‘Voor goede plannen zijn we altijd in’

Je hoort het nogal eens op een receptie of verjaardag: ‘De banken geven geen krediet meer.’ Klopt die constatering of is het borrelpraat? Specialisten van de drie grootste banken, Rabobank, ABN Amro en ING, geven uitleg en wijzen op factoren die een rol spelen bij kredietverstrekking.

René BouwmeesterAls banken minder geneigd zijn te financieren - zoals ook in de volksmond wordt gesuggereerd - dan moet dat terug zijn te vinden in de totale kredietverstrekking aan de land- en tuinbouwsector. De markt van agrarische kredietverstrekking kent in Nederland sinds het terugtrekken van Deutsche Bank en de overname van Friesland Bank door Rabobank drie grote spelers: Rabobank, ING en ABN Amro. Hoeveel krediet deze banken aan de agrarische sector verstrekken is onduidelijk.
Alleen Rabobank laat zich uit over haar eigen marktaandeel en de daarbij behorende uitstaande bedragen. Rabobank zegt in de Nederlandse food- en agrisector een marktaandeel te hebben van ongeveer 84 procent. Rabobank had op 30 juni van dit jaar 32,7 miljard euro aan agrarische kredieten uitstaan in Nederland. De meeste financieringen in de food- en agrisector zijn verstrekt aan de primaire sector: boeren en tuinders.
Ingewijden melden dat het aandeel van ABN Amro richting de 10 procent gaat. ING zit op een krappe 7 procent. Overige spelers zijn beduidend kleiner. Dat het totaal van de drie banken de 100 procent overstijgt, ligt onder meer in de afbakening van de sector. De ene bank rekent bijvoorbeeld loonbedrijven of grondverzet mee, de ander niet.
Bruns meldt dat de portefeuille bij deze bank de laatste twee jaar is geconsolideerd. ‘Daarvoor hebben we vooral groei gekend. De reden van deze stagnatie is absoluut gelegen in de crisis en de keuzes die we maken als bank. Een van die zaken is dat we vooral minder zichtbaar zijn in de sector.’
ABN Amro timmert hard aan de weg en Pierre Berntsen, directeur Agrarische Bedrijven bij die bank, meldt dat de kredietportefeuille is gegroeid. Dit heeft voornamelijk te maken met nieuwe relaties van de bank. Vorig jaar driehonderd en de eerste maanden van dit jaar al honderd nieuwe agrarische klanten, onder meer van Deutsche Bank.
Het aantal vertrekkende relaties is minimaal, zegt Berntsen. Welk effect dit heeft op de verstrekte financieringen, heeft ABN Amro niet bekendgemaakt.
Uitgaande van het eerdergenoemde marktaandeel van de Rabobank zou het totaal verstrekte krediet aan de Nederlandse primaire sector op zo’n 38,5 miljard euro uitkomen.
Overigens daalden de leningen aan de handel en industrie ook met enkele procenten. Volgens Ruud Huirne, directeur Food & Agri Nederland bij de Rabobank, is de kredietverstrekking aan het MKB beduidend harder gedaald dan aan de land- en tuinbouw.

Resultaten

‘De vraag naar kredieten wordt beïnvloed door de resultaten in de sector,’ zegt Cor Bruns, sectormanager agrarisch van ING. ‘Gaat het goed in een sector, dan komen er ook meer plannen en doen we in een dergelijke sector ook automatisch meer zaken. De tuinbouw komt bijvoorbeeld uit een heel moeilijke fase. Daar zien we het afgelopen jaar niet of nauwelijks aanvragen. Nu het voorzichtig weer wat beter gaat, trekt het aantal vragen daar weer wat aan. Het laatste jaar zag je vooral veel vragen uit de melkveehouderij en de akkerbouw, wat gezien de ontwikkelingen in die sectoren wel verklaarbaar is.’
De hoogte van de kredietverstrekking is ook een indicatie van het vertrouwen in de toekomst van de bedrijfstak. Het toont aan dat bank en ondernemer bereid zijn te investeren in vernieuwing, maar die vernieuwing kan ook onder dwang tot stand komen door scherpere eisen aan bijvoorbeeld dierenwelzijn. Minder kredietverstrekking kan duiden op uitstel van investeringen met stagnatie van ontwikkeling en innovatie tot gevolg. Een dergelijke gang van zaken kan ook betekenen dat de sector schulden aflost om zo iets meer ‘vet op te botten’ te vergaren. Hierdoor worden rentelasten teruggebracht en zijn bedrijven beter in staat een tegenvaller op te vangen.
Huirne signaleert dat de kredietverstrekking in de varkenshouderij, melkveehouderij en akkerbouw toeneemt bij de Rabobank. Pluimveehouders, vollegrondsgroentetelers en fruittelers lenen net zo veel als voorheen, terwijl boomtelers, bollentelers en glastuinders minder lenen.

