Hoogleraar Wim van der Poel: 'Pandemie kun je wel beheersen maar niet voorkomen'

'De huidige pandemie, veroorzaakt door de zoönose covid-19, heeft de kwetsbaarheid van onze manier van leven blootgelegd', stelt hoogleraar virologie Wim van der Poel vast. 'Eigenschappen en verspreiding van zoönosen kunnen veranderen door veel factoren waarbij de mens vaak een rol speelt. Denk aan veranderingen in dierhouderijen, transport van dieren, ons reisgedrag, klimaatverandering en voedselproductie.' De coronapandemie levert veel veel nieuwe informatie op om beter te zijn voorbereid op een nieuwe pandemie. 'Maar je moet ook aan de voorkant kijken.'

Hoogleraar+Wim+van+der+Poel%3A+%27Pandemie+kun+je+wel+beheersen+maar+niet+voorkomen%27
© Ruud Ploeg

Virologen, epidemiologen en gezondheidsinstanties zoals de Wereldgezondheidsorganisatie hebben er al decennialang voor gewaarschuwd: een pandemie die de wereld lam kan leggen. Ook de Wageningse hoogleraar virale zoönosen Wim van der Poel was niet verrast over de komst van 'disease X'. Maar de besmettelijkheid en de impact van de covid-19 noemt hij uitzonderlijk. 'Dit is nooit eerder vertoond'.

Ik denk dat we uiteindelijk toe moeten naar een duurzamere en circulaire landbouw

Wim van der Poel, hoogleraar aan Wageningen University & Research

Tekst gaat verder onder kader.

Toekomst van de landbouw

De rol van boeren en tuinders in onze samenleving en het belang van een eigen voedselproductie staan ter discussie. In de serie 'Toekomst van de landbouw' diept Nieuwe Oogst het onderwerp uit. Hoe ziet de toekomstige landbouw eruit en welke plek hebben de boeren en tuinders in de veranderende samenleving? De serie is niet bedoeld om de toekomst te voorspellen, maar om denkrichtingen te bieden over hervormingen van de landbouw, de rol van voedsel, mondialisering, regionalisering, gezondheid en technologie. Volg de verhalen via Nieuweoogst.nl/toekomst.

Voor een viroloog is dit een bijzondere tijd.

'Absoluut. In mijn onderzoeksgroep werken wij aan zoönotische virussen die in Nederland opduiken of die al langer van belang zijn voor de bescherming van de volksgezondheid. Daarnaast doen wij onderzoek om nieuwe virussen bij dieren in Nederland zo snel mogelijk te identificeren en te karakteriseren.

'Wij doen steeds meer onderzoek om te zorgen dat we beter zijn voorbereid op nieuwe virusuitbraken. Deze pandemie levert enorm veel nieuwe informatie op. Hoe kunnen we uitbraken van nieuwe zoönosen voorkomen en het ontstaan van pandemieën tegengaan? Hoe kunnen we voorkomen dat bij toekomstige pandemieën de gevolgen net zo dramatisch zijn als bij covid-19?'


Welke rol spelen dieren hierin?

'Die is voor elke epidemie verschillend. Elk virus heeft zijn eigen dynamiek. Circa 70 procent van de nieuwe virussen bij mensen heeft zijn oorsprong in dieren. Dat zijn zoönosen, ziektes die van dieren op mensen overgaan.

'We kunnen er met zekerheid van uitgaan dat er weer nieuwe virussen zullen opduiken in de komende jaren. Het is helaas ontzettend moeilijk te voorspellen waar en wanneer dat zal gebeuren en of dat tot een pandemie zal leiden.

'Voor een pandemie heb je een ziekteverwekker nodig die gemakkelijk van mens op mens overspringt, het liefst een beetje onopgemerkt. Dan kom je uit bij de virussen die zich via de luchtwegen verspreiden. Influenza, vogel- of varkensgriep dus. Of eentje uit de groep van de coronavirussen.'


Wat voor zicht hebben jullie op die virussen?

