Wiersma: 'Regie op vrijkomende grond van stoppende boer onhaalbaar'

De Tweede Kamer had de regering gevraagd een plan van aanpak vast te stellen om te voorkomen dat de grond van uitgekochte boerderijen wordt omgezet in intensieve teelten. Dit na berichten over het omzetten van grasland naar teelt van hoogrenderende gewassen. Wiersma plaatste destijds al kritische kanttekeningen bij het verzoek van de Kamer. Die heeft ze nu verder onderbouwd in een schriftelijke reactie.

Wiersma wijst erop dat landbouwgrond geen onderdeel uitmaakt van de Lbv. De regeling, die inmiddels gesloten is, gaat alleen over bedrijfsgebouwen. 'Als het kabinet nu aanvullende eisen gaat stellen aan het grondgebruik, worden de spelregels achteraf veranderd', stelt Wiersma. Dat vindt ze 'onhaalbaar en onwenselijk'. De grond is immers in eigendom van de deelnemende boer en er wordt ook geen compensatie geboden voor de aanvullende eisen.

Toekomstige regelingen

Voor het opnemen van eisen aan grondgebruik in toekomstige beëindigingsregelingen geldt dat landbouwgrond daarmee onderdeel wordt van de steunmaatregelen. Dat betekent dat moet worden voldaan aan de eisen die de steunkaders hieraan stellen.

Los van of de Europese Commissie hiermee zal instemmen, betekent dit volgens Wiersma dat de uit productie genomen cultuurgronden moeten worden omgezet naar bos of natuur. 'Dit beperkt het toekomstig gebruik zodanig, dat er geen enkele economische ontwikkeling meer op deze gronden kan plaatsvinden. Dat vind ik zeer onwenselijk.'

Daar komt volgens de minister bij dat er veel meer geld nodig is voor uitkoopregelingen als grond onderdeel wordt van die regeling. 'Dit is bij eerdere regelingen overwogen, maar daar is vanwege de budgettaire gevolgen en om doelmatigheidsredenen niet voor gekozen'.

Wanneer in de toekomst beëindigingsregelingen worden uitgewerkt waarbij wel aankoop van grond aan de orde is, wil Wiersma bekijken in hoeverre het mogelijk en wenselijk is om het toekomstige gebruik van deze grond te reguleren.