De robots komen, en alles wordt beter

Geen van de deelnemers haalde de finish. De bouwers van de auto’s afkomstig van gerenommeerde universiteiten en onderzoeksinstituten uit de hele wereld knarsten met hun tanden. Dit moest beter.
De race werd een belangrijke kiem tot de verbetering van robots. En niet de robots zoals tot dan toe bekend: die op één plek staan en één bepaalde handeling uitvoerden, zoals een robotarm in een autofabriek. De nieuwe generaties robots moesten in een gevarieerdere omgeving kunnen werken en meer complexe handelingen uitvoeren.
‘Bij de ontwikkeling van nieuwe generaties robots wordt kennis uitgewisseld’, zegt Martijn Wisse, associate director van het Robotics Institute van de TU Delft. ‘Waar voorheen de kennis binnen de muren van een bedrijf bleef, wordt ineens software ontwikkeld en gedeeld.’
Daarbij werden software, sensoren en camera’s steeds goedkoper. Naast de hardware zijn dat de materialen waardoor een robot kan bewegen en iets complex kan doen.
Doordat robots goedkoper worden en in een meer gevarieerde omgeving kunnen werken, worden ze interessant voor de agrarische sector. De melk-, voer- en mestrobot zijn al redelijk ingeburgerd. In de akkerbouw is de precisielandbouw bezig aan een opmars. En in de tuinbouw wordt flink geëxperimenteerd met oogstrobots.
‘De uitdaging ligt erin om de robot breder toepasbaar te maken’, zegt Eldert van Henten, hoogleraar van de leerstoelgroep Agrarische Bedrijfstechnologie van de Wageningen UR. ‘Om dat te vertalen naar de land- en tuinbouw: een akker, stal of kas kent producten die vaak niet in een rechte lijn staan of dezelfde vorm, grootte of kleur hebben. De robot moet kunnen omgaan met die variatie in producten en ongestructureerdheid van de werkomgeving.’
Wisse verwacht dat het oogsten met een robot pas over tien jaar werkelijkheid wordt. ‘Technisch kan bijna alles, maar de software en hardware die nodig zijn om een robot te laten zoeken naar een oogstbare vrucht in de plant zijn nog in ontwikkeling. En in zo’n ontwikkelfase is het duur.’
Volgens de deskundigen is het wachten op de inzet van een robot in een bepaald nicheproduct. Want voor elk product een andere robot.
‘Een vleestomaat vraagt om andere aanpak dan een trostomaat’, legt Van Henten uit. ‘Maar als er eenmaal techniek voor één toepassing beschikbaar komt, kan die technologie naar andere toepassingen worden vertaald en wordt het goedkoper.’
Ander probleem is dat telers verwachten dat de robot voor 100 procent succesvol is. Dus eigenlijk alle vruchten plukt die rijp zijn. ‘Maar het verschil tussen 60 en 100 procent oogsten vraagt enorm veel ontwikkeling en geld’, zegt Van Henten.
‘In Japan is een aardbeienrobot ontwikkeld die 60 procent kan oogsten. Toch willen telers werken met deze robot. Ze plukken de lastig oogstbare aardbeien zelf. Telers hebben dat opgenomen in hun bedrijfsvoering.’
Voordeel van de oogstrobot is dat tracking & tracing een stuk efficiënter en gemakkelijker wordt. ‘Zo’n robot kan bij het oogsten gemakkelijk data opslaan’, zegt Wisse. ‘Dan kan elke vrucht die in de winkel ligt herleid worden naar de plant vanwaar die kwam. Dat is een grote toegevoegde waarde.’

Koppelen

Landbouwmechanisatiebedrijf Lely begon ruim twintig jaar geleden met de ontwikkeling van de eerste melkrobots. Sindsdien richt het bedrijf zich op veel meer gerobotiseerde toepassingen, zoals de schuifrobot voor mest en de voerrobot.
Het koppelen van die nog losse systemen is de uitdaging voor de toekomst, zegt Wiebren Jongbloed van Lely International. Hij ziet volop mogelijkheden.
‘De nieuwe generatie melkrobots kan via de melk al in een vroeg stadium afwijkingen meten in de melk. Daardoor kunnen uierontsteking of andere ziekteverschijnselen in een vroeg stadium herkend worden en doorgegeven aan de boer.’
Jongbloed kijkt verder: ‘In de toekomst kan bij een constatering van een afwijking in de melk via de melkrobot direct een signaal naar de dierenarts gaan. Die kan uit de data aflezen welke behandeling nodig is.’
Ook kan een sensor worden geplaatst die de herkauwactiviteit meet. Wordt er minder of meer herkauwd, dan kan het zijn dat de koe niet in orde is of dat het rantsoen aangepast moet worden.
Al deze toepassingen komen samen op de smartphone van de veehouder. Of, zo blikt Jongbloed vooruit, op een smart-horloge of via Google Glass, een bril waarbij de data direct voor het oog verschijnen. ‘Met een horloge of een bril is het makkelijk kijken. Een telefoon moet je toch elke keer uit je zak halen, vaak met vieze handen.’
Grote winst van robotisering zit volgens Jongbloed in flexibiliteit en efficiëntie. ‘De boer heeft alle informatie binnen handbereik. En je hebt altijd het laatste nieuws.’

Arbeid

Het vervangen van arbeid is daarin niet de belangrijkste drijfveer voor het aanschaffen van een robot. ‘Je zou verwachten dat robots het eerst worden ingezet in sectoren waar nog veel menselijke arbeid nodig is. Maar in de praktijk blijkt dat niet zo te zijn’, zegt Van Henten.
‘Neem melkrobots. Die vervangen de arbeid van één persoon voor een paar uur per dag. Daarbij weten we dat in een aantal gevallen melkrobots financieel niet rendabel zijn. Toch worden ze geplaatst. Er zijn dus andere redenen dan alleen economische om in robots te investeren.’
De robot vervult een behoefte in flexibiliteit en geeft de boer meer tijd voor andere zaken. Ook kunnen dierenwelzijn of hogere productiviteit een rol spelen. Maatschappelijke vragen over bijvoorbeeld gewasbescherming kunnen gebruik van robots stimuleren. ‘De oplossing van onkruidbestrijding kan daar liggen.’

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zondag
    11° / 1°
    30 %
  • Maandag
    10° / 0°
    20 %
  • Dinsdag
    10° / -1°
    20 %
Meer weer