'Van heel veel zoönosen kennen we de verspreiding en de eigenschappen wat betreft besmettelijkheid en de ziekteverschijnselen die ze veroorzaken. Neem vogelgriep. Ook een virus dat gevolgen kan hebben voor de volksgezondheid. Daarvoor is er in Nederland een intensief monitoringssysteem ingericht.

'Dieren worden onderzocht op vogelgriep als er een verdenking van influenza bestaat. Daarnaast worden bedrijven ook zonder verdenking met een vaste regelmaat getest op vogelgriep. En er bestaat een monitoringssysteem in wilde vogels, met name watervogels omdat die het reservoir vormen voor influenzavirussen. Bij detectie van hoogpathogene influenzastammen kunnen maatregelen worden genomen, zoals het ophokken van kippen of soms het ruimen van bedrijven.

'Gegevens worden internationaal gemeld en uitgewisseld. In Nederland kunnen we op basis van dat systeem het pluimvee goed bewaken.'


Kun je zoönosen en daarmee een pandemie voorkomen?

'We kunnen het beter beheersen. Op korte termijn is veel winst te behalen door het opvoeren van hygiënemaatregelen binnen en tussen veehouderijbedrijven en in de verdere voedselproductieketen.

'Daarnaast is interventie mogelijk door bijvoorbeeld vaccinatiestrategieën. Er wordt gewerkt aan steeds beter vaccins die ook sneller kunnen worden geproduceerd en toegediend. We hebben nu binnen een jaar vaccins tegen corona ontwikkeld. Dat werd twintig jaar geleden nog voor onmogelijk gehouden.


'Er wordt ook hard gewerkt om zoönosen sneller te identificeren en te karakteriseren. Daar zijn ook steeds betere technieken voor. Denk aan verdergaande analyses van data uit de voedselproductieketen en moleculaire technieken om ziekteverwekkers aan te tonen en uitgebreid te analyseren.'


Beheersen is iets anders dan voorkomen.

'Ja. Wil je zoönosen en daarmee eventuele pandemieën echt voorkomen, dan zul je iets moeten veranderen aan de voorkant, aan ons menselijk gedrag. Want eigenschappen en de verspreiding van zoönosen kunnen veranderen door veel factoren waarbij de mens vaak een rol speelt. Denk aan de manier waarop we dieren zijn gaan houden, ons reisgedrag en de klimaatverandering.'


Wat betekent onze manier van dieren houden?

'In het algemeen is het zo dat het risico van zoönosen toeneemt naarmate er meer dieren worden gehouden en er meer contact is tussen mens en dier. Nederland is zo'n hotspot. Bovendien hebben we in ons land ook nog eens veel kleine natuurgebieden in de buurt van veehouderijen, waardoor contacten tussen wilde en gehouden dieren groter worden.

'Daarnaast hebben vooral veranderingen in management in de dierhouderij grote gevolgen voor de contactstructuren tussen dieren en met mensen in het ecosysteem. Denk aan de uitloop van kippen, waardoor kippen gemakkelijker met besmette wilde dieren in contact komen. Of door het grootschalig houden van melkgeiten zonder vooraf goed te bekijken welke zoönosen met de mest in de omgeving kunnen worden meegebracht. Zo ontstond Q-koorts.

'In Maleisië ging men begin deze eeuw varkens houden onder bomen waar vleermuizen in zaten. Dat zorgde voor infecties met het Nipah-virus, een luchtwegvirus dat ernstige ziekte en sterfte kan veroorzaken bij varkens en mensen. Als je dus veranderingen in de dierhouderij gaat toepassen, moet je ook kijken of dat gevolgen kan hebben voor de volksgezondheid en daar, als het nodig is, een controlesysteem voor bedenken.'


In China worden varkens in varkensflats gehouden. Is dat een oplossing?

'Je kunt zo'n systeem strikt gezien heel veilig maken ten aanzien van zoönosen. Maar dat is duur en je creëert een houderij die min of meer is geïsoleerd van de rest van ons ecosysteem. Je moet je afvragen of je dat op de lange termijn wilt.

