Hoeksche boer verduurzaamt

Koen van Wijk
‘Veel individuele bedrijven zijn al bezig met verduurzaming. Hier is uniek dat zoveel telers de verduurzamingslag gezamenlijk maken. Er wordt nadrukkelijk ingezet op samenwerking om de extra stap te kunnen zetten. Bijvoorbeeld door investeringen te doen die alleen niet uit kunnen.’
Dat vertelt projectleider Martijn Buijsse van Stichting Veldleeuwerik. De stichting draait het project samen met de provincie Zuid-Holland en Samenwerkings Orgaan Hoeksche Waard (SOHW). Er is voor twee jaar budget beschikbaar.
Met deze pilot willen de initiatiefnemers laten zien wat er mogelijk is om de biodiversiteit te stimuleren binnen de ‘vergroeningsregeling’ van het Europese gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB).
‘Er doen negen akkerbouwers mee’, vertelt Buijsse. ‘We willen het ambitieniveau omhoog brengen, zodat we ook kunnen meten wat het effect op termijn is.’
Volgens de initiatiefnemende partijen kenmerkt De Hoeksche Waard zich door een sterke innovatieve landbouwsector. Veel innovaties op het gebied van precisielandbouw, functionele agrobiodiversiteit en agrarisch natuurbeheer hebben hier het levenslicht gezien of zijn hier doorontwikkeld.
‘Daarom is deze regio uitgekozen als voorbeeldregio’, zegt Buijsse. Bovendien staat dit thema hoog op de prioriteitenlijst van de provincie Zuid-Holland.
De akkerbouwers hebben bedrijven tussen de 100 en 750 hectare en gaan aan de slag met een diversiteit aan maatregelen. Er zijn er die met nieuwe mixen voor vanggewassen werken, zich richten op minder uitspoeling vanuit gewasbeschermingsmiddelen, energieneutraal worden en focussen op de bodemgezondheid. ‘Dat laatste kan bijvoorbeeld door aanpassingen in het bouwplan en aanvoer van compost.’
Sommige deelnemers werken samen op het gebied van akkerrandaanleg en precisielandbouw. Dat kan een beter resultaat opleveren, verwacht Veldleeuwerik.

Monitoringsprogramma

‘Wij staan open voor elke ontwikkeling in verduurzaming’, zegt voorzitter Basjan Niemansverdriet van LTO Noord Hoeksche Waard. ‘Maar het moet wel voor iedereen een plus zijn. Dat gaat over werkbaarheid, bereikbaarheid, voordeel voor het landschap en economische winst.’