Land- en tuinbouw goed voor ruim 156.000 voltijdbanen

Dat meldt het CBS op basis van de landbouwtelling. De meeste niet-regelmatig werkzame arbeidskrachten werkten vorig jaar in de tuinbouw. In veel gevallen gaat het om seizoenskrachten. De tuinbouwsector is goed voor bijna 26.000 voltijdbanen op basis van losse contracten, bijna 87 procent van dit soort banen in de landbouw.

Binnen de tuinbouw was de arbeidsinzet van seizoenskrachten het grootst bij glasgroentebedrijven. Die inzet was groter dan van regelmatig werkzame arbeidskrachten. Bijna 60 procent van de arbeidsinzet bestond uit seizoensmedewerkers.

De werkzaamheden op alle landbouwbedrijven werden voor 19 procent verricht door seizoenskrachten. Landbouwsectoren waar relatief weinig seizoensgebonden werk voorkomt, zijn de veehouderij en de akkerbouw.

In de gebieden rondom Haarlem en in het Westland werd een relatief groot deel van de werkzaamheden in de landbouw verricht door seizoenskrachten, te weten 61 procent en 46 procent. Ook in de kop van Noord-Holland, West-Noord-Brabant en grote delen van Zuid-Holland werken in de landbouw relatief veel seizoenskrachten. 30 tot 40 procent van het werkzame personeel was daar niet-regelmatig werkzaam.