Vlaams onderzoek wijst uit: champignonvoetjes zijn van waarde

Wat er na de champignonoogst achterblijft, de zogenaamde voetjes, kunnen klaarblijkelijk goed worden gebruikt als bio-actieve stof. In het project Champitine onderzochten de Vlaamse onderzoeksorganisaties Vito en Inagro in samenwerking met partijen uit de paddenstoelensector of chitine en chitosan kunnen worden ingezet als bioactieve componenten.

Door de verwaarding kunnen champignonkwekers hun reststromen valoriseren en meer circulair gaan werken. Daarnaast is het goed nieuws voor bedrijven die bijvoorbeeld medische hulpmiddelen als bloedstelpende verbanden produceren. De chitine in de reststromen is lokaal beschikbaar en niet van dierlijke oorsprong. Door dat laatste worden allergische reacties bij patiënten vermeden.

Chitine

Chitine wordt gebruikt in veevoeders, chemie, agro-industrie, cosmetica en farmaceutische producten. Het is antibacterieel, antioxiderend, ontstekingsremmend, hydraterend, ultraviolet-afstotend en het kan een eetbare, beschermende film vormen. Planten die worden behandeld met chitosan groeien sneller en aardbeienplanten die worden bespoten met een chitosanoplossing zijn weerbaarder tegen ziektes, schrijft Vito.

Volgens de onafhankelijke onderzoeksorganisatie is er vraag naar chitosan van niet-dierlijke oorsprong die lokaal wordt geproduceerd. Vito meldt dat de Vlaamse paddenstoelensector 23.000 ton paddenstoelen op jaarbasis levert. Dat zorgt voor 1.800 tot 5.500 ton aan nevenstromen die als basis kunnen dienen voor het winnen van chitosan.

In het project Valorchamp, dat wordt gesteund door de Vlaamse overheid, zal verder worden bekeken hoe paddenstoelenresten kunnen worden opgewaardeerd tot voedingsingrediënten en bioactieve componenten.