‘Provincie Flevoland blij met onze inbreng’

Anne-Marie RopsDe agendapunten bestaan uit onderwerpen waarover het nieuwe provinciebestuur in 2015 beleid moet gaan maken. Een aantal punten is als ‘urgent’ benoemd: erfgrootte, bodemdaling, wat te doen met vrijkomende agrarische bedrijfsgebouwen, ruimte voor de veehouderij en ketenverlenging op het eigen erf.
LTO Noord leverde via een brief met ‘bouwstenen’ input voor de agenda. Voorzitter Arnold Michielsen van LTO Noord Flevoland en beleidsadviseur Ard Mooij constateren dat veel van wat LTO Noord heeft ingebracht, is opgenomen in de agenda. ‘We hebben niet gewacht tot er iets zou liggen, maar besloten zelf onze punten aan te dragen’, zegt Mooij.
Daar was de provincie volgens Michielsen heel blij mee. ‘Onze brief kwam op de website van de provincie. Al snel werden we uitgenodigd voor een gesprek met twee ambtenaren. Ook hebben we onze inbreng gehad op de gebiedsbijeenkomsten die zijn gehouden.’

Economische motor

De agenda gaat veel breder dan landbouw, heeft aandacht voor het hele platteland. De landbouw sneeuwt daar allerminst in onder. ‘Gedeputeerde Gijsberts vindt de agrarische sector een belangrijke economische motor voor de provincie, die op waarde geschat moet worden’, aldus Michielsen. ‘Die insteek is voor ons belangrijk en komt ook terug in de agenda.’
Een belangrijk punt is de bouwblokgrootte. Om gemeentes houvast te geven bepleit LTO Noord een bouwblok van minimaal 3 hectare. Als de bedrijfsmatige noodzaak er is, moet een groter erf tot de mogelijkheden behoren. Mooij: ‘Door gebouwen in te passen in de omgeving waarin het bedrijf staat, hoeft een bedrijfsuitbreiding niet heel groot te lijken. Met vormgeving en landschappelijke inpassing kun je veel doen. Dat moet de provincie ook meenemen in een verkenning.’
Vooral in de Noordoostpolder komen in de toekomst veel erven vrij. De provincie kijkt via ‘Erf zoekt kans’ breed naar kansen, ook naar een mogelijk multifunctionele invulling op vrijkomende erven. ‘Dat biedt kansen, maar kan ook nadelig zijn’, stelt Mooij.
‘Wij vinden dat er veel moet kunnen op vrijkomende erven, als het de ontwikkelingen van de agrarische sector maar niet belemmert’, zegt Michielsen. Als voorbeeld noemt hij: ‘Laat het helder zijn dat wij niet meer woningen in het buitengebied willen.’
Het punt ‘Bodem en water’ dat LTO Noord aandroeg, is een-op-een in de agenda opgenomen. ‘Koester onze belangrijke productiefactor grond’, vat Michielsen dit punt samen. ‘Boeren in Flevoland bedrijven topsport. De opbrengsten zijn bovengemiddeld. Er moet aandacht zijn voor het op peil houden van bodemvruchtbaarheid in relatie tot de beschikbaarheid van voldoende water van goede kwaliteit.’
Ook agrarische structuurversterking, ontwikkelingsruimte voor de veehouderij, snel internet en eigen producten verwerken op het eigen erf zijn items die LTO Noord heeft ingebracht en in de Agenda Vitaal Platteland zijn opgenomen.
Op 17 december wordt de agenda in Provinciale Staten vastgesteld. De echte discussie ontstaat pas daarna. ‘We gaan dan input leveren voor Gedeputeerde Staten voor het concrete beleid’, zegt Mooij. Ook gaat LTO Noord met de fracties om tafel zitten.
Michielsen merkt op dat de provincie zoekende is naar waar haar autonomie ligt en waar die van de gemeentes. De provincie bepaalt de speelruimte van de gemeentes; daar mag de provincie volgens de LTO Noord-voorman soms wel strenger in zijn.
‘Wij hopen dat de provincie te zijner tijd met een beleidskader komt, waar gemeentes zich aan kunnen houden’, stelt Michielsen. ‘Voor de intensieve veehouderij heeft de provincie veel ruimte gelaten. Daar gaan gemeentes verschillend mee om. Noordoostpolder is wat behoudend. Dronten heeft ondanks dat de PAS (Programmatische Aanpak Stikstof) er nog niet was, toch een bestemmingsplan ingediend. Dat dit wordt afgekeurd op de MER (milieueffectrapportage) is het gevolg, maar Dronten heeft wel haar nek uitgestoken en dat valt te prijzen.’