Importeur LMC Gennep: 'Precies meststrooien begint bij laden'

Tebbe bouwt louter breedstrooiers. Die zijn in Nederland populair onder loonwerkers, composteerders en grote akkerbouwers. In deze doelgroep heeft het een aanzienlijk marktaandeel. Ook qua prijsstelling doet het mee in de top. 'Daar tegenover staat dat machines lang meegaan', zegt directeur Robert Baggermans van LMC Gennep. 'We verkopen gereviseerde machines van twintig jaar oud die weer in Nederland aan de slag gaan.'

LMC Gennep is sinds januari 2021 landelijk importeur van Tebbe. Daarvoor werkt het bedrijf samen met lokale mechanisatiebedrijven. Sinds kort is het ook in Noordrijn-Westfalen actief. Daarnaast importeert het Kuxmann-kalkstrooiers en composteringsmachines van Compost-Systems.

'We willen een gespecialiseerd partner voor fabrikanten zijn', meldt Baggermans. De schappen zijn gevuld met alle mogelijke onderdelen. Daar is het bedrijf trots op. 'Ook een bodemketting of aandrijfkast hebben we op voorraad. Zeker in de huidige tijd is dat waardevol. Ook Tebbe heeft die filosofie.' Voor reparaties en reviseren werkt het samen met dealers.

Baggermans wordt ondersteund door zoon Peter en in het veld door Paul Willemse. Naast de verkoop begeleidt die laatste klanten in de praktijk. 'Precisiestrooien op basis van taakkaarten neemt zeker toe', beaamt hij maar, 'precies strooien begint al bij het laden. Je ziet dat het in de praktijk draait om de kortste laadtijd. Een vracht aandrukken is wat mij betreft uit den boze! Belangrijker nog is het gelijkmatig laden', weet hij.

'Strooi je een klein volume? Laad dan het meeste product voorin. Het product heeft zo de kans voorover te vallen wanneer het bij de doseerschuif komt. Al deze punten zijn van invloed op het strooiresultaat. Vergeet niet de kwaliteit van het product zelf. Vooral bij stromest is een homogene massa cruciaal. Dat betekent in de opslag regelmatig omzetten en het stro de tijd geven om te verteren of om gemengd te laden. Dit is het ideaalbeeld, de praktijk is vaak weerbarstig.'

Grote lagedrukbanden

Een andere verandering is het toepassingsmoment. 'Er wordt te-genwoordig veel meer in het voorjaar gestrooid en zelfs na het poten of zaaien vanuit de (spuit)sporen. Het gaat om kleine volumes die nauwkeurig worden verstrooid', stelt Willemse. 'Dat stelt niet alleen eisen aan het strooibeeld, maar ook de bouw. Die moet licht zijn en met grote lagedrukbanden.'

Hij wijst op het zelfdragend chassis en de taps toelopende bak, die brugvorming voorkomt. 'De MS 120 is een 12-tons model die met 650/65R38- of 710/60R42-banden is uit te rusten. Hij weegt ongeveer 5.500 kilo. In de praktijk zien we dat niet bezuinigd wordt op banden, eventueel met luchtdrukwisselsysteem.' Ook de cardanaandrijving van de verdeelwalsen valt op, die kettingen en tandwielen vervangt.

'Gaat een lager toch kapot, dan is het te demonteren zonder dat de hele rotor eruit moet dankzij een flensbevestiging', toont Willemse. Overigens worden de types met een brede bak en maximaal 30,5 inch banden ook nog veel verkocht. Vooral aan wie veel wegtransport uitvoert. Het strooitafelgedeelte van alle types is gelijk, ongeacht het model. Wel kan in schoteldiameter gevarieerd worden.

Platte schakelkettingen zijn bijna standaard. Wat verder opvalt, zijn de Widia-punten op de rotors van de verdeelwals. 'Vooral bij een strorijkproduct krijgen de tanden het voor de kiezen', meldt Willemse. 'Ook na 200.000 ton strooiwerk zijn deze punten scherp.' De machines zijn optioneel Isobus-gestuurd. Een terminal van WTK, Müller en Trimble is mogelijk, maar aansturen via de trekkerterminal werkt ook en scheelt kosten.

De importeur is trots op het NMi-gecertificeerde dynamisch weegsysteem, dat bestaat uit zes en tien tons weegcellen tussen chassis en bak op de HS- en KS-modellen. Het systeem is al acht jaar leverbaar en ook andere fabrikanten bieden soortgelijk systemen aan.

Schommelingen in weging

Baggermans legt uit: 'De K80-kogelkop kan worden uitgevoerd als weegtrekoog. Daarnaast worden op de MS-modellen 20 tons weegcellen gebruikt. Het systeem is in vijftien jaar tijd met Tebbe, Scharmüller en Digistar (Topcon) ontwikkeld. De kunst is om schommelingen in de weging te voorkomen. De praktijk leerde ons dat hoe zwaarder de weegcel, des te stabieler.'

Een nauwkeurigheid van 20 tot 40 kilo per hectare is haalbaar, stelt Willemse. 'Dat valt of staat met de juiste taakkaart en strooierinstellingen: bodemkettingsnelheid, stand van de doseerschuif en rijsnelheid. Veel chauffeurs rijden op autokalibratie. Wil je het maximale uit de strooier halen, is een handmatige instelling beter. Met die tips en tricks helpen we klanten. Vooral die nazorg is belangrijk.'

Tips voor nauwkeurig strooien

• Juiste bodemkettingsnelheid en stand
• doseerschuif
• Homogeen en gelijkmatig geladen product
• Taakkaart met ‘wolken’ in plaats van vaste
• rasters voor afgifte
• Juiste offset van gps-bol om afstand trekker
• tot strooitafel te compenseren
• Handmatige trekkerinstellingen voor hoge
• capaciteit