Bloemenexport in maart ruim een kwart lager

Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) meldt op basis van voorlopige cijfers dat de afname van de sierteeltexport in maart voor het grootste deel voor rekening komt van snijbloemen (-26 procent). De export van planten en boomkwekerijproducten nam met 18 procent af en die van bloembollen en overige sierteelt met 25 procent.

In januari 2020 steeg de sierteeltexport nog met 10 procent in waarde, in vergelijking met januari 2019. In februari was de toename met 3 procent al aanzienlijk lager. Het CBS presenteert de ontwikkeling op de exportmarkt voor sierteeltgewassen op basis van data afkomstig van de douane en handelsbedrijven.

Krimp handel op Italië het sterkst

Vooral bij de tien belangrijkste exportlanden nam de exportwaarde in maart 2020 na het uitbreken van de coronacrisis flink af, in vergelijking met een jaar eerder. Naar het Verenigd Koninkrijk bleef het verlies aan omzet relatief beperkt tot 13 procent. De grootste teruggang in export met 61 procent wordt gemeld vanuit Italië. Ook de export naar de Verenigde Staten en Zwitserland nam fors af met 33 procent voor beide.

In heel 2019 bedroeg de totale exportwaarde voor de sierteelt 9,5 miljard euro. Daarmee is de sector vanuit Nederland de grootste exporteur van landbouwproducten. Duitsland is met 2,6 miljard euro veruit de grootste afnemer. Het Verenigd Koninkrijk (1,1 miljard euro), Frankrijk (1 miljard euro), België (0,5 miljard euro) en Italië (0,4 miljard euro) volgen. Polen, Rusland, Zwitserland, Zweden en de Verenigde Staten maken de top 10 compleet.

De sierteeltexport naar Duitsland bestond in 2019 voor 43 procent uit snijbloemen, voor 48 procent uit planten of bomen en voor 10 procent uit bloembollen of andere producten. Italië koopt voor 52 procent aan exportwaarde bomen of planten, voor 31 procent aan snijbloemen en voor 17 procent aan bloembollen of overige sierteeltproducten. Naar de Verenigde Staten is het aandeel bloembollen of overige sierteeltproducten met 51 procent opmerkelijk hoog.