Rabobank keert regeling stoppers rechtstreeks uit

Aanvankelijk zou Rabobank voor alle stoppersgeld in een fonds storten, van waaruit melkveehouders deze renteloze lening konden krijgen. Deze lening is een soort overbruggingskrediet, die wordt terugbetaald wanneer ondernemers hun fosfaatrechten krijgen uitbetaald.

Dirk Bruins van de LTO-vakgroep Melkveehouderij vindt het van belang dat leden worden geïnformeerd over de regeling en hoe stoppende melkveehouders aanspraak maken op de liquiditeitsvoorziening. 'De banken laten dat nu niet via een fonds lopen. Daar zat ook wel de nodige omslachtigheid in. Boeren kunnen bij de lokale bank aankloppen voor de regeling.'

Zelf afwikkelen

Het collectieve fonds komt er niet omdat diverse banken hebben laten weten de regeling zelf met hun klanten te willen afwikkelen. Rabobank doet op haar beurt hetzelfde, zegt woordvoerder Margo van Wijgerden van Rabobank. 'Wij hebben 60 miljoen euro beschikbaar voor de regeling. De stoppende melkveehouder heeft nog steeds recht op een liquiditeitsvoorziening van 1.200 euro per grootvee-eenheid. Daaraan verandert niets.'

Verkoop fosfaatrechten

De stoppende Rabobank-klant kan zich melden bij zijn lokale bank. Ook ABN Amro en ING hebben aangegeven dit deel van de stoppersregeling een-op-een met hun klanten te regelen. Deze voorziening wordt ingevuld als een renteloze lening. Deelnemers moeten uiterlijk op 31 december 2018 de lening terugbetalen. Dat kan uit de verkoop van fosfaatrechten.

Wanneer de opbrengst van de fosfaatrechten te laag is, wordt een eventuele restschuld kwijtgescholden. Indien het om welke reden dan ook niet tot een invoering van fosfaatrechten komt, dan is het risico voor de bank.