Polen wil duizend beroepsjagers tegen wilde zwijnen

De nieuwe beroepsjagers krijgen toestemming om op het uitgestrekte Poolse platteland vanuit auto's op wilde zwijnen te schieten. Ook hoeven ze de kadavers na het afnemen van bloedmonsters niet langer in te leveren bij gecertificeerde laboratoria, maar moeten ze deze meteen in kuilen begraven en afdekken met ongebluste kalk.

Volgens Kolakowski zijn radicale maatregelen nodig, omdat de komende maanden cruciaal zijn. Als er in maart geen preventieve maatregelen zijn genomen, worden er naar schatting 1,2 miljoen wildezwijnenbiggetjes geboren en in het volgende nest in juli nog eens meer dan een miljoen. Daarom moeten de Poolse akkers voor het zaaien van mais worden ontvolkt van met Afrikaanse varkenspest besmette everzwijnen, is het devies.

Weerstand lokale jagers

De Poolse bewindsman hoopt dat de groep van meer dan duizend jagers de bestaande plaatselijke jachtclubs kan gaan ondersteunen, maar de Poolse jagersvereniging wijst de nieuwe voorstellen van de hand. De jagers wijzen erop dat schieten vanuit auto's om veiligheidsredenen tot nu toe verboden is. Bovendien klagen ze erover dat zij alle kadavers moeten inleveren bij verafgelegen instanties, met slechts een geringe financiële vergoeding per zwijn.

Onder varkenshouders en boeren op het platteland is er veel onvrede over het gebrekkige afschot door de plaatselijke jagersverenigingen. Zij hebben afgelopen jaar hun afschot weliswaar verdubbeld van ruim 400.000 naar 800.000 stuks, maar dat is bij een geschatte omvang van vele tientallen miljoenen wilde zwijnen onvoldoende, vinden boeren.

Bioveiligheid

De jagers zeggen dat de verspreiding van Afrikaanse varkenspest niet zozeer door rondtrekkende wilde zwijnen komt, maar door boeren en inwoners van het platteland die door hun gebrek aan bioveiligheid het virus zelf hun boerderijen binnenslepen.

Door Afrikaanse varkenspest hebben de afgelopen zeven jaar veel kleine Poolse varkenshouders hun activiteiten opgegeven. Volgens het ministerie van Landbouw in Warschau waren er in 2014, toen de besmettelijke dierziekte voor het eerst in Polen werd ontdekt, nog 179.000 individuele varkenshouderijen met in totaal ongeveer 10,5 miljoen dieren, wat neerkomt op een gemiddelde van 59 varkens per kudde.

In 2019 was het aantal varkensbedrijven gedaald tot 116.000. Medio 2021 telde de overheid nog zo'n 92.000 bedrijven met varkens, wat overeenkomt met een daling van bijna de helft ten opzichte van 2014.