Zes sectoren praten vanaf volgende week mee over Landbouwakkoord

Naast agrarische organisaties uit deze sectoren zijn ook ketenpartijen, natuur- en milieuorganisaties en overheden uitgenodigd. Vanaf de tweede week van januari 2023 beginnen de zogeheten sectortafels in het kader van het Landbouwakkoord met hun startbijeenkomsten onder leiding van gespreksleider Wouter de Jong. De sectortafels moeten als de inhoudelijke motor van het Landbouwakkoord gaan functioneren.

Zij krijgen de opdracht mee om voorstellen en oplossingen aan te dragen rond de vraag wat er moet gebeuren om in 2040 een vitale agrarische sector in Nederland te hebben. Een sector met een gezond en duurzaam verdienvermogen en opereert binnen de gestelde kaders op het gebied van onder meer natuur, klimaat, bodem en water.

De komende periode zullen de tafels meerdere keren bij elkaar komen om hun bijdrage aan het Landbouwakkoord te leveren. De hoofdtafel zal zorgen voor de integratie van alle sectorvisies en deze ook weer terugleggen bij de sectortafels.

Diverse agrarische organisaties

Om te zorgen voor een bredere inbreng vanuit boerenorganisaties voor het Landbouwakkoord vond 21 december een 'Breed Landbouwoverleg' plaats. Zo'n vijftig vertegenwoordigers van zeer diverse agrarische organisaties, zoals vakbonden, vakgroepen en andere belangenbehartigers, werden bijgepraat over het doel en de inrichting van het Landbouwakkoord.

Daarnaast gingen zij met elkaar in gesprek over het perspectief voor de sector in 2040. Het is de bedoeling om de komende tijd met deze groep de bouwstenen voor het Landbouwakkoord te bespreken en te toetsen of de goede wegen worden ingeslagen.

De hoofdtafel bestaat nu uit vier agrarische koepelorganisaties, dat zijn LTO Nederland, Agractie, NAJK en Biohuis, natuurorganisatie LandschappenNL, de provincies (IPO) en het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV). Deze organisaties hebben al gesprekken gevoerd over het Landbouwakkoord.

Ketenpartijen

De hoofdtafel heeft besloten om het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL) en de Federatie Nederlandse Levensmiddelen Industrie (FNLI) uit te nodigen. Vanwege de diversiteit aan ketenpartijen is lastig om één vertegenwoordiger aan tafel te krijgen, maar met de retail en de voedselproducenten komen twee sectoren aan tafel die cruciaal zijn voor het verdienmodel van agrarische ondernemingen, zo vinden de partijen van de hoofdtafel.

Er wordt ook gewerkt aan de inrichting van een reflectietafel. Aan die laatste tafel zitten experts met een juridische, economische, ecologische, bedrijfskundige (transities) en/ of maatschappelijke achtergrond. Zij zullen reflecteren op voorstellen, zelf ideeën aandragen en integraal toetsen op onder meer haalbaarheid.