Kritiek Rekenkamer op sanering varkenshouderij

Het percentage van de varkenshouders dat afhaakte bij de subsidieregeling sanering varkenshouderijen (Srv) had lager kunnen zijn. Ook had de geuroverlast verder beperkt kunnen worden dan nu is gerealiseerd. Dat stelt de Algemene Rekenkamer na onderzoek.

Kritiek+Rekenkamer+op+sanering+varkenshouderij
© Twan Wiermans

In totaal is van 424 varkenshouders de aanvraag voor de Srv goedgekeurd. Tot december 2020 heeft 30 procent van de varkenshouders na die goedkeuring de aanvraag weer ingetrokken. Het percentage had lager kunnen zijn, stelt de Algemene Rekenkamer in het verantwoordingsonderzoek over 2020 over de Srv.

Het landbouwministerie heeft volgens de Rekenkamer onderschat hoeveel tijd de varkenshouders nodig hebben om tot een besluit te komen. Stoppen met het varkensbedrijf is ingrijpend. Varkenshouders moeten overleggen met gezin, financiers en adviseurs. Ook moeten ze met de gemeente in de slag over de bestemming van de locatie na saneren.

Het totale proces is niet goed voorspelbaar en duurt regelmatig langer dan de subsidieregeling toestaat. Vooral dat varkenshouders niet op tijd weten wat er op de locatie mag, blijkt een struikelblok.

Een ander deel van de afhakers geeft aan dat het subsidiebedrag tegenviel en dat die te laag is om te kunnen stoppen met het bedrijf.


7 procent varkensrechten

Doordat 30 procent van de varkenshouders heeft aangegeven niet deel te nemen is tot eind 2020 maximaal 7 procent van de varkensrechten van de markt gehaald. Dat aandeel kan nog lager worden omdat de regeling nog loopt en varkenshouders nog kunnen afhaken.

De Algemene Rekenkamer geeft aan dat de Srv ook meer effect had kunnen hebben door verschil te maken in mate van geuroverlast en vergoeding. Er was alleen sprake van een ondergrens van een geurscore van 0,4 voor deelname aan de regeling. De regeling maakt echter maar geen verschil in de vergoeding tussen bedrijven die veel of weinig overlast veroorzaken.

Door dat gemis is er een flink verschil in effectiviteit. De 10 procent meest kosteneffectieve locaties verminderen per euro subsidie de geuroverlast dertig keer meer dan de 10 procent minst kosteneffectieve locaties. Voor een volgende regeling adviseert de Rekenkamer om de hoogte van het subsidiebedrag beter af te stemmen op het te behalen doel.

Een ander punt waarom de geuroverlast in 2020 minder is gedaald dan had gekund heeft te maken met de Regeling Omgevingskwaliteit die nog liep. Bij deze regeling was de afspraak dat de opgekochte rechten weer terugverkocht konden worden aan varkensbedrijven. Daarbij gold in eerste instantie de eis dat hiervoor alleen varkensbedrijven in aanmerking kwamen die geen geuroverlast voor omwonenden veroorzaakten. Deze bedrijven kochten 40 procent van de rechten op. De overgebleven 60 procent van de rechten zijn uiteindelijk verkocht zonder dat er eisen zijn gesteld aan de geuroverlast.

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Vrijdag
    12° / 4°
    30 %
  • Zaterdag
    17° / 7°
    70 %
  • Zondag
    18° / 11°
    50 %
Meer weer