Gedeputeerde zaait zomertarwe in

Nieuws Akkerbouw Tienke Wouda 06 apr 2018 om 12:31uur

Op 70 hectare bij Vlagtwedde wordt de komende jaren geëxperimenteerd met natuurinclusieve landbouw. Gedeputeerde Henk Staghouwer zaaide hiervoor donderdag op de Westeresch de eerste zomertarwe in.

De provincie Groningen zoekt - samen met boeren en betrokken partijen - naar duurzame vormen van landbouw met oog voor dieren, planten en de omgeving. Hiermee wordt ingespeeld op veranderde wensen van de consument die verantwoord en gezond voedsel wil en op eisen die gesteld worden aan natuur en landschap. Natuurinclusieve landbouw is een voorbeeld van duurzame landbouw. Door de samenwerking tussen Werkgroep Grauwe Kiekendief, Staatsbosbeheer, provincie Groningen en in het bijzonder ook de pachters, wordt dit proefproject natuurinclusieve landbouw de komende tijd echt zichtbaar op de Westeresch (ten noord-westen van Vlagtwedde). Op de foto zaaide gedeputeerde Henk Staghouwer zomertarwe tijdens de start van het project op 5 april 2018. Foto: Huisman Media

Het natuurinclusieve bouwplan is ontworpen door Werkgroep Grauwe Kiekendief. Zij hoopt hiermee de biodiversiteit te vergroten, de bodemstructuur te verbeteren en meer insecten en vogels te trekken.

Het land is in eigendom van Staatsbosbeheer. Zes boeren pachten de percelen. Waar de grond voorheen bestond uit acht percelen met voornamelijk grasklaver en granen, is dat uitgebreid naar veertig percelen.

Veldstruweel

Er worden negen gewassen geteeld, onder andere zomertarwe, voederbiet, boekweit, haver en veldboon. Ook komen er twee vogelakkers en plukjes veldstruweel.

Niet kerende grondbewerking wordt toegepast en kunstmest is verboden. Via regionale afzetkanalen willen de initiatiefnemers de producten aan de man brengen. Hoe dat er precies uit gaat zien, wordt nog onderzocht. Staatsbosbeheer verlaagde de pachtprijs met meer dan 50 procent om boeren de gelegenheid te geven in te stappen in het project.

Toerisme

Volgens akkerbouwer Jan Joling die 5,5 hectare pacht op de Westeresch heeft het project twee kanten. 'Het is mooi voor het toerisme. Maar landbouwtechnisch zie ik nog wel haken en ogen. Het zijn heel kleine percelen; je hebt langer werk om het te bewerken. Het is niet zoals vroeger dat je met paard en eenscharige ploeg aan de gang kunt.'

Daarbij vreest hij ook voor onkruiddruk. 'Doordat er niet gespoten mag worden, is het lastiger om alles schoon te houden.' Rijksuniversiteit Groningen gaat de komende tijd onderzoek doen om te kijken wat werkt en wat niet, zowel op economisch als ecologisch gebied.