Afwisselen middelen must bij bladschimmels bieten

Wissel middelen af gedurende het seizoen en gebruik bij voorkeur niet twee keer achter elkaar hetzelfde middel. Dat is het advies van het onderzoeks- en kenniscentrum IRS aan bietentelers.

'Ook wanneer een alternatief middel actieve stoffen bevat die tot dezelfde groep behoren als een eerder gebruikt middel, is het beter dat alternatieve middel te gebruiken. Dat noemen we afwisselen binnen de groepen van actieve stoffen. Nog beter is middelen met verschillende groepen actieve stoffen af te wisselen.'

Gevaarlijk

Naast het afwisselen van middelen is het uitvoeren van een bespuiting bij de eerste aantasting heel belangrijk. Eerder dan de eerste aantasting (preventief) en te laat (meer aantasting) zijn beide gevaarlijk en vergroten de kans op resistentievorming.

'Ook in Nederland moet met de aanwezigheid van resistente en verminderd gevoelige isolaten van cercospora en op termijn met verminderd gevoelige isolaten van de andere bladschimmels rekening worden gehouden', aldus het IRS.

Aantal eisen

Bij het afwisselen van middelen is er een aantal eisen waar telers rekening mee moeten houden. Sinds 2014 mogen middelen die strobilurinen bevatten (Sphere en Retengo Plust) maximaal 50 procent van het aantal bespuitingen tegen cercospora uitmaken.

De andere bespuitingen tegen cercospora dienen telers uit te voeren met middelen die geen strobilurinen bevatten (Opus Team, Spyrale, Difure Pro, Borgi of Score 250 EC). Wanneer slechts één toepassing tegen cercospora in het hele seizoen wordt uitgevoerd, kunnen telers wel kiezen voor een middel met een strobilurine.

Twee keer

Als er geen cercospora aanwezig is op het perceel, mogen strobilurinebevattende middelen maximaal twee keer per teeltseizoen worden toegepast. Uitzondering is Retengo Plust. Dit middel mag maximaal één keer in het seizoen worden toegepast.

Retengo Plust heeft een betere nevenwerking tegen stemphylium dan Sphere en Spyrale, Borgi of Difure Pro, die een beperkte nevenwerking hebben.

Teleurstelling

Wanneer het effect van de bespuiting met fungiciden onder gunstige omstandigheden toch teleurstellende resultaten oplevert, kan er sprake zijn van resistentie tegen deze middelen of er is te laat gespoten.

Stuur in geval van verdenking van resistentie een bladmonster naar IRS Diagnostiek voor nader onderzoek. Een herhaling van de bespuiting met dezelfde middelen heeft dan geen zin.