Input op ledenbijeenkomst LTO/NOP blijkt waardevol

Wat speelt er allemaal rond het Convenant dierwaardige veehouderij? Wat is onze inbreng in het Landbouwakkoord? Dit waren de belangrijkste onderwerpen van gesprek met de ongeveer tweehonderd leden tijdens drie bijeenkomsten van de vakgroep Pluimveehouderij LTO/NOP.

Volgens voorzitter Kees de Jong van de vakgroep Pluimveehouderij LTO/NOP leverden de drie avonden interessante input op. 'Die is waardevol voor onze inbreng in de onderhandelingen bij het Landbouwakkoord en het Convenant dierwaardige veehouderij.'

De leden vroegen zich onder andere af waar het Convenant dierwaardige veehouderij voor bedoeld was. De Jong: 'Dit komt voort uit het vergaande amendement op de Wet dieren van de Partij voor de Dieren. Kort gezegd komt dit amendement erop neer dat een dier niet mag worden aangepast aan het houderijsysteem. Als pluimveesector hebben we op dit punt al veel bereikt, bijvoorbeeld het achterwege laten van ingrepen zoals snavels behandelen.'

Uit de inbreng van de leden kwam naar voren dat ze er bang voor zijn dat er straks wel afspraken liggen, maar dat de politiek daar dan weer zaken gaat uithalen. 'Dat kan wat ons betreft niet gebeuren', stelt de vakgroepvoorzitter. 'Als we tot afspraken komen, dan worden ze onderdeel van het Landbouwakkoord en dat leggen we aan de leden voor.'


Zekerheid noodzakelijk

Wat betreft het Landbouwakkoord is duidelijk dat de pluimveehouders snakken naar duidelijkheid. Waar zijn ze aan toe, dan kunnen er plannen worden gemaakt. 'Als er juridische zekerheid is, verdienvermogen en ontwikkelruimte, dan kunnen en willen de pluimveehouders flinke stappen maken om de stikstofproblematiek aan te pakken', zegt De Jong.

Belangrijk hierbij is dat pluimveehouders weten wat nu het ammoniakplafond voor hun bedrijf is. Dan weten ze waar ze aan toe zijn. Of er een schot moet komen tussen grijze stikstof, vanuit de industrie, wegen, vliegtuigen enzovoort of de groene stikstof vanuit de landbouw was een duidelijk discussiepunt.

Voor beide is wat te zeggen, heeft De Jong gemerkt. 'Als er een schot tussen komt, weet je zeker wat de ontwikkelruimte is voor de veehouderij. Aan de andere kant werd gewezen op de voordelen als er geen tussenschot is. Stel dat een pluimveehouder een stikstofuitstoot heeft van 10.000 kilo en hij moet 3.000 of 4.000 kilo reduceren, maar er is ook een techniek waarmee hij 8.000 kilo kan reduceren. Dan heeft hij 4.000 tot 5.000 kilo stikstof over die hij kan verkopen en daarmee dan die nieuwe betere techniek kan betalen of eraan verdienen. Vooropstaat in ieder geval dat er duidelijkheid moet komen over doelstellingen en de weg waarlangs we kunnen innoveren en reduceren.'

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Donderdag
    10° / 3°
    70 %
  • Vrijdag
    12° / 3°
    30 %
  • Zaterdag
    17° / 4°
    70 %
Meer weer