Klauwgezondheid in zeven stappen in de vingers

'In digiklauw zien we dat je het heel goed doet. Als je bijvoorbeeld kijkt naar zoolbloedingen of zoolzweren is het aantal ontzettend laag', zegt Prosman tegen Peters.

De melkveehouder bekapt zijn koeien altijd zelf. 'Ik bekap ze met tachtig tot honderd dagen in lactatie. Vervolgens pak ik ze net voor het droogzetten vierkant op en twee weken na het afkalven snijden we model in de klauw.'

Klauwgezondheidsteam Zuid is een samenwerkingsverband van vier dierenartspraktijken en drie gecertificeerde klauwverzorgers. 'Het is gelukt om met dit project de klauwgezondheid in Zuid-Nederland structureel hoger te krijgen', stelt Prosman. Het project loopt nu 1,5 jaar.

Wittelijndefect

Peters bekapt zijn koeien sinds de start van het project anders dan hij normaal deed. 'Ik houd de klauw wat vlakker waardoor ik iets beter kan bekappen. Sinds ik dat doe heb ik minder last van wittelijndefect.' De witte lijn is een kwetsbaar gebied tussen de zoolhoorn en de wandhoorn.

Een belangrijke tip van de dierenarts: 'We merken dat mensen vaak te veel wegsnijden, dus 'less is more'. Maar als er wel een letsel zit, blijft er vaak weer te veel zitten. Dan kun je beter een klosje plakken en de andere klauw meer belasten. Dat noemen we therapeutisch bekappen en daar geldt juist 'more is better'.'