Kredietcrisis

Bij de benadering van nieuwe plannen zijn de banken sinds de kredietcrisis kritischer geworden. Enerzijds heeft dit te maken met de strengere regels die banken krijgen opgelegd. Zo moeten banken onder meer zelf over meer eigen vermogen beschikken in verhouding tot de kredieten die ze verstrekken. Afspraken hierover zijn vastgelegd in de zogeheten Basel-akkoorden en het toezicht daarop door de wetgever is geïntensiveerd. Banken moeten simpelweg de dossiers op orde hebben.

‘De kern blijft onveranderd: hebben we vertrouwen in de ondernemer?’

Anderzijds spelen ook de ontwikkelingen in de sector een rol zegt Berntsen van ABN Amro. ‘We evalueren onze uitgangspunten voor financiering en exploitatie regelmatig. Immers de omstandigheden waarin ondernemers werken staan bloot aan veranderingen. Denk aan melkquotering, het nieuwe Gemeenschappelijk Landbouwbeleid, mestwetgeving, welzijnsverplichtingen, verwachte opbrengstprijzen en kostenniveaus. De kern blijft echter onveranderd: hebben we vertrouwen in de ondernemer en de exploitatie? En wat is de rek als het tegenzit?’
‘We streven naar gezonde groei,’ vervolgt Berntsen. ‘Dus zijn we kritisch op de voorgestelde plannen en hechten we veel belang aan het vertrouwen in ondernemers. Want uiteindelijk financieren we geen sectoren, we financieren ondernemers.’
Voor Rabobank is dit niet wezenlijk anders, zegt Huirne. ‘Als er goede plannen zijn, komt er geld voor. En wij willen hierbij een strategische gesprekspartner voor de ondernemer zijn. Bij de beoordeling van een financiering is bij ons de ondernemer en zijn businessplan het belangrijkste en daarna komen de financiële kengetallen en de bancaire zekerheden. De vraag om een onderbouwd plan kan worden ervaren als ‘de bank doet moeilijker’. Het is misschien even lastig, maar het is voor iedereen beter als er een doordacht plan ligt.’

Duurzaamheid

‘Onze financieringsvoorwaarden zijn niet wezenlijk anders dan in de fase voor de crisis,’ zegt Bruns van ING. ‘Onze houding is wel anders. Daar waar we vroeger zelf nog wel eens invulling gaven aan de ideeën die bij ondernemers in de sector leefden, willen we nu graag een plan van hen. Als ondernemers met - door henzelf of hun adviseur - uitgewerkte plannen komen, kunnen we hiermee verder.’
‘Zaken als duurzaamheid, milieu en maatschappelijk verantwoord ondernemen spelen een rol bij het beoordelen van ondernemerschap,’ zegt Bruns. ‘Eén ondernemer die bewust produceert en zaken kan adresseren heeft in onze ogen een lager risicoprofiel en dus een pre. Misschien kun je stellen dat we in het verleden hongeriger waren naar het verstrekken van nieuwe kredieten en nu nadrukkelijk kijken naar de ondernemer en het risico in de onderneming. De kern blijft echter onveranderd: voor goede plannen zijn wij altijd in.’

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Vrijdag
    12° / 4°
    30 %
  • Zaterdag
    17° / 7°
    70 %
  • Zondag
    18° / 11°
    50 %
Meer weer