ForFarmers: 'Het draait om bigkwaliteit, niet kwantiteit'

Hoeveel biggen zijn 'ondermaats'?

'2 tot 3 procent van de geproduceerde biggen wordt als gemiddeld bestempeld. Maar het kan ook gebeuren dat één op de tien biggen niet verkoopbaar is. Bijvoorbeeld als een vermeerderingsbedrijf problemen krijg met bijterij of te kampen heeft gehad met gezondheidsproblemen bij de biggen.'

Zijn biggen schreeuwend duur in vergelijking met de vleesprijs, dan zijn vleesvarkenshouders kritischer op de kwaliteit

Peter Zanders, technisch specialist bij ForFarmers

Wat is acceptabel?

'Dat hangt van veel factoren af en op welke markt je je begeeft. De koppelkwaliteit moet overigens altijd goed zijn bij afleveren, maar Duitse afnemers zijn extra kritisch. Dieren met oorrandnecrose kun je niet meegeven, omdat je dan gegarandeerd afleverproblemen krijgt.

'In kritieke periodes heb je dus meer restbiggen. Met een gesloten bedrijf gaat het doorschuiven naar de vleesvarkensafdelingen gewoon door en bewaakt de varkenshouder zijn eigen kwaliteitsgrens. Tussen die twee extremen zit de rest.'

Selectie voor de klep moet scherper?

'Bij het laden heeft de chauffeur of handelaar samen met de aanbieder van de biggen bij de vrachtwagen de taak om de individuele big te beoordelen en de koppelkwaliteit te bewaken. Als twintig biggen tegelijk door de vermeerderaar de klep op worden gedreven, schiet er weleens een mindere tussendoor. Een smaller dier met ruig haarkleed. Dat spel wordt keer op keer gespeeld.'

Een afnemer slikt toch niet alles?

'Dat klopt en dat hoeft een vleesvarkenshouder ook niet te doen. Reclameren omdat niet is voldaan aan het leveren van een bepaalde kwaliteit, is een optie. Maar wanneer en of daar gebruik van wordt gemaakt, hangt bijvoorbeeld ook af van de prijzen.

'Zijn biggen schreeuwend duur in vergelijking met de vleesprijs, dan zijn vleesvarkenshouders kritischer op de kwaliteit. Het is een combinatie van psychologische en economische effecten.'

Waar zit de winst?

'In het verhogen van de bigkwaliteit en meer samenwerking. Extra aandacht schenken aan de 20 procent lichtst gespeende biggen. Het verteringssysteem van biggen van onder de 5 kilo is anders dan dat van biggen die 8 kilo wegen. Zet die lichtere dieren bijeen en huisvest ze apart. Verwen ze met een graadje extra, verstrek voer dat is afgestemd op de lichtste biggen en geef ze makkelijk toegang tot drinkwater.'