'Bovendien zijn veel dieren bij elkaar erg kwetsbaar en gevoelig voor besmetting met een nieuwe ziekteverwekker. Die moet je dan dus heel nauwkeurig bewaken door strenge hygiëne. Op die manier ontstaat er iets heel kunstmatigs. En dan heb ik het nog niet over de ethische bezwaren.'


Wat moeten we dan?

'Ik denk dat we uiteindelijk toe moeten naar een duurzamere en circulaire landbouw. Dat is niet gemakkelijk. Een duurzaam systeem betekent niet direct een hogere productie, terwijl de wereldbevolking en de vraag naar dierlijke producten blijft toenemen. Het gaat om een groot en wereldwijd vraagstuk. Het gaat nog lang gaat duren voordat we dit in positieve zin veranderen. Best griezelig dus.'


U stelt dat ook de klimaatverandering een zoönose kan veroorzaken.

'Ja. Ziekteoverdragende insecten veranderen van verspreidingsgebied, omdat meer gebieden door de klimaatverandering tot hun leefomgeving kunnen gaan behoren. We zien dat in Nederland het westnijlvirus oprukt. Dat is een door muggen overgedragen virus waar mensen en paarden ziek van kunnen worden. Binnen ons investeringsthema Global One Health en met het Netherlands Centre for One health doen we daar onderzoek naar.'


Erkennen we dat we moeten kijken naar structurele oplossingen voor pandemieën?

'Er zijn nog steeds klimaatontkenners. En ontkenners van het feit dat de voedselproductie anders moet worden georganiseerd. Ook de politiek is meer gefocust op kortetermijnoplossingen. Je ziet nu dat er allerlei onderzoeks- en bewakingsprogramma's worden opgestart. Of die aandacht blijvend is, zullen we zien.

'Om iets structureels als ons voedselsysteem of klimaatverandering aan te pakken, is meer durf nodig. Terwijl we daar wel op moeten acteren. Anders blijven we als wetenschap achter de feiten aanlopen.'


Hoe kijkt de agrarische sector ernaar?

'Boeren krijgen er in hun werk direct mee te maken als we kiezen voor een structurele aanpak. Op de korte termijn bedreigt het hun inkomen en daardoor voelt het ook als een bedreiging van hun bestaansrecht. Dat zou niet zo moeten zijn, want de behoefte aan voedsel neemt niet af. Het gaat niet om een probleem van de landbouw, maar van de samenleving in zijn geheel. Die moet het oplossen.'


Wat kan Wageningen betekenen in de strijd tegen zoönosen en pandemieën?

'We zijn bezig met de start van 'ERRAZE@WUR', een nieuw ambitieus onderzoeks- en investeringsprogramma om het wetenschappelijke fundament te helpen bouwen dat beleidsmakers, beslissers en de samenleving nodig hebben om toekomstige pandemieën te voorkomen en de impact ervan te mitigeren.

'Bij Wageningen University & Research (WUR) komt de benodigde expertise op een heel breed gebied samen. Daarmee hopen we antwoorden te vinden op vragen die samenhangen met nieuwe, dreigende pandemieën. WUR-investeert hierin de komende drie jaar 6,5 miljoen euro. Op dit moment worden nationaal en internationaal gesprekken gevoerd met geïnteresseerde partijen en beoogde partners. En er wordt gewerkt aan aanvullende financiering.'


Wim van der Poel is hoogleraar virologie en moleculaire biologiecoördinator aan WUR. Hij houdt zich bezig met bedreigende virusziekten bij dieren en via voedsel overdraagbare virussen. Daarnaast bestudeert Van der Poel met zijn onderzoeksgroep de virussen die van dieren op mensen overdraagbaar zijn. Van der Poel doet ook onderzoek op het gebied van 'One Health'. Dat concept is gebaseerd op de samenwerking tussen de humane geneeskunde en de diergeneeskunde, maar heeft zich uitgebreid tot een multidisciplinaire benadering waarbij veel meer gezondheidsgerelateerde onderzoeksrichtingen zijn betrokken.

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Vrijdag
    10° / 6°
    70 %
  • Zaterdag
    10° / 5°
    30 %
  • Zondag
    11° / 2°
    30 %
Meer weer