Weerstand tegen mestfabriek in Groenlo

Vorige week kwamen in Groenlo ruim 350 mensen naar een informatie-bijeenkomst, georganiseerd door Stichting Megavergister Groenlo NEE. De stichting verzet zich tegen plannen om op industrieterrein De Laarberg een grote mestverwerkings-fabriek te bouwen.
Niet alle bezoekers van de informatieavond zijn tegenstanders. Naar schatting bestond de helft van het publiek uit mensen met een agrarische achtergrond die voorstander zijn van mestverwerking in Groenlo.
Het plan voor een mestfabriek is een initiatief van het Duitse ingenieursbureau RMS. Op een terrein van 8 hectare op de Laarberg komt een installatie met een capaciteit voor 450.000 ton mest en 150.000 ton bermgras of andere co-vergistingsproducten per jaar.
Tegenstanders spreken over een megavergister, maar dat is volgens de initiatiefnemers een onterechte benaming. Ze spreken liever over bioraffinage. Vergisting is slechts een deel van de processen die zorgen voor het volledig ontleden van de aangevoerde dierlijke mest.
Vorig jaar organiseerden de initiatiefnemers bijeenkomsten voor veehouders met een mestoverschot. Daarmee wisten ze ongeveer 330 veehouders aan zich te binden die in totaal 400.000 ton mest per jaar willen leveren.
Dat is voor ons een prima vertrekpunt om verder te gaan met de plannen’, zegt Jan Elderink. Hij ging het afgelopen jaar voor RMS de boer op om afspraken met veehouders te maken. ‘We hadden als doel gesteld om minimaal 350.000 ton mest te contracteren. Daar zitten we ruim boven.’

Tegenhouden

Sinds begin dit jaar is Stichting Megamestvergister Groenlo NEE actief. Het doel van de stichting is klip en klaar: het tegenhouden van de bouw van een megamestvergistingsinstallatie in Groenlo.
Tijdens de recente informatieavond droegen de mensen achter de stichting allerlei argumenten aan die er volgens hen voor pleiten om geen mestfabriek op industrieterrein De Laarberg in Groenlo te bouwen. Ze vinden de mestverwerkingsinstallatie veel te grootschalig en vrezen dat de fabriek negatieve gevolgen heeft voor de leefbaarheid in de omgeving. De tegenstanders van de installatie vrezen voor stank en verontreiniging van grond, lucht en water.
‘De kans is groot dat inwoners van Groenlo regelmatig een rotte-eierengeur zullen waarnemen bij en in huis’, zegt Nico Tijdink, een van de oprichters van de stichting. Hij vindt dat de bevolking van Groenlo gevaar loopt door de komst van de mestverwerker. Daarbij wijst hij op ongelukken die in het verleden met mestvergisters zijn gebeurd.
Verder ziet de stichting de aanvoer van mest naar de fabriek en het bijbehorende verkeer als een groot bezwaar. Als de installatie in bedrijf is, zullen iedere dag 100 extra vrachtwagens over de N18 rijden.
De mestfabriek in combinatie met alle overlast brengt volgens de bezwaarmakers het goede imago van Groenlo en omgeving in gevaar. Tijdink: ‘Welke toerist wil er nog genieten van het buitengebied van Groenlo als er honderden mestvrachtwagens per dag via het Achterhoekse buitengebied rond Groenlo af en aan rijden?’
Tegenstanders vinden mestverwerking geen oplossing voor de mestproblematiek. Ze willen het liefst helemaal geen intensieve veehouderij in de Achterhoek.
Het lijkt er voorlopig niet op dat het verzet tegen de mestfabriek in Groenlo zal leiden tot het afketsen van de plannen. ‘Het is duidelijk dat een beperkte groep de komst van de mestverwerkingsinstallatie niet ziet zitten. Waarschijnlijk is er een grote zwijgende meerderheid die geen problemen heeft met de mestverwerkingsinstallatie als alles maar netjes geregeld wordt.’
Elderink vindt dat het met de weerstand tegen de fabriek wel meevalt. ‘Het zou een illusie zijn om te verwachten dat iedereen zou staan te juichen.’

Zwaardere industrie

De initiatiefnemers willen in maart een aanvraag voor een omgevingsvergunning indienen. Vorig jaar al stemde de gemeenteraad van gemeente Oost Gelre in met een aanpassing van het bestemmingsplan om de komst van de mestverwerker mogelijk te maken. De mestfabriek lijkt goed te passen bij de opzet van industriegebied De Laarberg, dat speciaal voor zwaardere industrie is ontworpen en aangelegd.
Ook de afdeling Oost Achterhoek van LTO Noord is groot voorstander van het creëren van mogelijkheden voor mestverwerking in de regio.
‘De landelijke overheid heeft de agrarische sector opgezadeld met een verplichting om mest te verwerken. En dat zien we ook als prima mogelijkheid om een deel van het mestoverschot in dit gebied op een verantwoorde manier weg te werken’, zei voorzitter Mark Ormel tijdens de informatiebijeenkomst.
‘Het economisch belang is bovendien groot. De agrarische sector is in de Achterhoek goed voor 17 procent van de werkgelegenheid. Dus er staat veel op het spel.’
Ormel vindt dat de tegenstanders van de mestfabriek te veel inspelen op het sentiment. ‘Hopelijk houdt de politiek haar rug recht, en beoordelen ze het plan voor mestverwerking op De Laarberg op zijn inhoud. Dan heb ik er wel vertrouwen in dat het goed komt.’