Innovatie nodig om onkruid dag te zeggen

Op de innovatiedag 'Dag Onkruid' over onkruidbestrijding in aardappelen, bieten en cichorei ging het over nieuwe inzichten, trends en innovatie. Zo'n 225 akkerbouwers kwamen vorige week dinsdag op de themadag op proefboerderij 't Kompas in Valthermond af.

De Europese Unie en de lidstaten ontwikkelen beleid om de afhankelijkheid van herbiciden te beperken. Tegelijk stellen ketenpartijen aanvullend eisen en maken burgers zich zorgen om residuen. 'Mensen kijken steeds meer naar boeren op trekkers en vragen zich af wat ze doen', zegt Marleen Riemens van Wageningen University & Research (WUR).

Geïntegreerde vormen

Telers moeten daarom op zoek naar geïntegreerde vormen van gewasbescherming. Volgens Riemens betekent dat minder volvelds en meer plaatsspecifiek en minder chemisch en meer mechanisch, branden of stomen. 'Boeren zijn de sleutel. Zij moeten keuzes maken uit mogelijkheden die de maatschappij accepteert', zegt de onderzoeker.

Het IRS hield er rekening mee dat dit jaar de middelen desmedifam en fenmedifam zouden komen te vervallen. Desmedifam is verboden en fenmedifam blijft waarschijnlijk in ieder geval nog een paar jaar op de markt. Voor het IRS reden om op 't Kompas een proefveld met nieuwe combinaties van herbiciden aan te leggen.

Safari

In de proeven staat het middel Safari bovenaan. 'Safari is een van de weinig middelen die ook een goede contactwerking heeft. Maar Safari zit ook in de herregistratie. Als we ook fenmedifam en Safari in de bietenteelt gaan missen, wordt het lastig', zegt Sjef van der Heijden van het IRS.

Nieuwe inzichten bij de bestrijding van onkruid zijn daarom nodig. Op de innovatiedag werden boeren met negen wagens langs drie routes gereden: nieuwe chemische combinaties, meer precisie en innovatieve technieken voor de toekomst.

Bij de innovatieve technieken is de veldspuit van Agrifac met DynamicDosePlus praktijkrijp. De machine kan op basis van een taakkaart aardappelopslag in een perceel bieten bestrijden. Het plaatsspecifieke middelengebruik is goed voor de boer en het milieu.

Robotti

Bestrijden van aardappelopslag in bieten met de autonome Robotti van de WUR gaat nog niet goed. De Deense werktuigdrager bestrijdt 66 procent van de aardappelopslag en raakt 40 procent van de bieten.

De Robotti moet nog leren om met verschillende omstandigheden om te gaan, zoals grondsoort, gewasstand en het weer. Door luizenschade zien de bietenplantjes er dit jaar anders uit en oogt de aardappelopslag door vorst en droogte anders. De planten goed onderscheiden lukt daardoor nog niet goed. Daar komt bij dat de spuitdoppen op een onderlinge afstand van 10 centimeter niet nauwkeurig genoeg werken.

Husky

De Husky-robot van de WUR zit bij de herkenning van aardappelopslag in een bietenveld op dalgrond op een nauwkeurigheid van 89 procent. 'De herkenning van aardappelopslag draait op een moderne computer en dat is voor een korte periode relatief duur. Met een 5G-netwerk zorgt KPN voor een snelle verbinding met een externe computer', legt WUR-onderzoeker Thijs Ruigrok uit.

De akkerbouwers maken zich niet zo'n zorgen over de leerperiode van de autonome robots. Wel over de capaciteit, ook al kunnen de robots misschien 24 uur per dag werken. Telers wijzen erop dat het weer de beschikbare tijd voor opslagbestrijding kan beperken.

Milieuwinst

Mechanische onkruidbestrijding en rijenspuiten bieden op korte termijn meer mogelijkheden. Met dergelijke technieken is fors op middelengebruik te besparen en flinke milieuwinst te halen.

Dit blijkt onder andere uit een proef van Delphy bij akkerbouwer Hendrik Luth in Wedde. Inzet van een rijenspuit in combinatie met schoffelen levert een besparing op van ruim 4,5 liter middel ten opzichte van volvelds spuiten. De milieubelasting halveert daarmee.