Belang van Brussel ontdekt tijdens stage

Henriët DijkDe student aan de has in Leeuwarden houdt zich tijdens zijn stage onder meer bezig met het begeleiden van de tachtig leden die zich hebben aangemeld voor de Fitness Check Natura 2000, de evaluatie van de Vogel- en Habitatrichtlijnen. Zo bereidde hij voor deze LTO-groep gesprekken met Tweede Kamerleden voor.

Andere lidstaten

‘Ik heb informatiebundels gemaakt met de standpunten van de Haagse politieke partijen’, vertelt De Boer. Tegelijkertijd onderzoekt hij hoe andere lidstaten met de Vogel- en Habitatrichtlijnen omgaan. Waar lopen zij tegenaan bij Natura 2000-gebieden en hoe lossen ze dat op?
‘Daarvoor kijk ik naar de boerenbelangenbehartigers in Denemarken, Duitsland, Frankrijk, België, Ierland en Engeland. In Europa is het duidelijk: alleen kun je niets. Je moet steun zoeken bij andere landen. Hier kan LTO meerwaarde bieden.’
Zijn impressie tot nu toe is dat, naast Nederland, veel meer landen last hebben van Natura 2000. Inzet van LTO Nederland is om de ‘nationale kop’ eraf te krijgen om de Nederlandse interpretatie van de regelgeving aangepast te krijgen.
De Fitness Check Natura 2000 krijgt medio maart een vervolg als LTO Nederland een bijeenkomst met diverse belanghebbenden houdt. ‘Dat varieert van de Vogelbescherming tot de Rotterdamse haven. Zo kun je in de praktijk knelgevallen laten zien, ook richting politici’, aldus de stagiair.
De Boer lacht als hij zichzelf hoort praten. Zo’n beeld van Europa had hij afgelopen voorjaar nog niet. Het idee voor een stage in Brussel ontstond na een ontmoeting met Europarlementariër Jan Huitema, die op een jongerenbijeenkomst van ABO Ooststellingwerf was. Via Huitema kwam De Boer op de vacature voor stagiair bij LTO Nederland uit.
Zijn ouders hebben een melkveebedrijf in Langedijke. ‘In 2009 hebben we een nieuwe stal gebouwd met twee melkrobots. Nu melken we 130 koeien en hebben we bijbehorend jongvee’, vertelt De Boer, die op termijn in de maatschap met zijn ouders wil komen. Hij zit nu in zijn vierde jaar aan de has en volgt de specialisatie melkveehouderij.
‘Ik zie nu ook wel het belang van Brussel’, geeft de stagiair zijn opgedane indrukken weer. ‘Hoe bijzonder het is dat het landbouwbeleid als enige op Europees niveau is geregeld. Je ziet nu bijvoorbeeld hoe moeizaam het gaat rond de vluchtelingencrisis, omdat er op Europees niveau geen afspraken waren gemaakt.’
Verder is hem het goede contact tussen andere lidstaten en het respect voor elkaar opgevallen. ‘In Brussel is het heel gewoon dat dat je veel steun zoekt uit alle hoeken. Er is veel minder partijpolitiek’, weet hij nu.
‘Dat gaat voor LTO tot aan de Partij voor de Dieren aan toe. Bijvoorbeeld met acties tegen legbatterijen, die elders in Europa nog bestaan, terwijl ze wettelijk verboden zijn. Wij eisen dan samen handhaving omdat je hetzelfde doel hebt. De Partij voor de Dieren vanuit het oogpunt van dierenwelzijn en wij vanuit het principe van een gelijk speelveld.’
Veel klasgenoten lopen stage bij een accountant of voerleverancier. ‘Dan vul je de hele dag de Kringloopwijzer of de boekhouding in. Klasgenoten zeggen nu: ‘Volgens mij heb jij de mooiste stage van de klas.’ Dat geloof ik ook wel.’