral bij een lage infectiedruk zijn er weinig tot geen symptomen en kunnen dus op het oog ook schone knollen besmet zijn.'


Alle grondsoorten

Volgens Brinkman kunnen stengelaaltjes, in tegenstelling tot andere aaltjessoorten, op alle grondsoorten voorkomen. 'Op kleigrond blijven stengelaaltjes nog langer aanwezig.' De aaltjes komen op het perceel via besmette grond, maar kunnen ook met zaden en plant- of pootgoed meekomen.


Stengelaaltjes kunnen lang overleven in de grond en daardoor na tientallen jaren nog steeds een probleem vormen. De vermeerdering gaat snel en gaat ook in de bewaring van de geoogste producten door. Brinkman: 'De aaltjes kunnen al in lage dichtheden voor schade zorgen. Zelfs een hele kleine populatie kan zich snel vermeerderen.'


Sterke vermeerderaars

Sterke vermeerderaars van stengelaaltjes zijn vlinderbloemigen als luzerne, veld- en tuinboon, stamslaboon en erwten. Ook de groenbemesters witte en rode klaver zijn goede vermeerderaars. 'Het is belangrijk om te weten wat de afkomst van de stengelaaltjes is om te zien waar je schade krijgt. Dan is het nog steeds de vraag of dat een raseffect is of dat het komt door populaties.'

Stengelaaltjes zijn sinds 2019 een Regulated Non-Quarantine Pests (RNQP)-organisme. Dat zijn schadelijke organismen die voorkomen in de Europese Unie en niet hoeven te worden uitgeroeid. Er wordt al lang onderzoek gedaan naar aaltjes, maar er is volgens de WUR meer structuur nodig bij de aanpak ervan.


In kaart brengen

Het Plan van Aanpak Stengelaaltjes, dat loopt vanaf 2019 tot en met 2023, richt zich op een fundamentele aanpak van stengelaaltjes. Doel is om de diversiteit in stengelaaltjesrassen in kaart te brengen. Probleem is namelijk dat de vermeerdering op de gewassen verschilt per stengelaaltjesras.

De onderzoekers van onder meer de WUR en HLB zijn voor gedegen onderzoek nog steeds op zoek naar actieve populaties. 'Voor een goede moleculaire karakterisering hebben we meer dan vijftig populaties nodig.'


Telers zien het niet

Volgens Egbert Schepel, aaltjesspecialist bij onderzoeks- en adviseringsbureau HLB, zien telers bij problemen vaak niet dat het stengelaaltjes zijn. 'Vooral bij kleine plekjes. Dat is ook wel een reden waarom we geen populaties binnen krijgen.' Verder speelt mee dat het de afgelopen droge jaren niet echt 'goede' jaren waren voor stengelaaltjes. 'In 2021 was het aantal populaties veel groter.'

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zondag
    11° / 2°
    30 %
  • Maandag
    10° / 0°
    20 %
  • Dinsdag
    10° / 0°
    20 %
Meer weer