Driekwart van de boeren wil verduurzamen

Nederland heeft geen stikstofprobleem. Dat vindt 66 procent van de boeren en tuinders. Wel vindt 74 procent dat de agrarische sector moet verduurzamen. Dat blijkt uit een representatief onderzoek van Nieuwe Oogst onder bijna 1.400 boeren en tuinders over verduurzaming van de landbouw.

Driekwart+van+de+boeren+wil+verduurzamen
© Dirk Hol

Agrarisch ondernemers verschillen sterk van mening over uitdagingen op het gebied van stikstof, waterkwaliteit en klimaat. Een meerderheid (53 procent) ziet het klimaatprobleem wel. Verder vindt 63 procent van de deelnemers dat Nederland geen probleem heeft met de waterkwaliteit.

De overgrote meerderheid van de boeren en tuinders vindt dat de sector moet verduurzamen. De helft (51 procent) is het volmondig eens met de stelling dat verduurzaming door de markt moet worden betaald. 30 procent is het deels eens met die stelling. Toch verwacht 77 procent dat de consument niet bereid is een meerprijs te betalen voor producten uit duurzame landbouw.

De stelling 'Verduurzaming moet worden gefinancierd met subsidies', roept wisselende reacties op. Een grote groep (48 procent) is het helemaal of deels eens met die stelling. Anderzijds is 32 procent het er gedeeltelijk of helemaal mee oneens.

Bijna een kwart van de boeren overweegt de stap naar natuurinclusief

Verduurzaming wordt door 42 procent van de deelnemers aan het onderzoek helemaal of deels als verdienmodel gezien. 32 procent ziet dit in meer of mindere mate juist niet als verdienmodel. Van de ondervraagden stelt 65 procent dat het verdienmodel van de land- en tuinbouw niet duurzaam is, tegenover 35 procent die wel spreekt van een duurzaam verdienmodel.

De zekerheid dat investeringen in duurzaamheid zijn terug te verdienen, zou veel ondernemers over de streep trekken. Ruim 84 procent van de boeren en tuinders kan zich helemaal of gedeeltelijk vinden in de stelling: 'Ik ben bereid te investeren in verduurzaming als ik de garantie krijg dat ik het kan terugverdienen'. Maatregelen voor verduurzaming worden door 71 procent helemaal of gedeeltelijk gezien als een kostenpost.

70 procent van de geënquêteerden heeft een goed beeld van de boer die hij in de toekomst wil zijn. 82 procent van hen vindt dat zijn bedrijf goed in de omgeving past en 55 procent van de deelnemers aan het onderzoek zou het bedrijf willen houden zoals het nu is.

Mogelijke bedrijfsstrategieën die ondernemers overwegen, is de stap naar natuurinclusief (22 procent). Daarna volgen het omschakelen tot gespecialiseerd productiebedrijf (16 procent), extensivering (14 procent) en schaalvergroting (13 procent). Omschakelen op biologisch wordt door 12 procent genoemd, 9 procent overweegt intensivering en 8 procent denkt aan een nieuwe dienst.

Van de bijna 1.400 boeren en tuinders die de enquête hebben ingevuld, vindt 66 procent dat er geen stikstofprobleem is in Nederland en 34 procent vindt dat dat probleem er wel degelijk is.

De deelnemers aan de enquête voeren verschillende argumenten aan waarom er volgens hen geen stikstofprobleem is. De meeste deelnemers noemen stikstof een gecreëerd, juridisch of papieren probleem. 'Alleen de overheid heeft een stikstofprobleem. We kunnen wel met z'n allen een bijdrage leveren om het op te lossen', schrijft een van de respondenten.

Verschillende deelnemers aan het onderzoek wijzen in hun reactie op de tekortkomingen van de meetmethoden om de stikstofdepositie vast te stellen. Een aantal voert aan dat de depositienormen in Nederland zeer scherp zijn gesteld, scherper dan in de omringende landen, waardoor ze al snel worden overschreden. Meerdere deelnemers doen de suggestie in Europa dezelfde normen te hanteren of het probleem in Europees verband aan te pakken.

Kapstok voor milieuproblemen

Veel geënquêteerden benoemen ook de uitstoot uit andere bronnen, zoals het verkeer en de industrie. Zij vinden het onterecht dat de focus van de politiek op de land- en tuinbouw ligt. 'Iedereen heeft zijn verantwoordelijkheid. Het kan niet zijn dat één sector alles moet oplossen en dat burgers, industrie en luchtvaart geen opgave krijgen', schrijft een van hen.

In dit licht wijzen sommigen erop dat de emissie vanuit de veehouderij de afgelopen tien jaar al aanzienlijk is gedaald. 'Daarentegen is het auto- en vliegverkeer flink toegenomen. Ook het inwonertal en de totale consumptie zijn gegroeid', licht een boer zijn reactie toe.

Veel boeren en tuinders zijn overtuigd van de rol die de land- en tuinbouw kan spelen bij de oplossing van natuur- en klimaatproblemen. Zo benadrukken diverse ondernemers dat de agrarische sector als enige sector juist stikstof opneemt. 'Dat moet worden meegenomen in de berekeningen', vindt een van hen. Ook verwacht de sector veel van innovatie om uitstoot tegen te gaan.

'Stikstof al issue sinds jaren tachtig'

Tegelijkertijd vindt 34 procent dat er wel sprake is van een probleem. 'Al in de jaren tachtig werd duidelijk dat er een stikstofprobleem was. Sinds die tijd is het probleem groter geworden en de transitie naar duurzame landbouw moeilijker', schrijft een van de respondenten.

