Meer precisie nodig in elke teeltfase

Op de Agro Innovatiedag, vorige week donderdag bij het Aeres Praktijkcentrum in Dronten, waren zo’n twintig noviteiten te zien, vooral op het gebied van precisielandbouw. Ook was er aandacht voor het voorkomen en opheffen van bodemverdichting.
Doel van de dag was akkerbouwers en loonwerkers bij te praten over de nieuwste ontwikkelingen en die te laten zien. In veel gevallen ging het om technieken die nu al te gebruiken zijn: variabele bandenspanning, rupsaandrijving, sectieafsluiting op veldspuiten en zaaimachines, rijenbemesting van vloeibare meststof en plaatsspecifiek bemesten.
Daarnaast een beeld van de nabije toekomst: de Greenbot als autonoom werkende werktuigdrager, een grote drone voor het uitvoeren van gewasbescherming en een eenrij-ige autonoom werkende aardappelrooier. Het zijn voorbeelden van ontwikkelingen die bodemverdichting moeten voorkomen.

Flevoland

Het is geen toeval dat de innovatiedag in Flevoland werd gehouden. ‘In Flevoland hebben we te maken met een teruglopende bodemkwaliteit. We kijken of toepassing van ICT, sensoren en dergelijke oplossingen kan bieden’, zegt directeur Ineke Mastenbroek van Ontwikkelingsmaatschappij Flevoland.
De provincie wil met smart farming aan de slag en zo de economie versterken. ‘Bedrijven met 100 hectare en meer gebruiken bijna allemaal gps-technieken. Bij de kleinere bedrijven is het percentage lager. De techniek moet van de koplopers naar het peloton’, zegt Tamme van der Wal van Aerovision.
Er zijn volgens Van der Wal nog wel barrières: gebrekkige integratie van ICT-componenten, geen onafhankelijke partij voor informatie, geen geïntegreerd advies, gebrekkige doorstroming van kennis en geen goede data over bodem en weer. ‘In Flevoland dateert de bodemkaart uit de jaren vijftig.’
Met vier programma’s wil Flevoland de problemen oplossen en zorgen voor een ‘Next Level Farming’. Het plan is om een gebied in te richten voor drones en autonome voertuigen. ‘Het buitenland moet met bussen hiernaartoe komen om te kijken hoe het er hier aan toegaat in de land- en tuinbouw’, zegt Van der Wal.
Herman Krebbers van DLV Plant wijst erop dat het werken met data van drones, satellieten en dergelijke vaak veel tijd en geld kost. De grootste tekortkoming is volgens hem het ontbreken van een goede vertaalslag van data naar teeltactie in het veld. De oorzaak van minder goede plekken in een perceel wordt lang niet altijd door stikstofgebrek veroorzaakt.
‘De beelden van drones en satellieten geven aan dat er in een bepaalde zone met de groei van het gewas iets aan de hand is. Bij structuurschade moet je echter voorzichtig zijn met bijbemesten. Het is snel weggegooid geld. Per zone moet je kijken wat er aan de hand is en welke actie nodig is. Als je alles automatisch wilt doen, gaat het automatisch fout’, zegt Krebbers.
De Smart Farming Groep Flevoland probeert alle data van een perceel te bundelen om zo tot een goede conclusie te komen en een goede taakkaart te kunnen maken. Het gaat onder andere om bodemonderzoek, Verisscan, GreenSeeker, luchtfotografie en satellieten.
‘Met remote sensing sensoren kunnen we zien waar iets aan de hand is. Met in-situ sensoren kijken we in het veld wat er aan de hand is. Daar zoeken we een verband tussen en dat verband laten we beoordelen door een teeltadviseur’, zegt Rick Ghauharali van Smart Farming Groep Flevoland.
Door alle beschikbare gegevens van een perceel te gebruiken, is het relatief eenvoudig om de oorzaak van afwijkende zones vast te stellen. Een zone met minder goede gewasgroei kan bijvoorbeeld samenvallen met de bodem- en/of de hoogtekaart.
Adrie Weevers van Mechanisatiebedrijf Weevers in Marknesse is enthousiast. ‘We zijn al best ver als het gaat om meetmethodes. Ook voor akkerbouwers die op leeftijd zijn is het belangrijk om data van de grond te verzamelen. Data zijn op termijn geld waard bij verkoop.’

Akkerweb

Akkerweb is een gratis account om data op te slaan. Binnen Akkerweb komen steeds meer apps beschikbaar om die data te gebruiken en snel een taakkaart te kunnen maken. Een app het bijbemesten van stikstof in consumptie- en pootaardappelen is uitontwikkeld.
‘Iedereen kan een app ontwikkelen. De app moet wel gevalideerd zijn’, zegt Johan Booij van PPO. Er zijn apps in ontwikkeling voor aaltjesmanagement, bekalking, bemesting, schimmelbestrijding, beregening en bodemherbiciden.
De belangstelling voor deelname aan Akkerweb groeit snel. In april ging het om 3.176 bouwplannen en 27.796 percelen. Bij Akkerweb blijft de teler eigenaar van de gegevens. De teler kan ze ter beschikking stellen aan derden.