Een column over interview met Jaap Korteweg

Twee weken geleden maakte Vergaderboer – de huis-columnist van Boerderij – zich in zijn wekelijkse bijdrage boos over een interview met Jaap Korteweg in Nieuwe Oogst. Vergaderboer vindt dat Korteweg onvoldoende hard werd aangepakt en bovendien de ruimte kreeg om zijn kritiek op de bio-industrie te spuien. Dat vraagt om een reactie.
De betreffende journalist had bij Korteweg kunnen aankloppen met een lijst vol vileine vragen die zijn visie op voedselproductie zouden betwisten. In het geval Korteweg een buitenstaander, een vertegenwoordiger van bijvoorbeeld Wakker Dier of Partij voor de Dieren zou zijn, was een uiterst kritische aanvliegroute zeer op zijn plaats. Die roepen namelijk vanaf de zijlijn en vormen daarmee veelal de opponent van de boerenbelangenbehartiging.
Voor Korteweg geldt iets anders. Hij is als negende generatie akkerbouwer een man van de praktijk. Iemand van binnenuit. Evenals vrijwel alle leden die Nieuwe Oogst ontvangen, is hij op zoek naar bedrijfsmatige modellen die aansluiten bij zijn persoonlijke idealen en naar een markt daarvoor.
Korteweg is daarin bijzonder ideologisch gedreven, vernieuwend alsook succesvol. Wat voor Korteweg ook opgaat, is dat hij met zijn kritiek op de dierlijke sectoren veel boeren recht in het hart raakt. Hij maakt veel los. Daar is in veel uitingen in de agrarische media aandacht voor, ook bij ons.
Wat mij betreft is de vraag relevant of lezers zitten te wachten op die invalshoek – waarbij voor de zoveelste keer de ethische discussie rond vleesproductie en vegetarisme centraal staat. Wij verkozen Korteweg hier geen podium voor zijn kritiek te geven, maar hem te bevragen naar zijn motivatie, de ontwikkeling van zijn bedrijf en de obstakels die hij tegenkomt. Dat doen we bij andere boeren tenslotte ook.