'Halveren van de veestapel gaat te ver'

Het lijkt Alida Beekhuis nuttig dat boeren vooral proberen burgers naar hun bedrijven te krijgen. 'Dat is beter dan dat ze zelf naar de grote stad komen met hun trekkers.' De gepensioneerde aardrijkskundedocent woont in het centrum van Amsterdam. Ze heeft jaren lesgegeven op een middelbare school.

Beekhuis zegt dat ze wel begrijpt dat agrarisch ondernemers actievoeren om aandacht te vragen voor hun situatie. Maar ze moeten daarin volgens haar niet overdrijven.

'Voor mij is het lastig om goed te beoordelen of de boeren gelijk hebben. Zo'n plan als dat van D66, dat de veestapel moet halveren, gaat me veel te ver. Maar het is wel duidelijk dat er iets moet veranderen', stelt Beekhuis.

In haar tijd als lerares is Beekhuis met een groep leerlingen ooit eens op bezoek geweest bij een akkerbouwer in het Oldambt. Dat vond ze zeer interessant en leerzaam. Nu probeert ze op de hoogte te blijven van de huidige landbouw door veel te lezen en de actualiteitenprogramma's te volgen via de televisie.

Goede indruk

'Ik heb over het algemeen wel een goede indruk van boeren. De meesten doen hun best om te moderniseren en sommigen moeten sappelen om het hoofd boven water te houden, dat geloof ik wel. Aan de andere kant zijn er volgens mij ook diverse boeren die wel protesteren, maar eigenlijk niks te klagen hebben', meent de gepensioneerde docent.

Er is volgens Beekhuis overigens wel degelijk sprake van een kloof tussen boeren en burgers. Maar ze vraagt zich af of een tv-programma als Boer zoekt Vrouw nu het aangewezen middel is om die kloof te verkleinen. 'Daarin wordt de boerenstand wel erg geromantiseerd. En veel van de relaties die dat programma oplevert, stranden toch ook weer', besluit Beekhuis.