Helft varkenshouders steunt krimp veestapel

Dat blijkt uit de respons op vragen van het Nieuwe Oogst Opiniepanel, waaraan 386 varkenshouders deelnamen. Het onderzoek is gehouden om de mening van boeren te peilen over het hoofdlijnenakkoord warme sanering varkenshouderij.

Belangrijkste argument dat volgens de deelnemers pleit voor krimp, is de kans op een betere positie voor de blijvers. Minder varkens in belaste gebieden betekent minder overlast. Minder overlast is voor veel varkenshouders een synoniem voor een beter imago.

• Lees ook: Varkenshouder wil opkoop in heel Nederland

Dankzij de 200 miljoen euro die beschikbaar is gesteld in het kader van het hoofdlijnenakkoord, kunnen bedrijven zonder perspectief versneld stoppen. Uit het Opiniepanel blijkt dat 33 procent van de varkenshouders belangstelling heeft voor de saneringsregeling. Kleine bedrijven met minder dan 150 zeugen en bedrijven met 500 tot 1.500 vleesvarkensplaatsen hebben de meeste animo voor de regeling.

Boeren vinden in groten getale dat alleen niet-toekomstbestendige locaties moeten worden opgekocht. Locaties waar varkenshouderij mogelijk is, moeten voor de sector behouden blijven.

• Bekijk ook reactie van Ingrid Jansen op uitkomsten Nieuwe Oogst Opiniepanel

Niet verrast

POV-voorzitter Ingrid Jansen zegt dat de resultaten van het Opiniepanel haar niet verrassen. ‘Dat ligt in de lijn met het beeld dat de POV heeft. Maar het is goed om meer zicht te hebben op hoe de verhoudingen precies liggen.’

De uitwerking van het hoofdlijnenakkoord warme sanering varkenshouderij is in volle gang. Begin 2019 wordt die verwacht. Onderzocht wordt nog of ook boeren buiten de belaste gebieden in het zuiden en oosten in aanmerking komen voor de regeling.

Mede-auteur: Ilona Lesscher