MOB vangt bot bij aanvechten vergunning Flevolandse bedrijven

De agrarische bedrijven in Zeewolde en Lelystad vielen onder het Programma Aanpak Stikstof (PAS). Na een melding bij de provincie hadden bedrijven die maar weinig stikstof uitstootten destijds geen vergunning nodig. Doordat de Raad van State in 2019 met terugwerkende kracht een streep zette door het PAS, zijn de bedrijven die een PAS-melding deden alsnog vergunningplichtig.

Omdat een landelijke regeling voor legalisatie op zich laat wachten, verkeren de bedrijven in grote onzekerheid. Om toch zekerheid te krijgen, hebben de bedrijven bij provincie Flevoland een natuurvergunning gevraagd en gekregen. Tegen het verlenen van deze vergunningen maakte MOB bij de rechtbank bezwaar.

Overschrijding

Op de zitting heeft de advocaat van de veehouderijen nog toegelicht dat de gevolgen van de stikstofdepositie bewust goed in kaart zijn gebracht, omdat er sprake kon zijn van een nadere overschrijding van de kritische depositiewaarde. Maar de marge van 70 mol stikstof per hectare per jaar onder de kritische depositiewaarde bleek niet te worden gehaald.

De rechtbank in Lelystad volgt de insteek van het onderzoeksrapport van de twee bedrijven om de gevolgen van de toename van stikstofdepositie passend te beoordelen en niet om op basis van objectieve gegevens te bepalen of aanzienlijke gevolgen voor de natuur op voorhand zijn uit te sluiten.

Positieve weigering

MOB erkent dat de stikstofneerslag door deze bedrijven verwaarloosbaar is, maar vond dat de provincie via een 'positieve weigering' had moeten aangeven dat de agrarische bedrijven geen vergunning nodig hadden. De milieuorganisatie vreest dat de bedrijven met een verleende natuurvergunning in de toekomst meer mogelijkheden hebben om nog uit te breiden dan zonder die vergunning.

De rechtbank moest kijken naar het karakter van de onderzoeksrapporten die de agrarische bedrijven hebben laten maken. De rechter oordeelt dat provincie Flevoland voor de zekerheid mocht kiezen om de vergunningen te verlenen, juist omdat er sprake is van stikstofuitstoot op natuurgebieden die al overbelast zijn. Daarbij valt de door het bedrijf veroorzaakte toename in stikstofdepositie binnen de grenzen van de kritische depositiewaarden.