Een ander noemt het stikstofprobleem 'een kapstok' voor de vele milieuproblemen die spelen. 'Zoals overbemesting, onnatuurlijk werken en graslanden die compleet oninteressant zijn voor insecten. Als stikstof de kapstok is om alle problemen binnen de agro op te lossen, is er wat mij betreft een stikstofprobleem.'

Een ruime meerderheid (74 procent) van de boeren en tuinders vindt dat de sector moet verduurzamen. 'Iedereen moet verduurzamen, niet alleen de landbouw', stelt een aantal respondenten. Daarbij maken veel deelnemers de kanttekening dat de land- en tuinbouw al heel duurzaam bezig is. 'Al kan het altijd beter', voegt een aantal boeren toe.

Diverse boeren en tuinders geven aan dat innovatie de sector in het verleden heeft helpen verduurzamen. Zij verwachten dat innovatie daar ook in de toekomst bij helpt. 'De landbouw zit in een constante flow van verduurzaming', schrijft een van de boeren.

De meeste zorgen bij verduurzaming zit echter bij de kosten die daarvoor moeten worden gemaakt en of die kosten kunnen worden terugverdiend dan wel worden betaald door de consument. Ook het beperkte tijdspad waarin doelen op het erf moeten worden gehaald, vinden sommige boeren problematisch.

De vraag of het verdienmodel van de boer en tuinder duurzaam is, beantwoordde 64 procent van de deelnemers met nee. 'Alle kosten worden bij ons neergelegd en de retail gaat met de opbrengst lopen', geeft een van de boeren aan. Velen hebben vergelijkbare antwoorden. Ze geven aan dat hun kosten sneller stijgen dan de inkomsten.

Diverse ondernemers melden dat er eigenlijk geen geld overblijft om te investeren in verduurzaming. Zij vinden dat dit de boer afhankelijk maakt van leningen of naar schaalvergroting dwingt. Dat geeft hen zorgen over de houdbaarheid van hun verdienmodel. 'Boeren worden eerder leeggemolken dan hun koeien', geeft een respondent aan.

Hoewel het stikstofprobleem en problemen met de waterkwaliteit door een meerderheid niet wordt ervaren, vindt 53 procent wel dat Nederland een klimaatprobleem heeft. Diverse respondenten wijzen op de temperatuurschommelingen die er altijd al zijn geweest. Je moet het volgens hen dus niet overdrijven: 'In mijn jeugd en mijn vaders jeugd liep de regenmeter ook weleens over, nu wordt bij 20 millimeter neerslag al gesproken van extreem weer.'

Bovendien vinden deze boeren dat het een kwestie is van inrichting van onze gebruiksruimten. Minder oppervlakte bebossing en gewassen en meer verstening van het landschap door woningbouw, industrie en infrastructuur leiden tot problemen. 'Alles lost zich vanzelf op als we langzaam stoppen met import van fossiele brandstoffen. En als iedereen zijn verbruik met de helft vermindert, is er nog heel veel mogelijk.'

Veel geënquêteerden wijzen ook op het mondiale aspect van klimaatverandering. 'Wij hebben nog het geluk in een goed gebied te wonen met een gematigd klimaat, maar we moeten niet onze ogen sluiten voor tornado's, watersnoodrampen en bosbranden elders. We zitten met zijn allen in hetzelfde schuitje.' En: 'Wij zijn de oorzaak. Door te veel te consumeren en met vakantie te gaan, wordt de aarde onnodig opgewarmd. We moeten terug naar het oude normaal.'

Meer uitgesproken zijn de ondervraagde boeren en tuinders over de waterkwaliteit in Nederland. Van hen vindt 63 procent dat de kwaliteit van het oppervlakte- en grondwater in orde is. 'De waterkwaliteit is de afgelopen tientallen jaren al enorm verbeterd. Zozeer zelfs dat ecosystemen vergaand zijn verschraald.' Wel is het zeer regiogebonden, stellen veel respondenten. Vooral de wateren bij stedelijk gebied zouden in hun ogen schoner kunnen. Al merkt een van hen ook op dat er zelfs in de grachten van Amsterdam weer kan worden gevist.

Verder wijzen veel deelnemers op het probleem van de riooloverstorten, waarbij rioolwater in het oppervlaktewater terechtkomt als bij veel neerslag de capaciteit van het rioleringssysteem tekortschiet.

Het steekt een respondent dat de landbouw volgens de Europese Kaderrichtlijn Water in 2027 moet voldoen aan de normen, terwijl de installaties voor rioolwaterzuivering dat pas in 2032 hoeven. 'En ook de industrie mag nog steeds vervuild water lozen op de rivieren. We zijn een dichtbevolkt land, waarbij we de landbouw vaak de schuld geven. De mensen moeten heropgevoed worden. Alles wordt maar in het riool of oppervlaktewater gegooid, waaronder stoffen die niet aan de land- en tuinbouw zijn toe te schrijven.'

We moeten zuinig zijn op ons zoetwater, klinkt het door in de reacties. 'Er komt veel vervuild water binnen uit het buitenland. We moeten niet het afvalputje worden van Europa. Waar wij het waterbeleid kunnen beheren of beïnvloeden, gaat het vrijwel overal goed. Maar het gaat ons nooit lukken om het water uit het buitenland ook naar een goed niveau te krijgen.'

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Woensdag
    9° / 2°
    70 %
  • Donderdag
    10° / 3°
    70 %
  • Vrijdag
    11° / 2°
    50 %
Meer weer