Babymelk van Holland Jersey naar Zuid-Korea

De oprichters Peter van Dronkelaar en Harald Hoffmann zagen ruimte in de markt voor een unieke melkstroom van Jersey-melk. Ze besloten daarom in 2015 aparte Jersey-melkstromen te introduceren en richtten in Nijkerk Holland Jersey op. 'Vergelijk het met een speciaalbiertje, maar dan in zuivel', zegt Toon Branbergen, verantwoordelijk voor de marketing en productontwikkeling.

Net als bij speciaalbier zit ook de vraag naar speciale melk in de lift. 'Nu zie je meer diversiteit in het zuivelschap, maar dat was vijf jaar geleden zeker niet zo. Onze Jersey-melk met afwijkende gehalten was toen een vernieuwing', vertelt de marketingmanager.

Jersey-melk bevat van nature meer vet en eiwit dan melk van de Holstein-Friesian. In plaats van de melk af te romen naar de standaardwaarden voor volle en halfvolle melk, is in de zuivelproducten van Holland Jersey het vet en eiwit in de melk behouden. De volle melk staat met gemiddeld 6 procent vet en 4,2 procent eiwit in de schappen. Van een pak gangbare volle melk zijn die percentages beide circa 3,5.

Nieuwe boeren

De initiatiefnemers pakten het einde van het melkquotumtijdperk aan om melk van 'nieuwe boeren' te betrekken en op de markt te brengen. Het assortiment werd stapje voor stapje uitgebreid met verse en houdbare melk, kaas, yoghurt en sinds kort ook boter en mozzarella.

Voor de productie en vermarkting wordt nauw samengewerkt met andere bedrijven, zoals Vandersterre in Bodegraven waarmee de sales en marketing is samengevoegd. 'Wij kunnen ons zo meer focussen op productontwikkeling en de boeren', legt Branbergen uit.

De groep boeren is inmiddels gegroeid tot 25. Het concept sharemilking waarmee aanvankelijk werd gestart, is losgelaten. Over de exacte melkstroom en de melkprijs doet Holland Jersey geen mededelingen.

Bij de groei van het aantal boeren speelt de populariteit van de Jersey zeker een rol. Branbergen: 'Het is een efficiënte koe die past in deze tijdgeest. Ze produceert minder melk, maar wel met hogere gehaltes. En de mestproductie is ook lager dan bij de gangbare Holsteins. Dat maakt de Jersey tot een melkkoe met een zeer lage ecologische footprint.'

Aan de andere kant ziet Branbergen ook dat de consument bereid is meer te betalen voor een product als het onderscheidend is in smaak en kwaliteit. 'We zien een hoge loyaliteit onder onze klanten.'

A2-eiwit

De melk van Holland Jersey onderscheidt zich niet alleen door de smaak, maar ook door het A2-eiwit dat van nature meer in Jersey-melk zit. Dit eiwit maakt de melk beter verteerbaar.

'Wij zijn geen voedingsexpert en gaan niet op de stoel van de diëtist zitten', benadrukt Branbergen. 'We bemoeien ons ook niet met de vraag hoe goed A2 is. Maar we zien dat mensen er baat bij hebben en dat de vraag wereldwijd toeneemt. Daar kunnen wij met onze melk op inspelen. Daarom werken we ook met een fokprogramma om de hele veestapel naar A2 te krijgen.'

De opvallende verpakkingen van volle melk en yoghurt zijn in de grote Nederlandse supermarkten te vinden, maar de ondernemers beperken zich allang niet meer tot alleen Nederland. Via met name Duitsland willen ze verder Europa in.

Daarnaast zien ze dat er ook in Azië een groeiende interesse is in de onderscheidende zuivel van Holland Jersey. De Nederlandse zuivel staat er hoog in aanzien. Maar om er als kleine ondernemer voet aan de grond te krijgen, is lastig. 'Daarvoor heb je goede partners nodig', weet de marketingmanager. 'Daar ligt dan ook onze focus en aanpak.'

Babymelk

Holland Jersey vond die partners onder meer in de producent van babymelkpoeder Ivenet. Deze gebruikt nu melkpoeder van Holland Jersey voor de productie van babymelk onder het label Golden Jersey. 'We hadden altijd al de ambitie om melkpoeder te vermarkten, maar daarvoor heb je wel voldoende volume nodig. Dat hebben we nu. We zijn een nichespeler en zullen dat altijd blijven, maar we zien dat de interesse in niches aan het groeien is.'

Dat zorgt ook voor mogelijkheden voor nieuwe leveranciers. Nu zijn dat circa 25 melkveehouders, maar dat kunnen er bij een verdere groei meer worden. 'Iedere Jersey-boer die met ons om tafel wil, is welkom. Dat is ons uitgangspunt. We doen het samen. De boeren hebben het lef getoond hun contracten op te zeggen en met ons in zee te gaan', stelt Branbergen.

'Onze koers is goed en gericht op verdere groei in Nederland en verdere expansie naar het buitenland met onze houdbare producten, boeren en partners. Het is tenslotte allemaal teamwork', besluit de marketingmanager.

'Wat in het pak zit, zit ook in de koe'

Henk en Geke van Gelder uit Dalfsen leveren hun Jersey-melk al vanaf het begin aan Holland Jersey. Henk van Gelder begon in 2010 min of meer uit nieuwsgierigheid met vijf Jerseys en werd zo enthousiast dat hij in 2015 zijn veestapel Holsteins omruilde tegen honderd Jerseys. Hij stapte toen ook over naar Holland Jersey.

De gemiddelde productie van Van Gelders vee is 6.500 kilo melk met 6 procent vet en 4,45 procent eiwit. 'Het is een duurzame koe die goed uitkomt in de fosfaatwetgeving. Ze eet minder en produceert minder mest', legt de melkveehouder uit. De melkproductie is ook lager, maar door de hoge gehalten produceren de koeien wel kilo's vet en eiwit.

De sterke klauwen zijn volgens Van Gelder ook een voordeel. 'Verder hebben Jerseys een goed karakter, zijn ze fijn om mee te werken en passen ze in onze stal. We hebben een oude stal uit 1976 met de toen gehanteerde maten. Het was of de stal verbouwen of een koe zoeken die in die stal past.'

De melk van Van Gelder wordt door Holland Jersey verwerkt tot verse A2-melk en -yoghurt. 'Er wordt niets afgeroomd. Wat in het pak zit, komt ook uit de koe. Dat vind ik het mooie van het concept. Als melkveehouder zijn we ook ambassadeur voor Holland Jersey. De lijntjes zijn kort en we hebben veel contact.'

Van Gelder neemt in deze groep een speciale positie in: zijn veestapel is 100 procent A2. De melk wordt daarom apart opgehaald en verwerkt. 'Holland Jersey wil dit bij alle bedrijven voor elkaar krijgen. 60 tot 70 procent van de Jerseys zijn A2, maar het duurt even voordat je op 100 procent zit. Alle koeien worden getest en de A2-koeien krijgen een certificaat. Zo kun je bewijzen dat je A2-melk levert.'