Gras wapenen tegen vertrapping door koeien

Percelen die veel beweid worden door koeien, moeten weerbaar zijn tegen vertrapping. Grasrassen worden daarvoor beoordeeld op standvastigheid. Bij veredelaar DLF bouwen ze een extra test in: praktijkproeven met tientallen grasrassen op percelen waar koeien het hele jaar weiden.

Gras+wapenen+tegen+vertrapping+door+koeien
© Langs De Melkweg

Een grasplant is tijdens het jaar onderhevig aan verschillende aanvallen, zoals het weer, de maaimachine, maar ook de koeienpoten. Vooral voor een weideperceel is het van belang dat de grasplantjes goed bestand zijn tegen deze druk.

Het kenmerk standvastigheid is daarvoor de indicator. Jaarlijks worden de beste en meest veelbelovende grasrassen ook op dat kenmerk getest om zo een plaatsje op de rassenlijst te veroveren.

Invloed van de koe

Standvastigheid betekent dat het aantal spruiten per vierkante eenheid, bijvoorbeeld vierkante meter, in tact blijft en groeit. Proefpercelen worden normaal allemaal op exact dezelfde wijze behandeld en gemonitord. Met maaien worden de opbrengst en andere kenmerken gewogen en beoordeeld.

'Koeien hebben een antenne voor tetraploïde grasrassen'

Leo van den Berg van verdelaar DLF

De behandeling van een perceel dat beweid wordt, kan in de praktijk nooit exact hetzelfde verlopen. Een koe gedraagt zich nu eenmaal zoals ze wil. Wat die invloed van de koe op een grasras is, is dan ook lastiger in te schatten.

Drie veldjes

Dat weet ook grassenveredelaar Leo van den Berg van DLF in Moerstraten. Om die reden initieert hij sinds een aantal jaren beweidingsproeven op percelen van een praktiserend melkveehouder. Op een perceel worden tientallen rassen gezaaid, verdeeld over plots van 4,5 bij 1,5 meter.

Om toevalligheden uit te sluiten wordt een ras minimaal op drie veldjes gezaaid. 'Er kan net een slechte plek zitten of een rijspoor bij natte omstandigheden. Dat soort zaken sluit je uit voor je waarnemingen.'

Het praktijkproefveld dat DLF momenteel gebruikt ligt direct achter de stal van melkveehouder Adrie Maas. Vanaf begin april weidt hij zijn koeien daar enkele malen per jaar vier tot vijf weken in de vorm van een standweide. Terwijl het voorjaar en de grasgroei nog op gang moet komen, is het proefveld al een mooi schouwspel.

Kleurverschillen

Vooral de kleurverschillen vallen meteen en duidelijk op. 'Als je goed kijkt, kun je ook zien dat de diploïde rassen meer en dunnere spruiten bevatten dan tetraploïde rassen. Ook is te zien welke plots meer of minder grasplanten bevatten', zegt Van den Berg. 'Deze zodedichtheid monitor ik meerdere keren per jaar.'

De zichtbare verschillen tussen tetra- en diploïde rassen zijn kleur, bladfijnheid en zodedichtheid. Tetra- en diploïde rassen worden dan ook op de rassenlijst apart weergegeven en niet in rangschikking met elkaar vergeleken.

'Tetra's leveren meestal een meer open zode, maar zijn smakelijker. Dat toont zo'n praktijkveld ook echt heel mooi. De tetra-plots worden altijd het eerste en beste afgevreten. Koeien, maar ook andere dieren zoals hazen, lijken wel een ingebouwde antenne daarvoor te hebben. Ze lopen altijd direct op de tetra's af', vertelt Van den Berg.

'Dat betekent ook dat de tetra's gemiddeld meer te lijden hebben van vertrapping. Diploïde grassen hebben een betere uitstoeling en zijn beter geschikt voor langdurig grasland. Ook om die reden kun je tetra's en diploïde rassen niet één op één met elkaar vergelijken.'

Mengsels

Dat tetra's een meer open zode hebben, betekent beslist niet dat ze ongeschikt zijn om te zaaien in weidepercelen, volgens Thomas van Tetering, productmanager bij DLF.

Hij wijst erop dat grasrassen wel afzonderlijk worden getest en op de rassenlijst staan, maar nooit zo op de markt komen. 'Grassen komen altijd als mengsels op de markt. Je combineert de goede eigenschappen van verschillende rassen. Door hun smakelijkheid passen tetra's erg goed bij de sterkere en dichtere diploïde rassen.'

Van Tetering merkt in het veld dat vooral jonge boeren scherper zijn op de inhoud van de mengsels. 'Zij willen bijvoorbeeld per se dat een bepaald ras dat op de rassenlijst staat, in het mengsel zit dat ze zaaien. Handelaren en loonwerkers merken ook dat boeren kritischer meekijken. Deze toegenomen scherpte op de keuze van graszaden is erg positief.'

Buitenland

Standvastigheid is dus een item waar melkveehouders en handelaren in toenemende mate op letten. Maar opbrengst blijft verreweg het belangrijkst. In het buitenland is dat nog meer het geval.

'Een passend ras zoeken voor een weideperceel speelt in de landen om ons heen helemaal niet', weet Van den Berg. 'Niet omdat ze daar niet weiden, maar omdat ze er niet specifiek op inzetten.'

De veredelaar heeft dan ook vaak discussies met buitenlandse collega's over de aanpak van deze praktijkproeven. 'Wetenschappelijk is het een zeer discutabele manier van beproeven, omdat je het gedrag van de koeien niet kunt sturen. Maar voor ons is het een mooie aanvullende indicatie om het effect van weidegang op veel rassen onder vergelijkbare situaties in kaart te brengen.'

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Donderdag
    10° / 3°
    70 %
  • Vrijdag
    12° / 3°
    30 %
  • Zaterdag
    17° / 4°
    70 %
Meer weer