'Nonchalant omgaan met stikstof in aardappelteelt kan niet meer'

Schoon grond- en oppervlaktewater, efficiënt stikstofgebruik en goede kwaliteit van aardappelen of andere producten zijn redenen om de bladstelenanalyse tijdens het groeiseizoen te gebruiken. 'De methode is misschien wel dertig jaar oud, maar het is nog steeds een betrouwbare en snelle manier om de stikstofopname te volgen', zegt Joke de Geus van Normec Groen Agro Control in het Zuid-Hollandse Delfgauw.

%27Nonchalant+omgaan+met+stikstof+in+aardappelteelt+kan+niet+meer%27
© Joke de Geus

De productmanager akkerbouw van Normec volgt op haar akkerbouwbedrijf in de Hoeksche Waard de groei van de aardappelen ook met de bladstelenmethode. 'Eigenlijk zie je iedere maatregel terug in de metingen, al is het niet alleen de boer die invloed heeft op de beschikbaarheid van stikstof voor het gewas.' Als de mineralisatie wordt gestimuleerd door grondbewerking, bemesting of vochtigheid, is dat als eerste zichtbaar in de bladstelen.

Vanwege het duidelijke verband met de stikstofopname is de bladstelenmethode een handig hulpmiddel om de bijbemesting mee te bepalen. Volgens De Geus zie je erin terug wat je goed doet met de grond. Ook als dit niet met de bodemchemie te maken heeft maar met de bodemfysische eigenschappen, zoals structuur, en bodembiologie. Als de bodembiologie goed functioneert, draagt die immers bij aan de voeding van het gewas.

Telers blijken, gezien de metingen in het lab, heel verschillende stikstofgehalten in hun gewas te hebben. 'Wekelijks meten is extra motiverend om meer begrip van de dynamiek in de bodem te krijgen. De trend die je ziet is altijd betrouwbaar en heeft ook een voorspellende waarde', aldus De Geus.

Met bladstelenmethode 25 kilo besparen op stikstofgift

Joke de Geus, productmanager akkerbouw van Normec

De Normec-productmanager laat dit zien aan de hand van de lijnen die het lab gebruikt als vergelijking voor verschillende aardappelrassen en andere landbouwgewassen op verschillende bodems. Doordat het lab dit onderzoek al jaren doet, is een grote database opgebouwd waaruit de ijklijnen zijn samen te stellen. Een advies voor bijbemesten kan zo op maat worden gemaakt, naar de omstandigheden en het gewas.


Minimale resthoeveelheid

De lijn van stikstof in de stelen mag gedurende het groeiseizoen neergaan, zodat een minimale resthoeveelheid stikstof achterblijft na de teelt. 'Nonchalant doen met stikstof kan echt niet meer', vindt De Geus. De metingen gebruiken om boeren te beoordelen, vindt ze contraproductief. Ze ziet de methode vooral als een hulpmiddel voor een efficiënte en schone teelt. Het levert al punten op voor het On the Way to Planet Proof-keurmerk.

De Geus raadt telers aan ook voor de kwaliteit van het product gebruik te maken van de analyses en op tijd te beginnen met de metingen. 'Begin drie tot vier weken na 80 procent opkomst van het gewas. Bij aardappelen is dat normaal gesproken in het begin van juni. Na dit koude voorjaar zal het iets later zijn.'


Bewaar- en bakkwaliteit

De betere kwaliteit van de aardappelen hangt samen met het netjes op tijd laten afrijpen van de knollen. Door tijdig te stoppen met stikstof, afgestemd op ras en oogsttijdstip, zijn de bewaar- en bakkwaliteit beter te sturen, legt De Geus uit. Analyse van de bladstelen geeft inzicht, stuurmogelijkheden en uiteindelijk een lager restant aan stikstof in de grond na de oogst:

'Het is de bedoeling de grond zo leeg mogelijk achter te laten', stelt De Geus. 'Zo voldoe je aan de Kaderrichtlijn Water en voorkom je uitspoeling. Telers die de methode gebruiken, eindigen met een 25 kilo lagere stikstofgift in de teelt.'

Voorafgaand aan de teelt kan de akkerbouwer 80 procent van de stikstofgift doen en de andere 20 procent bewaren voor eventuele extra giften. Een lagere begingift vindt De Geus onverstandig, omdat het gewas in het geval van een droge zomer niet meer stikstof zou kunnen opnemen. 'Vroeger gaf je misschien liever royaal aan het begin, maar je moet het met de strenge stikstofnormen doen tegenwoordig.'


Stikstofgift verlagen

Verschillende factoren kunnen de stikstofgift verlagen. Zo komt volgens De Geus na een vlot afbrekende bladrammenas weinig extra stikstof vrij uit die groenbemester, na een grasgroenbemester die tot het voorjaar blijft staan en traag afbreekt veel meer.

De kosten voor een bladstelenanalyse liggen tussen de 35 en 40 euro per keer. Voor een paar honderd euro krijgt de teler de informatie. Een goed advies houdt rekening met hogere gemeten waardes bij stress in het gewas en lagere bij droogte, en daardoor minder mineralisatie. Met irrigatie of beregening kan de ondernemer die mineralisatie activeren.

Soms is het telersoog ook behulpzaam. De Geus: 'In het veld liet een teler mij aan de lengte van het gewas zien wanneer hij de stikstofvoorziening goed vond. Bij aardappelloof tot zijn middel vond hij dat er genoeg stikstof op zat en als het tot onder zijn oksels kwam, was het toch echt te royaal.'


Analyse van bladstelen is snel en eenvoudig

Voor de bladstelenanalyse kunnen telers op een representatief deel van een perceel veertig samengestelde bladeren van aardappelen plukken en de blaadjes daarvanaf halen. Normec-productmanager De Geus raadt aan om bijvoorbeeld het derde spuitspoor te nemen en de bladeren over 100 meter diagonaal te verzamelen. De stelen gaan in een retourenvelop naar het lab. Na vijf dagen komen de resultaten. Vaak doen telers dit vijf keer per jaar, maar De Geus denkt dat het interessanter wordt als je het acht keer doet. 'Dan heb je een mooi te volgen lijn van opeenvolgende weken die goed is te vergelijken met onze ijklijnen.'

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Maandag
    19° / 8°
    40 %
  • Dinsdag
    18° / 10°
    20 %
  • Woensdag
    17° / 8°
    10 %
Meer weer